Back

Hof van Holland: Remissies en pardonnen, Soort gratie: Remissie

Soort gratie Remissie
Gratie 's-Gravenhage
Gratieverlener Karel V
Suppliant(en) Jan Outgiersz.
Woonplaats dader(s) Kampen
Soort delict Doodslag
Delict Arnemuiden, op een schip
Gedagvaarde officier Foey, de baljuw van Arnemuiden en Claes van Dam, de substituut van de Procureur-Generaal van Holland
Amende civiel Ja, 10 Carolusguldens + de justitiële kosten
Toedracht en bijzonderheden Jan Outgiersz uit Kampen in het Oversticht heeft een remissiebrief betreffende de doodslag van wijlen Reyloff Janssz. Elf jaar daarvoor is hij verhuurd geweest met Heynrick van der Steen om als bootsgezel 'coepvaert te varen'. Ook Reyloff Jansz was 'verhuert'. De bootsgezellen zaten met elkaar te praten in het schip dat voor Arnemuiden lag. De suppliant zond de scheepsjongen naar de kok om te vragen of hij nog hutspot had, zeggende dat wanneer de kok nee zou zeggen, hij moest zeggen dat de kok geen 'soetemelck met wittebrood meer had'. De jongen doet dit en Reyloff is hierover boos geworden, hij pakte zijn mes van tafel en probeerde Jan kwaad te doen, maar werd hierbij belet door Claes Reyerts, een 'hoochbootsman' De suppliant vroeg Reyloff een paar keer wat er aan de hand was, maar deze was niet te kalmeren. Boos en bang greep de suppliant zijn broodmes van tafel en stak daarmee Reyloff in zijn borst. Aan deze verwonding is hij kort daarna overleden. Jan Outgiersz is gevlucht uit vrees voor de justitie, hij durft niet zonder gratie terug te komen en leeft in misère. Hij moet civiele betering doen als dat nog niet gebeurd is en de kosten van de justitie betalen. Gedagvaard waren: Pieter schoemaker, man van Anne Jansdr zus van de overledene; Jan de Vries man van Katryn Jansdr ook een zus; Pieter Slotemacker man van Grieitie Slotemackers 'moye' van de overledene, Bouwen molenaer, Jan Heynsz en Reyloff Pietersz 'susterlingen' als naaste familieleden en Foey de baljuw. Allen consenteerden in het iterinement.