Archief
Titel
2.14.65 Inventaris van het archief van de Innovatiecommissie Participatieonderwijs (ICP) van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, 1975-1983
Auteur
A. GravesteijnVersie
31-03-2022
Copyright
Nationaal Archief, Den Haag
1988 cc0Beschrijving van het archief
Naam archiefblok
Ministerie van OCW: Innovatiecommissie Participatieonderwijs (ICP) OCW / Innovatiecie. Participatieonderwijs
Periodisering
oudste stuk - jongste stuk: 1975-1983
Archiefbloknummer
O3Omvang
; 139 inventarisnummer(s) 2,50 meterTaal van het archiefmateriaal
Het merendeel der stukken is in het
Nederlands
Soort archiefmateriaal
Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.Archiefdienst
Nationaal ArchiefLocatie
Den HaagArchiefvormers
Ministerie van OCW / Innovatiecommissie Participatieonderwijs (ICP), 1975-1983Samenvatting van de inhoud van het archief
De Innovatiecommissie Participatie-onderwijs (ICP) werd ingesteld door de toenmalige minister van Onderwijs en Wetenschappen, dr. J.A. van Kemenade, op 16 oktober 1975. De commissie had als taak de ontwikkeling van het participatie-onderwijs te bevorderen. Dit was een vorm van buitenschools, praktijkgericht leren. Doel was om inhoud en organisatie van het onderwijs beter te laten aansluiten op de ervaringen die jongeren opdeden bij de uitoefening van hun werkzaamheden in beroep en bedrijf.
Het archief bevat stukken betreffende o.a. de experimenteerplannen, ontwikkelingsprojecten, voorlichting en publicaties, en betreffende de Werkgroep Voorbereiding Participerend Leren in havo en vwo.Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
Participatie-onderwijs
Een van de kenmerken van participerend leren is het in de praktijk opdoen van ervaringen. Deze praktijkervaringen hadden tot doel om meer aansluiting te vinden tussen school en praktijk. Het zelfstandiger worden van de leerling speelde hierbij dan ook een grote rol. Praktijkervaringen werden opgedaan door middel van stage-lopen in een bedrijf of op een kantoor; dit wordt ook wel "buitenschools" leren genoemd. Een ander kenmerk was, dat de ervaringen buiten school opgedaan, binnen het onderwijs centraal moesten staan.
Instelling en taak
De Innovatiecommissie Participatie-onderwijs (ICP) werd ingesteld door de toenmalige minister van Onderwijs en Wetenschappen, dr. J.A. van Kemenade, op 16 oktober 1975 bij beschikking, kenmerk OP/V3-32082, d.d. 15 oktober 1975. Deze beschikking werd geplaatst in de Staatscourant van dinsdag 21 oktober 1975 nr. 203.
De commissie bestond uit een voorzitter, een secretaris en acht leden, allen benoemd door de minister van Onderwijs en Wetenschappen (zie bijlage 1).
De commissie kreeg in het algemeen tot taak de ontwikkeling van het participatie-onderwijs te bevorderen door het doen van voorstellen en het uitbrengen van adviezen aan de minister met betrekking tot (de ontwikkeling van) deze vorm van onderwijs. De commissie moest onderzoeken, wat er gebeuren moest met de vorming en opleiding van werkende jongeren. Veel jongeren verlieten om wat voor reden dan ook voortijdig het onderwijs. De kern van het probleem was dat de inhoud en de organisatie van het onderwijs onvoldoende aansloten op de ervaringen die deze jongeren opdeden bij de uitoefening van hun werkzaamheden in beroep en bedrijf. Jongeren waren daarom niet in staat om vanuit hun eigen achtergrond en milieu deel te nemen aan vorming en opleiding. Tegen deze achtergrond werd de commissie ingesteld. De commissie diende te adviseren over een betere integratie van onderwijs en praktijk.
De commissie werd al spoedig geconfronteerd met toenemende jeugdwerkloosheid en daarmee een snelle teruggang van het aantal werkende jongeren dat gebruik maakte van de bestaande onderwijsvoorzieningen.
Men poogde nu aandacht te geven aan bijscholing en betere aansluiting op de arbeidsmarkt. Daartoe ging men over tot de ontwikkeling van een nieuw type onderwijs: het kort middelbaar beroepsonderwijs (kmbo).
Werkwijze
Door de commissie werden werkconferenties voorbereid. Deze namen per conferentie twee dagen in beslag. Ze hadden tot doel het bereiken van voldoende duidelijkheid over de onderlinge standpunten van leden van de commissie inzake de uit te brengen adviezen. Bij deze conferenties waren steeds twee waarnemers van het departement aanwezig.
De voorzitter nam regelmatig deel aan het voorzittersoverleg. Dit overleg was een vergadering tussen de voorzitters van de verschillende commissies die opgericht waren in het kader van het onderwijsvernieuwingsbeleid.
De volgende commissies namen deel aan dit overleg:
- Commissie Open School (COS)
- Innovatiecommissie Basisonderwijs (ICB)
- Innovatiecommissie Middenschool (ICM)
- Innovatiecommissie Participatie-onderwijs (ICP)
- Commissie Bevordering Plaatselijke Educatieve Netwerken (CBPEN)
Het overleg werd éénmaal per maand gehouden. Men informeerde elkaar over de onderzoeksontwikkelingen en men poogde de standpunten ten opzichte van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen te coördineren.
Er bestond ook structureel overleg tussen de commissie en het departement. Het departement kon zo feeling houden met het functioneren van de commissie. Bij het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen bestond de Departementale Innovatie Projectgroep/Participatie-onderwijs (DIP/P).
De taak van de DIP/P richtte zich (in het algemeen) op het bevorderen van een gecoördineerde en slagvaardige besluitvorming op het gebied van het participatie-onderwijs, zowel departementaal als interdepartementaal. Men adviseerde de minister van Onderwijs en Wetenschappen omtrent alle voorstellen en plannen van de commissie en andere instellingen betreffende de ontwikkeling van het participatie-onderwijs.
In 1978 werden door leden van de commissie oriëntatiebezoeken gebracht aan het buitenland, waarvan verslagen werden gemaakt. Het resultaat van die verslagen was de discussienota: "Participerend leren: een andere leerweg".
De commissie heeft uiteindelijk een twaalftal adviezen, die betrekking hebben op het onderzoeksterrein, uitgebracht aan de minister. Een drietal is niet gepubliceerd. Vanaf 1979 werden deze beleidsadviezen voorbereid door een drietal subgroepen.
De commissie gaf ook adviezen op nota's van derden, wanneer daarom gevraagd werd. Deze adviezen, bijzondere adviezen genoemd, werden aan de minister gestuurd. Deze bijzondere adviezen betroffen allerlei zaken betreffende de nieuwe regelingen op verschillende gebieden van het onderwijs.
Naast het uitbrengen van adviezen, begeleidde de commissie nog een aantal experimenten inzake het participerend leren. Vijf scholen deden daaraan mee.
De commissie begon vanaf 1980 ook met de ontwikkeling van participerend leren in havo en vwo. Daartoe werden gespreksplatforms opgericht. Elke leraar/projectgroep die dacht daarvoor in aanmerking te komen, kon zitting nemen in zo'n platform. Het platform was een middel om op het gebied van het ontwikkelen van participerend leren in havo- en vwo-bovenbouw te komen tot communicatie en afstemming.
Ook werd in de tweede helft van 1980 een Werkgroep Voorbereiding Participerend Leren ingesteld. Deze werkgroep had tot taak het ontwerpen van ontwikkelingsprojecten in participerend leren.
Door een aantal leden van de commissie werden artikelen omtrent het participerend leren gepubliceerd. Deze artikelen werden geplaatst in diverse tijdschriften. Leden van de commissie hielden ook lezingen op verschillende conferenties.
Opheffing
De commissie werd tezamen met andere commissies en werkgroepen per 1 augustus 1983 opgeheven. In een brief van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, kenmerk VO/VP-11.517 werd dat kenbaar gemaakt.
Op 7 september 1983 werd in het toenmalige hoofdgebouw (Nieuwe Uitleg 1, 's-Gravenhage) een officiële afscheidsbijeenkomst georganiseerd.
Een gedeelte van de taak werd overgenomen door de Adviesraad Voortgezet Onderwijs II (ARVO II II) en de Adviesgroep Projecten Voortgezet Onderwijs II (APVO II II).
Overzicht van de samenstelling van de Innovatiecommissie Participatie-onderwijs, 1975-1983
De leden van de commissie over de periode 1975-1983 zijn in onderstaand overzicht opgenomen.- Dr. M.A.J.M. Matthijssen, lid tevens voorzitter, 16 oktober 1975 tot 1 augustus 1981 met uitzondering van de periode 1 augustus 1979 tot 1 mei 1981 wegens studieverlof
- L.J. van den Bosch, lid, 16 oktober 1975 tot 1 mei 1981, tevens voorzitter in de periode 1 augustus 1979 tot 1 mei 1981;
- H.F. van Aalst, lid tevens voorzitter, 1 november 1981 tot 1 augustus 1983;
- M.E.J.C. Crone-Auer, 1 december 1980 tot 1 februari 1983;
- W. Baars, 16 oktober 1975 tot 1 april 1977;
- A. Bikker, 1 november 1979 tot 1 augustus 1983;
- J. Brouwer, 1 augustus 1981 tot 1 augustus 1983;
- J. van Donk, 1 februari 1980 tot 1 oktober 1982:
- M.A.H. Sterkenburg-Doyer, 1 mei 1977 tot 1 november 1980;
- Mw. drs. E.Th. van Eck, 1 augustus 1981 tot 1 augustus 1983;
- A. Fondse, 16 oktober 1975 tot 15 oktober 1978;
- P. Franken, 1 september 1982 tot 1 augustus 1983;
- F.J.Th. Hanckmann, 16 oktober 1975 tot 1 september 1979;
- H.J. Swiers-van den Heuvel, 1 mei 1980 tot 1 augustus 1980;
- Drs. C. van der Horst, 16 oktober 1975 tot 16 september 1978;
- Ir. W. Hulsbergen, 1 augustus 1979 tot 15 oktober 1981;
- Mw. S. van Leen, 1 november 1975 tot 1 augustus 1980;
- F.E.A. Moore, 1 augustus 1981 tot 1 augustus 1983;
- M.L.G.M. van den Oever, 1 augustus 1979 tot 1 augustus 1983;
- F. Prins, 1 februari 1983 tot 1 augustus 1983;
- L.C.M. van Tiggelen, 16 oktober 1975 tot 1 juni 1979;
- A. Toornstra, 15 oktober 1975 tot 1 augustus 1983;
- Mr. J.H. Vannisselroy, 1 augustus 1979 tot 16 oktober 1981;
- J. Zijlstra, 1 augustus 1981 tot 1 augustus 1983;
- Mr. G.J. van Eijk, ambtelijk secretaris, 16 oktober 1975 tot 1 augustus 1983;
- E.W. Schröder-Koot, secretaresse, 1 oktober 1977 tot 1 augustus 1983;
- R. van Deijl-van de Weert, secretaresse, 1 oktober 1976 tot 1 februari 1977.
Geschiedenis van het archiefbeheer
De commissie was eerst gehuisvest in Utrecht, daarna in Zeist. Het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen had aan de commissie mr. G.J. van Eijk als ambtelijk secretaris toegevoegd. Deze was verantwoordelijk voor de vorming van het archief.
In 2004 is de inventaris bijgesteld en is het archief fysiek bewerkt.
In november 1984 heeft de secretaris van de commissie het archief overgedragen aan de Centrale Archiefbewaarplaats van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen. De inventarisatiewerkzaamheden zijn tussen september 1986 en juli 1987 verricht door A. Gravesteijn, medewerker van de Afdeling Registratuur en Archieven, Onderafdeling Centrale Archiefbewaarplaats.
Het archief van de Innovatiecommissie Participatie-onderwijs (ICP) is in 2005 naar het Nationaal Archief overgebracht krachtens art. 12 van de Archiefwet 1995.
Overbrenging van een overheidsarchief
Inhoud en structuur van het archief
Selectie en vernietiging
De omvang van het archief bedroeg bij aanvang van de inventarisatiewerkzaamheden 14 strekkende meter. Het archief werd geschoond van dubbele exemplaren, die in ruime mate aanwezig waren. De overige vernietigbare archiefbescheiden zijn op grond van het Archiefbesluit 1968, artikel 3, vierde lid, vernietigd, overeenkomstig het advies van de Algemene Rijksarchivaris, gegeven in zijn brief CD/RAI/87/231/JJ d.d. 28 september 1987. De omvang van het archief werd zodoende teruggebracht tot 3,5 strekkende meter.
Verantwoording van de bewerking
Vóór de bewerking bestond de ordening van het archief uit de series: interne, ingekomen en uitgaande brieven. Die indeling is voor wat betreft de ingekomen en uitgaande brieven gehandhaafd. De interne stukken zijn alle opgenomen bij de adviezen waarop zij betrekking hebben.
Ordening van het archief
Alle stukken bij de commissie werden voorzien van speciale kenmerken. Zo kregen ingekomen stukken het kenmerk IS/../..., uitgaande stukken US/../... . Ter verduidelijking: na de eerste schuine streep komt het jaartal en na de volgende schuine streep het volgnummer van inschrijving. De interne stukken werden voorzien van het kenmerk ICP.
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
- Creëer een account of log in.
- Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
- Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van OCW: Innovatiecommissie Participatieonderwijs (ICP), nummer toegang 2.14.65, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, OCW / Innovatiecie. Participatieonderwijs, 2.14.65, inv.nr. ...
Verwant materiaal
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Bijlagen
Lijst met verklaringen van de afkortingen
- A
- ABB
- Algemene Besturenbond voor Beroepsonderwijs, Hoofdbestuur van de
- ABOP
- Algemene Bond voor Onderwijzend Personeel
- ABS
- Algemene Bonden voor Scholen, Stichting
- AEL
- Arbeids Ervarings Leren
- ANVO
- Adviescommissie Nascholing Voortgezet Onderwijs
- AOI
- Advies Onderwijskundige Inrichting
- APS
- Algemeen Pedagogisch Studiecentrum
- AR
- Academische Raad
- ARBO
- Advies Raad Basis Onderwijs
- AVB
- Algemene Vorming en Beroepsoriëntatie
- avo
- algemeen voortgezet onderwijs
- AVS
- Algemeen Vereniging van Schoolleiders
- B
- BBO
- Beroeps Begeleidend Onderwijs
- BEMETEL
- Bedrijfsopleiding Metaal en Elektrotechnische Industrie
- BEVO
- Begeleiding Educatieve Voorzieningen, Stichting
- BNVU
- Bond van Nederlandse Volks Universiteiten
- BOT
- Bijzondere Ontwikkelings Taken
- C
- CBPEN
- Commissie Bevordering Plaatselijke Educatieve Netwerken
- CBOO
- Contactcentrum Bevordering Openbaar Onderwijs
- CBS
- Centraal Bureau voor de Statistiek
- CDD
- Centrale Directie Documentatie
- CCOO
- Centrale Commissie voor Onderwijs Overleg
- CEOS
- Civiel Effect Open School, Werkgroep
- CIO
- Commissie Instructie Omroep (van de NOS)
- CIO
- Contactorgaan voor de Innovatie van het Onderwijs
- CITO
- Centraal Instituut voor Toets Ontwikkeling
- CML
- Commissie Modernisering Leerplan
- CNV
- Christelijke Nederlandse Vakbond, Onderwijscommissie
- CPL
- Commissie Partiële Leerplicht
- COBO
- Centraal Orgaan Beroepsbegeleidend Onderwijs
- COLO
- Centraal Orgaan van de Landelijke Opleidingsorganen in het bedrijfsleven, Stichting
- CORO
- Centraal Orgaan van de Regionale Opleidingsorganen in het leerlingwezen, Stichting
- COS
- Commissie Open School
- CRM
- Cultuur, Recreatie en Maatschappelijkwerk, Ministerie van
- CT
- Curriculum Team (van de SPOS)
- CVOvV
- Commissie Vormings- en Ontwikkelingswerk voor Volwassenen
- CVV
- Centrum voor Vakopleiding voor Volwassenen
- CW
- Centrale Werkgroep
- D
- DGDI
- Directoraat-Generaal voor de Diensten Onderwijs en Inspectie van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen
- DIO
- Documentaire Informatievoorziening Onderwijsinnovatie
- DIP
- Departementale Innovatie Projectgroep
- E
- EK
- Emancipatie Kommissie
- F
- FNV
- Federatie Nederlandse Vakbeweging
- G
- GEU
- Groep Educatieve Uitgeverijen
- GO
- Georganiseerd Overleg
- GSB
- Zie SGSB
- H
- HB
- Herziening Beroepsopleiding, Werkgroep
- I
- ICB
- Innovatiecommissie Basisschool
- ICM
- Innovatiecommissie Middenschool
- ICO
- Innovatiecommissie Opleidingen
- ICP
- Innovatiecommissie Participatie-onderwijs
- IPAC-P
- Interim Programma Advies Commissie-Participatie-onderwijs
- IPEN
- Interdepartementale Projectgroep Open School
- IVEO
- Instituut voor Vorming en Opleiding
- IVEV
- Interdepartementale Voorbereidingscommissie betaald Educatief Verlof
- K
- KKE
- Kontakt Katholieken Educatiefwerk
- KISO
- Kohnstamm Instituut voor onderzoek Schriftelijk Onderwijs
- KLLP
- Klankbord LLP
- kmbo
- kort middelbaar beroepsonderwijs
- L
- lavo
- lager algemeen voortgezet onderwijs
- LBPV
- Landelijk Beraad voor Plaatselijk Vormingswerk
- lbo
- lager beroepsonderwijs
- lbol
- lager beroepsonderwijs landbouw
- LDC
- Landelijk Directeuren Contact
- lds
- lagere detailhandelsschool
- leao
- lager economisch en administratiefonderwijs
- lhno
- lager huishoud- en nijverheidsonderwijs
- llo
- lager landbouwonderwijs
- LLP
- Landelijke Leerplaatsen Project
- lmo
- lager middenstandsonderwijs
- lo
- lager onderwijs
- LOCV
- Landelijke Organisatie voor Christelijk Vormingswerk
- LOIO
- Landelijke Organisatie Inas Opleiding
- LOVWJ
- Landelijke Organisatie Vormingswerk Werkende Jongeren
- LSOB
- Landelijke Stichting Opleidingen Bejaardenzorg
- LSR
- Landelijk Steunpunt Randgroepjongerenwerk
- lto
- lager technisch onderwijs
- lts
- lagere technische school
- M
- mavo
- middelbaar algemeen voortgezet onderwijs
- mbo
- middelbaar beroepsonderwijs
- meao
- middelbaar economisch en administratief onderwijs
- mhno
- middelbaar huishoud- en nijverheidsonderwijs
- mls
- middelbare landbouwschool
- mmo
- middelbaar middenstandsonderwijs
- mo
- middelbaar onderwijs
- mspo
- middelbare sociaal-pedagogische onderwijs
- mto
- middelbaar technisch onderwijs
- mts
- middelbare technisch onderwijs
- mtus
- middelbare tuinbouwschool
- MVM
- Man Vrouw Maatschappij (actiegroep)
- N
- NBLC
- Nederlands Bibliotheek- en Lectuurcentrum
- NBV
- Nederlandse Bond voor Sociaal-Cultureel Vormingswerk
- NCO
- Nationale Commissie Voorlichting en Bewustwording Ontwikkelingssamenwerking
- NCVO
- Nederlands Centrum voor Volksontwikkeling
- NCW
- Nederlands Christelijk Werkgeversbond
- NFB
- Nederlandse Federatie Bejaardenbeleid
- NFO
- Nederlandse Federatie van Onderwijsorganisaties
- NIAM
- Nederlands Instituut voor Audio-Visuele Media
- NIVON
- Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk
- NKSR
- Nederlands Katholieke Schoolraad
- NKV
- Nederlands Katholiek Vakverbond
- NLO
- Nieuwe Leraren Opleiding
- NOGC
- Nationaal Overleg voor Gewestelijke Cultuur
- NOS
- Nederlandse Omroepstichting
- NOT
- Nederlandse Onderwijstelevisie
- NOT 1979
- Nationale Onderwijs Tentoonstelling 1979
- NPCS
- Nederlandse Protestants Christelijke Schoolraad
- npo
- nieuw part-time onderwijs
- NVR
- Nederlandse Vrouwen Raad
- NVV
- Nederlands Verbond van Vakverenigingen
- O
- OCA
- Overheids Contractgebonden Activiteiten
- O en W
- Onderwijs en Wetenschappen, het Ministerie van
- OESO
- Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling
- OLE
- Onderwijs Leer Eenheid
- OO
- Organisatie Ontwikkeling, Werkgroep
- OPVO
- Ontwikkelings Plan Voortgezet Onderwijs
- OVI
- Overleggroep Voorlichting Innovatie
- OVO
- Overleggroep Voortgezet Onderwijs
- P
- PACOS
- Programmerings Advies Commissie Open School
- PCBB
- Pedagogisch Centrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven
- PE
- Permanente Educatie
- PEN
- zie CBPEN
- PI
- Particulier Initiatief
- PLON
- Project Leerpakket Ontwikkeling Natuurkunde
- PO
- Participatie Onderwijs
- POOS
- Programmacommissie Onderwijs Open School
- PS
- Projectgroep Stimulering
- PWOS
- Plaatselijke Werkgroep Open School
- PZ
- Personeelszaken, Centrale Directie van O en W
- R
- RCW
- Raad voor Cultureel Werk
- RO
- Rechtspositiezaken Onderwijs
- RDC
- Regionale Diensten Centrum, het
- RONO
- Regionale Omroep Noord-Oost
- RPD
- Rijks Psychologische Dienst
- RR
- Regionale Raad
- RU
- Rijksuniversiteit
- RVU
- Radio volksuniversiteit
- S
- SALCO
- Samenwerkende Landelijke Organen voor wijk-, club- en buurthuiswerk
- SCO
- Studiegroep Curriculum Ontwikkeling
- SCP
- Sociaal Cultureel Planbureau
- SFW
- Stichting Film en Wetenschap
- SGSB
- Stichting Georganiseerd Schoolwezen Beroepsonderwijs
- SLO
- Stichting voor de Leerplanontwikkeling
- SOG-B
- Sector Onderzoeks Groep - Basisschool
- SOG-P
- Sector Onderzoeks Groep - Participatie-onderwijs
- SoZa
- Sociale Zaken, het Ministerie van
- SPOS
- Stichting Projecten Open School
- STOOS
- Stichting Ontwikkeling Open School
- SVO
- Stichting voor Onderzoek van het Onderwijs
- SUS
- Stichting Uitvoeringsgroep Streekcentra
- T
- TELEAC
- Televisie Academie, vroegere afkorting van de stichting
- V
- VAN
- Vereniging van Avondscholen en Avondscholengemeenschappen in Nederland
- VBS
- Vereniging Bijzondere Scholen
- VBS
- Vorming Buiten Schoolverband (vroegere afdeling van OK en W)
- VCU
- Voorbereidings Commissie Uitvoeringszaken (van de COS)
- VE
- Volwassenen Educatie
- VISO
- Vereniging van Instellingen voor Schriftelijk Onderwijs
- VJV
- Vormingswerk Jong Volwassenen
- VLOG
- Voorlopige Landelijke Overleggroep Proefprojecten
- VMTS
- Vereniging van Middelbare Technische Scholen en andere scholen voor middelbaar beroepsonderwijs
- VNG
- Vereniging van Nederlandse Gemeenten
- VNO
- Verbond van Nederlandse Ondernemers
- vo
- voortgezet onderwijs
- VOO
- Vereniging van Openbaar Onderwijs
- vo/ov
- voortgezet onderwijs/onderwijs voor volwassenen
- VOS
- Voorlichtingscommissie Open School
- VOS-cursussen
- Vrouwen Oriënteren zich op de Samenleving
- VOU
- Voorbereidingscommissie Open Universiteit
- VREDA
- Vereniging van Rectoren en Docenten in het Avondonderwijs
- VSLPC
- Vereniging van Samenwerkende Landelijke Pedagogische Centra
- VU
- Vrije Universiteit
- VW
- Vormingswerk
- vwo
- voorbereidend wetenschappelijk onderwijs
- W
- WAM
- Werkgroep Audio-visuele Middelen
- WEISO
- Wet Erkenning Instelling Schriftelijk Onderwijs
- wo
- wetenschappelijk onderwijs
- WOP
- Werkgroep Ondersteuning Proefprojecten 16-18 jarigen
- WRR
- Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid
- WSW
- Wet Sociale Werkvoorziening
- WVO
- Wet op het Voortgezet Onderwijs
- WVPL
- Werkgroep Voorbereiding Participerend Leren
- Z
- ZWO
- Zuiver Wetenschappelijk Onderwijs