Vóórin: "behoort aan mij J. C. de Jonge".
Vóórin: "behoort aan mij J. C. de Jonge".
Op den omslag aanteekening van den commies-chartermeester De Zwann: "gecopiëerd den 22 Februari 1850 voor den heer rijksarchivaris De Jonge".
Op den omslag aanteekening: "gecopiëerd naar de oorspronkelijken, berustende in Z. M. Huisarchief. ......... J. C. de Jonge, December 1837, archivarius van het Rijk".
19e eeuwsche afschriften
Zie ook n°. 21.
Hierin ook aanteekeningen betreffende M. Hollare.
Hierin ook aanteekeningen betreffende V. Schram en D. Vlugh.
Hierin ook aanteekeningen betreffende Ph. van Almonde, A. en J. van Nes.
Hierin ook aanteekeningen betreffende A. Stellingwerff en T. H. de Vries.
19de eeuw afschrift
19de eeuwsche afschriften
Gemerkt: N°. 1-7. Op den omslag aanteekening: "af geschreven naar de oorspronkelijke, berustende onder de familiepapieren van Evertsen, thans aan mijnen broeder Jhr. M. W. de Jonge van Campens-Nieuwland toebehoorende. Mei 1837. J. C. de Jonge".
19de eeuwsch afschrift
19de eeuwsche afschriften
19de eeuwsche afschriften
Blijkens eene aanteekening van De Jonge afgeschreven uit het klad- of minuut-journaal, door De Ruyter gehouden op 's Lands vloot in de Middellandsche zee en berustende in de Loketkas van Holland.
19de eeuwsch afschrift
Blijkens eene aanteekening van De Jonge afgeschreven uit het klad- of minuut-journaal, door De Ruyter gehouden op 's Lands vloot in de Middellandsche zee en berustende in de Loketkas van Holland.
19de eeuwsch afschrift
Afgeschreven door De Jonge naar de copie, door Johan Evertsen overgezonden aan de Admiraliteit in Zeeland.
Afschrift, ten behoeve van De Jonge vervaardigd.
Afschriften van De Jonge zelf of door anderen te zijnen behoeve vervaardigd.
19de eeuwsche afschrifen
19de eeuwsch afschrift
19de eeuwsche afschriften
19de eeuwsche afschriften
Afschrift van De Jonge,
19de eeuwsch afschrift
19de eeuwsch afschrift
De copie is vervaardigd door De Jonge.
19de eeuwsch afschrift
Blijkens een aanteekening, door De Zwaan op het stuk geplaatst, is het afgeschreven naar een gedrukt werk, getiteld: De Heldendood van Michiel Adriaanszoon de Ruyter door Hendrik Harms en Klijn, 2e druk, Amsterdam 1824, blz. 39.
19de eeuwsche afschrift
Op het stuk aanteekening van den commies-chartermeester De Zwaan: "afgeschreven naar de oorspronkelijke, welke waarschijnlijk nimmer is afgezonden, alzoo dezelve gevonden is in een lessenaartje van den gemelden raadpensionaris, thans op 's Rijksarchief".
19de eeuwsche afschriften
Hierbij ook een brief van Jacob Vroom te Hellevoetsluis aan den commies bij het Departement van Marine G. M. Asmus betreffende de overbrenging van het wapenbord van dat schip naar Rotterdam (1835 December 1).
Afgeschreven voor De Jonge naar een afschrift in het archief der Staten-Generaal.
Op het stuk aanteekening van De Zwaan: "afgeschreven naar een dubbeld, te vinden in de lias Particuliere brieven aan den raadpensionaris van Holland anno 1677".
19de eeuwsch afschrift
Hierbij ook een nota van den commies-chartermeester De Zwaan en andere stukken over hetzelfde onderwerp. 1833 November 4-1837 Februari 28.
Uit de aanteekeningen, door De Jonge onder een drietal stukken geplaatst, blijkt, dat zij afgeschreven zijn naar de oorspronkelijken, toebehoorende aan den vice-admiraal Van den Velden te Utrecht.
19de eeuwsch afschrift
Afschrift, ten behoeve van De Jonge vervaardigd.
Afschriften van De Jonge zelf of door anderen te zijnen behoeve vervaardigd.
19de eeuwsch afschrift
19de eeuwsche afschriften
Afschriften, ten behoeve van De Jonge vervaardigd.
Onderaan aanteekening van De Jonge, dat dit uittreksel is vervaardigd naar een copie, hem in 1847 verstrekt door den kapitein-ter-zee Bronovo, die het gevecht als luitenant had bijgewoond.
Blijkbaar afschriften, ten behoeve van De Jonge vervaardigd.
Zie ook nummer 11.
19de eeuwsche afschriften
Met bijbehoorende nota van den commies-chartermeester De Zwaan van 12 Maart 1830.
Op den brief aanteekening: "naar den origincelen geheel eigenhandigen brief, te vinden in de lias met particuliere brieven van verschcidene personen aan den raadpensionaris De Witt anno 1665 - J. C. de Jonge".
Blijkens een aanteekening van De Jonge afgeschreven naar het eigenhandig geschreven stuk van Van Almonde, opgenomen als bijlage der resolutiën der Admiraliteit te Amsterdam, van 6 December 1697.
Op het stuk aanteckening van De Jonge: "uit een brief van den heer Cranen (?), secretaris van den scheepskrijgsraad, tijdelijk in Engeland". Blijkbaar gecopieerd ten behoeve van De Jonge.
Afschrift van De Jonge.
Blijkens een aanteekening van De Jonge afgeschreven naar een stuk, behoorende tot de nagelaten papieren van Buyskes.
18de eeuwsch afschrift
De stukken zijn genummerd 125, 127, 129, 130, 135 enz.
Afschrift van den commies-chartermeester De Zwaan.
Op den omslag aanteekening van De Jonge: "de origineelen berusten op 's Rijks archief van (sic) 's Gravenhage, thans in 's Konings Huisarchief 1840".
Blijkens de opgaven van De Jonge getrokken uit een handschrift, getiteld: "Onpartijdig onderzoek en advijs nopens de separate cassatie", opgesteld in het eerste stadhouderlooze tijdperk en in 1826 behoorende aan den heer Rethmeijer (?) te Amsterdam.
Klaarblijkelijk zijn deze afschriften in 1838 vervaardigd ten behoeve van De Jonge.
Hierbij ook een nota van De Jonge over den oorsprong der Fransche driekleur.