Back to search results

3.18.17.01 Inventaris van de registers en stukken afkomstig van de Abdij Leeuwenhorst, 1410-1571

Enter a search query
PreviousNext

Archief

Titel

3.18.17.01
Inventaris van de registers en stukken afkomstig van de Abdij Leeuwenhorst, 1410-1571

Auteur

J. Bruggeman

Versie

01-08-2022

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1935 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Abdij van Leeuwenhorst, Registers en stukken
Abdij Leeuwenhorst / registers

Periodisering

archiefvorming: 1410-1571
oudste stuk - jongste stuk: 1410-1571

Archiefbloknummer

35016.1

Omvang

; 241 inventarisnummer(s) 4,20 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het. Een gedeelte in het.
Nederlands
Latijn

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven en gedrukte teksten. De Nederlandstalige stukken van vóór ca. 1700 zijn geschreven in het gotische cursiefschrift, met name in de oud-Hollandse klerkencursief.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Abdij Leeuwenhorst te Noordwijkerhout

Samenvatting van de inhoud van het archief

De stukken uit het archief van de abdij Leeuwenhorst te Noordwijkerhout betreffen vrijwel uitsluitend de administratie en financiën van de rentmeesters uit de periode tussen 1410/11 en 1570/71. Veel materiaal gaat over de aanschaf van gebruiksartikelen voor het klooster en over de verpachting van stukken grond in het Rijnland en het Westland, waar het klooster de meeste bezittingen had.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
In 1261 stichtten Aarnout en Waalwijn van Alkamade de abdij. Op St. Thomas-avond in 1262 werd de eerste steen gelegd. De nonnen werden omstreeks 1273 opgenomen in de orde van de cisterciënzers en onder toezicht gesteld van het mannenklooster te Kamp (Duitsland). De nonnen verwierven uitgebreid landbezit, voornamelijk in Rijnland en Delfland. Rentmeesters droegen voor het verpachten daarvan en het beheer daarover de verantwoordelijkheid, zodat de nonnen zelf zich aan een contemplatief leven konden wijden.
Zeker in de beginperiode was de abdij Leeuwenhorst een instelling die in aanzien stond. In eerste instantie werden er alleen adellijke jonkvrouwen uit Holland opgenomen, later ook uit andere gewesten, en bovendien kwamen er steeds meer dochters uit patriciërsgeslachten bij. Door deze vertegenwoordigers van lagere standen en de grotere geografische afstand nam de betrokkenheid van familieleden af. Hetzelfde gold op den duur ook voor het aanzien dat de abdij genoot.
Begonnen met acht tot twaalf zusters waren er later gemiddeld dertig zusters in het klooster. Na de landing van de watergeuzen bij Katwijk in 1571 vluchtten zij naar Leiden. In 1573, tijdens het beleg van Leiden, werd de abdij, inclusief de kerk, door Leidenaars vernietigd om gebruik door de Spanjaarden te voorkomen. Op dezelfde plek werd later een adellijke hofstede aangelegd.
In 1572-'73 werden met de komst van de Reformatie de kerkelijke goederen onteigend. Het gros van deze goederen werd bestemd voor het onderhoud van de publieke kerk. Met de abdijen van Rijnsburg en Leeuwenhorst stond het anders. In eerste instantie werden ze door de Staten van Holland geconfisqueerd en onder beheer van een rentmeester gesteld, die aan de nonnen een alimentatie uitbetaalde. De Staten wilden de goederen te gelde maken en de opbrengst gebruiken voor de strijd tegen Spanje en de Leidse universiteit. De edelen betoogden echter dat veel van de bezittingen van adellijke herkomst waren. De abdijen waren destijds gesticht door de graven en gravinnen van Holland om adellijke jonkvrouwen op te nemen. Bovendien had de adel ook later nog goederen geschonken voor hun onderhoud. Daarom beschouwden de edelen de geestelijke goederen min of meer als familiebezit, dat nog steeds moest dienen voor de verzorging van adellijke dames. Uiteindelijk lieten de Staten in 1586 de goederen van deze twee abdijen geheel aan de Ridderschap.
Nominaal bleven de abdijen ook na 1572 onder leiding van abdissen staan, die de Ridderschap tot in de zeventiende eeuw benoemde. In 1620 werd besloten voor Rijnsburg geen nieuwe abdis meer te benoemen en voor Leeuwenhorst werd eenzelfde besluit in 1634 van kracht. Nadien waren het oudste en het op een na oudste lid van de Ridderschap respectievelijk abt van Rijnsburg en Leeuwenhorst. Naast de abdissen werden rentmeesters aangesteld. Vanaf 1624 nam een lid van de Ridderschap voor Leeuwenhorst het rentmeesterschap waar. De eigenlijke werkzaamheden werden door commiezen uitgevoerd, aan wie veel verantwoordelijkheden werden toevertrouwd.
G. de Moor wijdde verschillende studies aan de abdij, waarvan de belangrijkste zijn:(Hilversum 1994) en(Amsterdam 2000). Zie voor de latere geschiedenis uitvoeriger de inleiding van inventaris 3.01.06 (het archief van de Ridderschap en edelen van Holland en West-Friesland, 1572-1795) en, de Verborgen en geborgen. Het cisterciënzerklooster Leeuwenhorst in de Noordwijkse regio (1261-1574) Lonen en prijzen in het cisterciënzerinnenklooster Leeuwenhorst bij Noordwijkerhout tussen 1410/11 en 1570/71 Leeuwenhorst, een Hollandse buitenplaats editie 2003 van het Jaarboek van de Kastelenstichting Holland en Zeeland onder redactie van E. den Hartog, R.H.M. van Immerseel en A. Coops.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Over de archivalia van Leeuwenhorst na 1572 zijn er geen gegevens voorhanden. Vermoedelijk hebben ze evenals die van de abdij van Rijnsburg in de zeventiende eeuw lange tijd op het Huys te Rijnsburg berust. Vanaf 1660 bevonden de archivalia zich in een gehuurde kamer van de commiezenfamilie Havius, later Heeneman. In de loop van de tijd vonden tal van aanvullingen plaats. Hoewel de Ridderschap eind achttiende eeuw werd opgeheven, bleef het archief in handen van dezelfde commies, D.J. Heeneman. Zie uitvoeriger de inleiding van inventaris 3.01.06, van het archief van de Ridderschap en edelen van Holland en West-Friesland, 1572-1795.
Pas in 1816 is het archief van de Ridderschap vanuit het huis van commies Heeneman overgebracht naar het Rijksarchief.
De rechtstitel is (nog) onbekend

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Abdij van Leeuwenhorst, Registers en stukken, nummer toegang 3.18.17.01, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Abdij Leeuwenhorst / registers, 3.18.17.01, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
3.18.17.02 - regestenlijst
3.01.06 - Ridderschap en edelen van Holland en West-Friesland, 1572-1795

Bijlagen

Concordans
Deze films bevatten alleen de registers, stukken en rekeningen en niet de oorkonden die in de charterkasten worden bewaard. Hierop hebben dus geen betrekking de regestenlijst met index en ook niet de archivalia in het archief van de Ridderschap betreffende Leeuwenhorst.
Filmnr. Oud nr. Inventarisnummers
1210 1 1/6 begin
1211 2 6 vervolg/10
1212 3 11/22
1213 4 23/34
1214 5 35/46
1215 6 47/55
1216 7 56/64
1217 8 65/69
1218 9 69A/75
1219 10 76/80A
1220 11 81/88
1221 12 89/99
1222 13 100/107A
1223 14 108/115 ( Voor bijlagen bij 111/121, zie 1234. )
1224 15 115A/122 ( Voor bijlagen bij 111/121, zie 1234. )
1225 16 122A/126A
1226 17 127/131
1227 18 131A/136
1228 19 136A/141A
1229 20 142/148A
1230 21 149/154
1231 22 155/163
1232 23 163A/172
1233 24 173/178
1234 ( Op 1234 staan verder nog bijlagen bij 111/121, en de volgende regestnummers: 237; 305; 340; 364B; 379; 400; 442; 476; 555; 570; 572; 574; 575; 577; 577A; 660; 670; 720; 728; 736; 777; 831; 874; 885; 894, 930; 938. ) 25 178A/179
Filmnr.Oud nr.Inventarisnummers

Inventories