Coenraad van Dedem, oudste zoon van Johan van Dedem tot Essche (1) en Aleid Ripperbant, beleend met de tienden te Essche na de dood zijns vaders in 1549, opnieuw beleend in 1559, overleden vóór 1560, tr. Gerberig van Heyden, dochter van Gijsbert en Johanna Grubbe, overleden vóór 1560.
1) Essche, adellijk huis in het graafschap Bentheim, Kerspel Veldhuizen, ook "0edinghof" genaamd, reeds in 1364 in het bezit der Van Dedem's. Zie: Jungius, Historiae antiquissimae comitatus Benthemiensis libri tres, no.92, p. 187.
Dedingsluiden: Balthasar van Dedem en Joost van Munster.
Gijsbert van Dedem, zoon van Coenraad en Gerberig van Heyden, (zie II), burgers te Zwolle in 1578, overl. 1606, tr. 13 januari 1574 Christina van Haersolte, dochter van Johan en Aleid van Haersolte, overl.1626.
Huwelijksluiden: Johan van Dedem, Thomas Knoppert, Johan Waeyer, Niclaes van Haersolte, Hermen van Haersolte en Rutger van Haersolte.
Coenraad van Dedem, zoon van Gijsbert en Christina van Haersolte, (zie III), geb. 17 october 1574, schepen van Harderwijk 1605-1621, raad 1622, schepen 1623-1635, raad 1635-1638, verschreven in de ridderschap van Veluwe 1618, overl. 14 juni 1638, tr. 1o Harderwijk 6 juli 1600 Geertruid van Speulde, dochter van Johan en van Haersolte, overl. aan de pest 9 januari 1604, 2o Harderwijk 22 januari 1609 Henrica van Voerst, dochter van Sander en Aleid van Haersolte, overl. 20 maart 1641.
Huwelijksluiden: Herman van Haersolte, Thomas Knoppert, Wolf van Ittersum, Volckier van Haersolte, Gijbert Ripperbant, Casijn van Speulde, Willem van Haersolte en Herman van Keppel.
Huwelijksluiden: Harmen van Haersolte, Harmen van Dedem, Thomas Knoppert, Clement van Voerst, Peter van Appeltorn en Jacob Voeth.
Aleid en Christina van Dedem, dochters van Coenraad van Dedem (zie IV) en Hendrica van Voerst, resp. overl. 24 augustus 1667 en 1 april 1674.
Johan van Dedem, zoon van Coenraad (zie IV) en Geertruid van Speulde, geb. 21 augustus 1602, verschreven in de ridderschap van Veluwe 1636, schepen van Harderwijk 1640-1651, overl. 14 september 1651, tr. 13 mei 1632 Judith van Wijnbergen, dochter van Wijghmen van Wijnbergen en Wendelina Terbruggen.
Coenraad van Dedem, zoon van Johan (zie VII) en Judith van Wijnbergen, verschreven in de ridderschap van Veluwe 1658, schepen van Harderwijk 1671-1676, burgemeester 1677-79, ongehuwd overl. 19 april 1679.
Gijsbert van Dedem zoon van Coenraad (zie IV) en Henrica van Voerst, geb. Harderwijk 1 october 1612, burgermeester en cameraar der stad Zwolle, gecommitteerde ten landdage van Overijssel 1650, overl. 1692, tr. 26 november 1643 Anna Catharina Coppier van Cuylenburgh, dochter van Willem en Anna van Beijnhem van den Appelenburgh.
Florentina van Dedem, dochter van Gijsbert (zie IX) en Anna Catharina Coppier van Cuylenburgh, stiftsjuffer van Weerselo 1664-1716, begr. Zwolle (Michaëlis Kerk) 25 mei 1716.
Henrica Elisabeth van Dedem, zuster van voorgaande, geb. 1646 of 1647, overl. Zwolle 17 januari 1733.
Coenraad Willem van Dedem, zoon van Gijsbert (zie IX) en Anna Catharina Coppier van Cuylenburgh, ged. Zwolle 19 september 1644, kapitein ener compagnie infanterie 1668, sergeant-majoor der stad Zwolle 1674, luitenantkolonel 1686, kolonel 1689, luitenant-generaal 1704, gouverneur van Bergen op Zoom 1710, koopt 27 februari 1683 "de Gelder" van S.E. van Laer, weduwe van H.J. Grubbe tot Mennigeshave en Herinkhave, verschreven in de ridderschap van Overijssel 1683, overl. Zwolle 18 februari 1714, begr. Wijhe 27 februari 1714, tr. Zwolle september 1685 Anna Elisabeth van Echten, dochter van Johan en Anna Elisabeth van Haersolte, geb. 1655, overl. op de Gelder 26 november 1732.
Dedingsluiden: Anthony Adolph baron van Haersolte, heer van Egede en Wolter Jan baron van Haersolte, heer van Oldenhof, Wolfshagen en Rijssel.
Gijsbert van Dedem van de Gelder, zoon van Coenraad Willem (zie XIII) en Anna Elisabeth van Echten, ged. Zwolle 12 augustus 1686, verschreven in de ridderschap van Overijssel 1710, gecommitteerde ter Admiraliteit van Friesland 1711, dijkgraaf van Salland 1729-1733, hoogschout van Hasselt en Hasselterambt 1733-1738, koopt de havezate Windesheim in 1732, overl. 21 januari 1738, tr. september 1712 Johanna Gerhardina van Haersolte, ged. Zwolle 3 augustus 1690, dochter van Anthony, heer van Elsen en Johanna van Haersolte, overl. 2 october 1739.
Rutgera Sophie en Henrietta Elisabeth van Dedem, dochters van Gijsbert van Dedem van de Gelder (zie XV) en Johanna Gerhardina van Haersolte, resp. overl. 24 oct. 1781 en 9 augustus 1784.
Anthony van Dedem van de Gelder, broeder van de voorgaande, ged. Zwolle 11 april 1715, verschreven in de ridderschap van Overijssel 1739, gecommitteerde ter Generaliteits Rekenkamer, gedeputeerde in de Raad van State 1759, ordinaris-gecommitteerde ter Staten-Generaal 1765, overl. 26 mei 1770, tr. augustus 1740 Isabella Frederika Charlotta van Rechteren, geb. 18 januari 1717, dochter van Frederik Rudolph, heer tot Hennigeshave en Philippine Eleonore des H.R. Rijksgravin von Castell Rüdenhausen, overl. 14 november 1794.
Dedingsluiden: P.Putman, G. van Warmelo, G. van Tongeren en A. Wiegmink.
Frederik Gijsbert van Dedem van de Gelder, zoon van Anthony (zie XVIII) en Isabella Frederika Charlotta van Rechteren, geb. huize de Gelder 17 febr. 1743, verschreven in de ridderschap van Overijssel wegens de Gelder 1767, wegens Pekkendam in plaats van de Gelder 1770, wegens de Hachmeule in plaats van Pekkendam 1776, ordinaris-gecommitteerde ter Staten-Generaal 1771, ambassadeur bij de Ottomanische Porte 1785-1808, Frans senator 1811, "Comte de l'empire" 1811, coadjutor van de Duitse Orde, overl. huize de Gelder 3 maart 1820, tr. Olst 8 november 1771 Adriana Frederika Johanna Sloet, geb. 29 mei 1746, dochter van Boldewijn, heer van Lindenhorst en Frederika Margaretha Sloet, overl. huize de Gelder 14 augustus 1815.
Met retroacta
De journalen over 1798, 1799 en 1801 ontbreken geheel, dat over 1802 gedeeltelijk.
Deze zijn wel aanwezig bij de journalen in het archief van de legatie in Turkije, 1.02.20, inv.nrs. 1014-1030.
Met bijlagen
Met bijlagen
Met bijlagen
Met bijlagen
Hierbij enige minuten brieven door de ambassadeur Van Dedem aan de minister gericht.
Ontbreken over de jaren 1791-1800 en 1805-1806.
De minuten over de jaren 1794-1800, 1802 en 1804-1806 ontbreken geheel, die over 1793, 1803 en 1807 gedeeltelijk.
Met inhoudsopgave.
Met bijlagen
Met inhoudsopgave.
De minuten lopen tot 10 december 1794.
Niet raadpleegbaar
Anthony Boldewijn Gijsbert van Dedem van de Gelder, zoon van Frederik Gijsbert (zie XX) en Adriana Frederica Johanna Sloet tot Lindenhorst, geb. huize de Gelder 23 augustus 1774, lid der Provisionele Representanten van het Volk van Overijssel, extra-ordinaris gecommitteerde ter vergadering van Hare Hoog Hogenden 1795, minister-plenipotentiaris aan het zweedse Hof 1795-1797, buitengewoon gezant te Parijs 1798, stafofficier onder Daendels, commissaris belast met de uitwisseling van krijgsgevangenen in Engeland 1799, gezant aan het Hof van Wurtemberg 1800, aan dat van Etrurië 1801, te Berlijn 1803-1806, generaal-majoor en eerste kamerheer van koning Lodewijk Napoleon 1806, gezant bij de koning van Westphalen 1808, te Napels 1808-1810, brigade-generaal in Franse dienst 1812-1814, na het herstel der Bourbons in 1815 wederom in Franse dienst. Ongeh. overl. Piere Pelago nabij Modena 14 autgustus 1825.
Het merendeel der brieven is ongedateerd.
Ontbreken over 1811-1815.
Willem Jan van Dedem, zoon van Gijsbert (zie IX) en Anna Catharina Coppier van Cuylenburgh, geb. Zwolle 30 juni 1656, majoor der infanterie 1689, luitenantkolonel 1696, kolonel 1704, heer van den Berg, Maurik en Oldenaller, verschreven in de ridderschap van Veluwe, stadhouder der lenen, overl. Arnhem 3 december 1738, tr. 27 maart 1696 Gerberich van Delen, vrouwe van Maurik en Oldenaller, geb. 1658, dochter van Herman, heer van Bockhorst en Spankeren en Geertruid van Wijnbergen, overl. Arnhem 6 december 1733.
Gijsbert Willem van Dedem, zoon van Willem Jan (zie XXIII) en Gerberich van Delen, ged. Zwolle 7 maart 1697, verschreven in de ridderschap van Overijssel 1721, koopt 22 october 1753 den Driesberg bij Kessel aan de Niers, overl. huize Driesberg 18 juni 1762, tr. 27 aug.1727 Theodora Judith Margriet van Isselmuden, dochter van Jan, heer van Rollecate en Theodora Margriet van Essen, overl. huize Driesberg november 1776.
Wegens begane manslag op deze jager nam Gijsbert Willem van Dedem met zijn zoon Willem Jan in 1752 de wijk naar het buitenland.
Willem Jan van Dedem, zoon van Gijsbert Willem (zie XXIV) en Theodora Judith Margriet van Isselmuden, geb. huize den Berg, Dalfsen 7 juli 1728, verschreven in de ridderschap van Veluwe, overl. Driesberg 1 febr. 1806, tr. 11 november 1768 Asselina Dirks Mulder.
Maaggescheidsvrienden: J.A.van Manen en D.A. van Munster.
Frederik Hendrik van Dedem, zoon van Willem Jan (zie XXVI) en Asselina Dirks Mulder, majoor in Pruissische dienst, tr. omstreeks 1785 Frederica Magdalene Lambertine von Spengler.
Theodora Margaretha van Dedem, zuster van voorgaande, geb.1761, overl. Hees 24 juli 1832, tr. Arnhem 14 aug.1800 Frederik Willem baron van Neukirchen genaamd Nyvenheim, geb. Nijmegen 24 febr.1767, ambtsjonker van Maas en Waal, lid ridderschap van Nijmegen, hoofdschout van Nijmegen, lid provinciale staten van Gelderland, overl. Hees 2 september 1825, zoon van Walter Godfried en Johanna Wilhelmina van Heukelom.
Gijsbert Willem van Dedem, broeder van voorgaande.
Willem Carel van Dedem, broeder van voorgaande, ged. huize Driesberg 26 febr.1755, overl.15 jan.1798, tr. Renkum 17 sept.1782 (door echtscheiding ontbonden) Johanna van Renesse van Wilp, ged. Nijmegen 15 febr. 1755, overl. aldaar 13 sept.1837, dochter van Coenraad Jan en Sibille Antoinette van der Linden.