Terug

Hof van Holland: Remissies en pardonnen, Datum interinement: 20-02-1546

Datum interinement 20-02-1546
Soort gratie remissie
Gratie Utrecht
Gratieverlener Karel V
Dader(s) Herman Barendsz.
Woonplaats dader(s) Amsterdam (geboren in)
Slachtoffer(s) Herman Backer
Soort delict doodslag
Jurisdictie delict Amsterdam (schoutambacht)
Gedagvaarde officier schout van Amsterdam
Dader gevangen bij gratieverzoek? Nee
Verzoening Ja, wel tot stand gekomen
Amende civiel 22 kar.g
Toedracht en bijzonderheden De lijkschouwing op Haerman Backer vond plaats op 24-06-1544 (Gemeentearchief Amsterdam, rechterlijk archief nr 5061, justitieboek 1524-1566, nr. 567, f. 126v) Dat wij ontfangen hebben de ootmoedige supplicatie van Herman Bairntsz. geboren van onser stede van Amsterdam inhoudende hoe dat hij op sint Jans avond anno 1544 na den middag gecomen is ten huize van Imme Jansdochter waardinne 'in de corde' met een man gehen(?) Medemblick drinkende aldaer tesamen eenen pot biers oft twee ende omtrent een half uur daarna is inne gecomen een Herman Backer mit hem Jan Wan priestere gaande tesamen sitten bij den voorsz. suppl. daarmede bij sittende een Cornelis Janszoon de welcke Herman backer gaff de waardinne anderhalve stuivers in de hand zeggende als dat is verdronken soe sal ik op staan ende daarna hebben zijluiden ... uit genouchten mitten quarten gespeelt omme geld (gelag?) te maken waarof de voorn. Herman Backer hadde eenen praspenyl ( niet leesbaar door copie?) te gelden die de waardinne hem gaff vande voors. anderhalve stuiver houdende nog een oortjen welck oortghen na dat tvoorsz. trouslach was gereeckent ende betaelt van trikgelach wort verdroncken waerna die voorsz. suppliant van den voorn. Herman Backer scheyde gaande in een andere kamer zittende alleene ....... dat de voorn Herman Backer wel bij drancke was (iets onleesbaars door copie in de kantlijn) hij hadde liever te vechten dan anders. Ende overmits die alle die gheene die int gelag waren ginghen ook van hem zitten ende doen ginck die voorsz. waardinne aan den voorn. Herman Backer hem vrintlicken biddende daar hij soude willen thuis gaan alsoe hij genoeg hadde gedronken welke achtervolgende is hij uitgegaan. Maar also hij daar tevoren hadde een stuk van zijn hemde gesneden daarinne hij eennen stuiver stack heeft uitgaande den selve stuivere willen hebben van de voorsz. waardinne die hem daarop zeide dat hij dezelfde stuiver in een stuk van zijn hemde gebonden ende in zijne mouwe hadde gesteken ende tzelve horende die voorn Herman es uyten huyse gescheyden ghaan in zijn huis daer inder gebuerte staande. Ende niet lange daarnaar es hij wederom gecommen mit een blooten opsteker twelk merkende die voorn. waardinne heeft haer huis doen sluiten niet willende de voorn. H.B. in haar huis hebbende overmits dat hij wonderlicke sinnen hadde in dronckenschap. Ende den voorn. Herman siende dat hij int huis niet commen en mochte heeft een plancke genomen stotende darmede ande voorsz. herberge in zulcker wijs datter een ruyt ofter twee uiter glazen vinstere gesprongen zijn stekende ook met voeten ande dere ende stekende ook met een opsteker door enen venster in de camer bedrijvende aldaar grote cracht ende gewelt welk merkende de voorn. suppliant met zijn gezelschap die nog in de camer waren hebben jegens malkander, geseyn deze man die doet hier cracht ende gewelt sal hij hier al den dach staen stoten aan thuis men soude hem wel belesen met een einde stocks wairop wordde geseyt wie willet doen. Daarop dei voorsz. suppl. antwoordde: “Ick sal het doen”. Ende opstaande met den besten stock in de hand es gegaan daarna ten doere uit daar hij den voorn. H.B. .... noch staande ende stotende ant huis die welke H. hebbende zijne blote opsteker in de hand heeft ter stond naar den voorsz. suppl. gesteken in zulker vughen(?) hij zeer gekwetst was ende bloede omtrent zijn schouder en zijn handen dwelck gevoelende die voorsz. suppl. heeft ook zijn brootmes uit getogen om hemzelven te defenderen ten besten dat hij mochte ende hoewel dat dezelve suppl. den voorn. Herman Backer ontweek ten twee ofte drie reizen thoe ende dat hij wel gewild hadde dat hij van hem hadde moghen scheiden nochtans hij was zo geoppresseert vander voorn. Herman B. Dat hij perfortse hem heeft moeten verweeren ende siende de voorn. suppliant dat hij niet mer gewijcken conste ende dat hij in danger was aldaar te moeten blijven soe heeft hij den voorn. H.B . een steecke ofte quetsure gegeven in zijn lijff waraf hij daarna dezer werelt overleden is tot groot leetwezen van de voorn. suppliant die welcke ter cause was al ist zoe dat hij noyt van eenige andere quade feyten oft delicten achterhaalt es geweest hem heeft moeten absenteren uit onze landen en heerlijkheden inde welke vresende rigeur van justitien hij niet en soude dorven vrijelicken wederkeren, hanteren noch converseren ten waere dat men hem hierop onze gratie ende genade verleent worde.
Vindplaats beschikking extern ARB, Rekenkamer, inv. nr. 49569, z.f.