Terug

Hof van Holland: Remissies en pardonnen, Datum interinement: 22-11-1531

Datum interinement 22-11-1531
Soort gratie remissie
Gratie Brussel
Gratieverlener Karel V
Dader(s) Adriaan Jansz.
Woonplaats dader(s) Haarlem
Slachtoffer(s) Pieter Pietersz.
Soort delict doodslag
Delict Vlissingen
Jurisdictie delict Vlissingen (baljuwschap))
Gedagvaarde officier baljuw van Vlissingen; baljuw van Kennemerland
Dader gevangen bij gratieverzoek? Ja
Oppositie procureur generaal Ja
Verleend ter gelegenheid van Blijde Inkomst
Welke blijde inkomste Triomftocht van Karel V door Brabant en Vlaanderen na zijn kroning tot keizer (in 1530) door de paus
Toedracht en bijzonderheden In het jaar van de uitspraak (st lauwereynsdag ll) bevond de suppliant zich als bootsgezel in Vlissingen, waar zijn schip heengevaren was. na ter kerke te zijn gegaan, ging hij met zijn maten naar de kroeg. Daar bevond zich ook het slachtoffer. Ze brachten daar de rest van de dag door en verteerden behoorlijk. De waardin zag dat het slachtoffer de verteringen die 'op de balk' bijgeschreven waren, gedeeltelijk uitwiste. Er ontstond een woordenwisseling, die gesust werd door de suppliant. Enige tijd later wilde het gezelschap vertrekken en men rekende af. het slachtoffer wilde echter nog blijven, waarop de suppliant hem maande dat hij genoeg gedronken had. Het slachtoffer gaf de suppliant een kaakslag, zodat zijn neus en mond bloedde. De suppliant pakte daarop zijn haringkaakmesje om zich 'te verweren' en stak het slachtoffer in de buik.Hoewel er een dokter bijgehaald werd om de wond te verzorgen overleed het slachtoffer de volgende dag, nadat hij de suppliant had vergeven, zeggende dat hij het ongeval zichzelf op de hals had gehaald. De suppliant is daarop naar Castricum gevlucht, waar hij onderdook bij zijn broer ('vrunden') om raad te krijgen hoe hij zich gedragen moest omdat het onnoeselick gebeurd was en zijn leefdage geen vechter was en die vrienden 'raidts plegende met eenige die nyet secreet en waeren'. Door loslippigheid werd zijn verblijfplaats bekend en is hij door de baljuw van Kennemerland gevangen genomen, opde st. Jans poort binnen haarlem waar hij nog steeds gevangen isde zoenbrief moet door de pg 'nae hem' genomen worden ende te bewaeren trecht van der KMthier wordt weer fiscale zaken gekoppeld aan de zoenbriefrek. kamer 3717 baljuw van Kennemerland Hubrecht van Ruiven 1 oct 1529-30 sept. 1531 f. 6r-6vIn de rekening staat: 10 aug 1531 heeft Adriaan Jansz. in Vlissingen Pieter Pietersz. van Uitgeest ter dood gebracht. remissie gevraagd. hangende welke tijd hij zich heimelijk in het huis van zijn broer heeft onthouden in Castricum. baljuw heeft hem gevangen en te rechte doen stellen.Adriaan, duchtende rigeur van justitie en dat hij door de baljuw ter justitie zou worden gesteld heeft door zijn vrienden en magen een protestatie doen doen voor notaris en getuigen aanvoerend dat hij onnozel in de doodslag was gekomen, op zijn hals gedrongen moest zijn lijf verweren. Hij vond dat de baljuw eerst het feit moest onderzoeken en dat durfde de baljuw niet te weigeren. Hij heeft een bode met een besloten missive naar vlissingen gezonden om van de baljuw goede info te hebben van de gelegenh. van de zaak. kort nadat de bode was uitgereisd is de remissie binnengekomen hem bevelende op zekere grote peynen tegen de km te verbeuren om adr. te ontslaan bij welke remissie hem vergeven was alle boeten en breuken crimiNeel en civiel breder bl. bij de copie van de rem. brief hier overgeleverd. In consideratie van zijn kosten en moeite heeft hij van de vrienden 70 pond gekregen het feit is civiel en gecomprehendeert in zijn pacht en daarom verantwoordt hij hier niets