Terug naar zoekresultaten

2.11.14 Inventaris van het archief van de Stichting Landbouwcrisisbureau (Ministerie van Landbouw en Visserij: Afdeling Landbouwcrisisaangelegenheden), 1930-1939 (1945)

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.11.14
Inventaris van het archief van de Stichting Landbouwcrisisbureau (Ministerie van Landbouw en Visserij: Afdeling Landbouwcrisisaangelegenheden), 1930-1939 (1945)

Auteur

J.G.M.A. Rolfes / CAS

Versie

29-03-2022

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1970 / 2008 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Stichting Landbouwcrisisbureau
Stichting Landbouwcrisisbureau

Periodisering

archiefvorming: 1930-1939
oudste stuk - jongste stuk: 1930-1945

Archiefbloknummer

L25604

Omvang

; 332 inventarisnummer(s) 14,50 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het Nederlands.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit / Stichting Landbouwcrisisbureau / afd. Landbouwcrisisaangelegenheden

Samenvatting van de inhoud van het archief

Aan het begin van de dertiger jaren kwam een ingrijpend crisisbeleid tot stand, dat werd vastgelegd in de Landbouwcrisiswet van 1933. De regering kreeg de bevoegdheid agrarische producten te bestemmen als crisisproducten, waarvan de productie kon worden beperkt. Ook kon de in- en uitvoer worden gereguleerd via monopolieheffingen, in feite verkapte invoerheffingen.
Het archief is op onderwerp geordend. De rubrieken betreffen als regel de verschillende producten dan wel bedrijfstakken, ten aanzien waarvan regelingen werden getroffen, zoals aardappelen of akkerbouw.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
De landbouwcrisiswetgeving
Eerste steunmaatregelen vóór het in werking treden van de Landbouwcrisiswet 1933
Reeds in 1929 was de toestand op de wereldmarkt dermate verergerd, dat van een crisis in de landbouw kon worden gesproken, welke in ons land ingrijpen van de Overheid vrijwel onvermijdelijk maakte. Men bepaalde zich aanvankelijk tot incidentele steunmaatregelen en wetten voor afzonderlijke producten. Een initiatief voorstel van het Tweede Kamerlid Chr. van den Heuvel tot het verlenen van tijdelijke steun aan de beetwortelindustrie, werd door de Eerste Kamer verworpen. ( Zie inv. nr. 2. ) In de daarop volgende interpellatie op 25 en 26 maart 1930 bepleitte de heer Chr. van den Heuvel steun voor granen, fabrieksaardappelen en suikerbieten. Dit leidde tot instelling van de Commissie Lovink van 3 mei 1930 (Landbouwcrisiscommissie). ( Zie inv. nr. 2. ) De taak van deze commissie was steunmaatregelen te beramen, welke "de huidige acute crisis kunnen bezweren". Daarnaast werd ingesteld de Commissie Zaalberg, ( Zie inv. nr. 2. ) welke advies noest uitbrengen over de voorstellen van de Commissie Lovink. Deze laatste stelde een subcommissie in om onderzoek te doen naar de beantwoording van de vraag, of de suikerbietencultuur moest worden gesteund. Zij adviseerde in positieve zin, zodat de Commissie Lovink ten slotte het advies aan de Regering bracht een wetsontwerp in te dienen betreffende steun aan de suikerbietencultuur. ( Zie inv. nr. 2. ) Dit was het begin van een reeks wetsontwerpen, welke elk voor zich steunmaatregelen bedoelden te zijn voor afzonderlijke takken van landbouw o.a.
  • de Tarwewet 1931 (S. 65)
  • de Crisiszuivelwet 1932 (S. 290) en
  • de Crisisvarkenswet 1932 (S. 374).
De Landbouwcrisiswet 1933
Op 24 maart 1933 diende de Regering een wetsontwerp in, dat haar bevoegdheden zou verlenen tot het nemen van buitengewone maatregelen in het belang van de landbouw en tot het scheppen van een mogelijkheid tot algemene toepassing van bevoegdheden, welke tot dat tijdstip slechts voor enige producten waren verleend: de Landbouwcrisiswet 1933 (S. 261).
Na een wijziging van 5 augustus 1933 werd op 22 mei 1934 een wetsontwerp ingediend tot nadere wijziging van de Landbouwcrisiswet 1933 en intrekking van de Tarwewet 1931, de Crisiszuivelwet 1932 en de Crisisvarkenswet 1932.
Het aantal crisisproducten werd uitgebreid. Ook de veenderij werd onder de werking van de wet gebracht. Tenslotte werd de Tuchtrechtspraak in de wet opgenomen. De bevoegdheden van het College van Regeringscommissarissen, steunende op het Crisisorganisatiebesluit ( K.B. van 28 juli 1933, S. 410, gewijzigd bij K.B. van 11 april 1934 ) , werden in de wet zelf opgenomen. De Tweede Kamer keurde het wetsontwerp goed op 13 juli 1934 en de Eerste Kamer nam het aan op 26 juli 1934 (Wet van 27 juli 1934, S. 469), terwijl bij Koninklijk Besluit van 24 september 1934, S. 518 de gewijzigde tekst bekend werd gemaakt.
Organisatie van de Landbouwcrisisdiensten
Zie ook het structuurschema:
Embedded Image Geleidelijk aan waren niet minder dan 90 landbouwcrisisdiensten ontstaan. Terwijl reeds in mei 1934 de centralisatie in de provincie was tot stand gebracht, waarbij tal van organisaties konden worden opgeheven en ondergebracht in één landbouwcrisisorganisatie per provincie (L.C.O.), is bij de in de loop van 1934 voltrokken reorganisatie de centralisatie in de hoofdcentrales tot stand gekomen. ( Zie inv. no. 83. ) Het gehele landbouwcrisisbeleid stond in den vervolge onder leiding van het College van Regeringscommissarissen, bestaande uit de Secretaris-Generaal als voorzitter en drie Regeringscommissarissen en een Commercieel Adviseur, als stemgerechtigd lid in het College. ( Zie inv. no. 93. )
De Regeringscommissarissen werden in één gebouw gehuisvest evenals het administratieve apparaat, dat ook het contact onderhield met het College en dat mede ten dienste stond van de Secretaris-Generaal en van de Commercieel Adviseur.
Rechtstreeks onder het College ressorteerden de 11 Provinciale Landbouwcrisisorganisaties. De taak van de centrales was uitsluitend van uitvoerende aard. Beslissingen in de hoofdlijnen werden voorbereid door het College.
Zowel de Secretaris-Generaal als ieder van de Regeringscommissarissen kregen een aantal centrales onder zich, terwijl de Commercieel Adviseur het verband legde tussen de handelsafdelingen van de centrales.
Stichting Landbouwcrisisbureau
Stichtingsbrief
De Stichting Landbouwcrisisbureau ( Als eerste landbouwcrisisinstelling is het archief van de Stichting Landbouwcrisisbureau beschreven ) is in het leven geroepen bij stichtingsbrief van 29 juni 1933, ondertekend door ir. S.L. Louwes en mr. W.S.J. Buve. ( Zie inv.nr. 1 ) Het doel van de stichting was, landbouwcrisiswetten en andere regeringsmaatregelen tot bestrijding van de crisis in de landbouw te ontwerpen en toe te lichten, haar uitvoering voor te bereiden, de werking van de overheidsmaatregelen na te gaan en te beschrijven, gerezen geschillen toe te lichten en ingekomen klachten te onderzoeken. Voorts had de stichting tot taak statistieken en grafieken te vervaardigen, die de oorzaken en de omvang van de crisis in de landbouw en de gevolgen van de tot bestrijding daarvan uitgevaardigde wetten en andere regeringsmaatregelen aanwezen. Ten slotte behoorde de stichting aan bedoelde instellingen het vervullen van de opdrachten te vergemakkelijken. Het bestuur, benoemd door de Minister van Economische Zaken ( Landbouw ressorteerde sedert 1932 onder het ministerie van Economische Zaken, KB 8 juni1932 (S 311). Bij KB van 21 augustus 1935 (S 517) werd een afzonderlijk Ministerie van Landbouw en Visserij ingesteld, dat bij KB van 9 juli 1937 wederom werd ondergebracht bij het Ministerie van Economische Zaken om ten slotte bij KB van 8 mei 1940 nogmaals als Ministerie van Landbouw en Visserij terug te keren. Belast met de zaken betreffende de landbouw waren de volgende Ministers: )
  • mr. T.J. Verschuur, 12-6-1933 tot 17-4-1934, Economische Zaken
  • dr. H. Colijn, 17-4-1934 tot 25-6-1934, Economische Zaken a.i.
  • mr. M.P.L. Steenberghe 25-6-1934 tot 6-6-1935, Economische Zaken
  • dr.ir. H.C.J.H. Gelissen, 6-6-1935 tot 2-9-1935, Economische Zaken
  • mr.dr. L.N. Deckers, 2-9-1935 tot 24-6-1937, Landbouw en Visserij
  • mr. M.P.L. Steenberghe, 24-6-1937 tot 15-7-1937, Landbouw en Visserij a.i.
  • mr. M.P.L. Steenberghe 15-7-1937 tot 25-7-1939, Economische Zaken
  • dr. H. Colijn, 25-7-1939 tot 10-8-1939, Economische Zaken
  • mr. M.P.L. Steenberghe, 10-8-1939 tot 8-5-1940, Economische Zaken
  • mr.dr. A.A. v. Rhijn, 8-5-1940 tot 1-5-1941, Landbouw en Visserij
, was als volgt samengesteld:
  • ir. S.L. Louwes, voorzitter, Regeringscommissaris,
  • ir. Th.J. Mansholt, waarnemend Directeur-Generaal van de Landbouw
  • mr. J.J. Wintermans, Inspecteur van de Landbouw,
  • L. Bücknann, Regeringscommissaris
  • F.V. Valstar, Regeringscommissaris
Afdelingen
Er waren twee afdelingen, te weten: één voor de juridische aangelegenheden met aan het hoofd een directorium, bestaande uit drie leden:
  • mr. W.B. J. Buve, voorzitter
  • mej.mr. M.A. Koning
  • mr. J.A.M. Pott
en één voor de statistische aangelegenheden met aan het hoofd een leider, ir. Chr.P.G.J. Smit. Bij ministeriële beschikking van 23 augustus 1934, no. 20752, Afdeling L. C. A. is de stichtingsbrief gewijzigd. ( Zie inv.nr. 1 ) Het bovengenoemde directorium werd ontslagen en mr. dr. A.A. van Rhijn werd benoemd tot bestuurder. De twee afdelingen bleven gehandhaafd.
1. Afdeling Juridische Zaken
Deze afdeling fungeerde als ministeriële Afdeling Landbouwcrisisaangelegenheden (L. C. A.); in eerste instantie van het Ministerie van Economische Zaken en later van het Ministerie van Landbouw en Visserij. ( Landbouw ressorteerde sedert 1932 onder het ministerie van Economische Zaken, KB 8 juni 1932 (S 311). Bij KB van 21 augustus 1935 (S 517) werd een afzonderlijk Ministerie van Landbouw en Visserij ingesteld, dat bij KB van 9 juli 1937 wederom werd ondergebracht bij het Ministerie van Economische Zaken om ten slotte bij KB van 8 mei 1940 nogmaals als Ministerie van Landbouw en Visserij terug te keren. Belast met de zaken betreffende de landbouw waren de volgende Ministers: )
  • mr. T.J. Verschuur, 12-6-1933 tot 17-4-1934, Economische Zaken
  • dr. H. Colijn, 17-4-1934 tot 25-6-1934, Economische Zaken a.i.
  • mr. M.P.L. Steenberghe 25-6-1934 tot 6-6-1935, Economische Zaken
  • dr.ir. H.C.J.H. Gelissen, 6-6-1935 tot 2-9-1935, Economische Zaken
  • mr.dr. L.N. Deckers, 2-9-1935 tot 24-6-1937, Landbouw en Visserij
  • mr. M.P.L. Steenberghe, 24-6-1937 tot 15-7-1937, Landbouw en Visserij a.i.
  • mr. M.P.L. Steenberghe 15-7-1937 tot 25-7-1939, Economische Zaken
  • dr. H. Colijn, 25-7-1939 tot 10-8-1939, Economische Zaken
  • mr. M.P.L. Steenberghe, 10-8-1939 tot 8-5-1940, Economische Zaken
  • mr.dr. A.A. v. Rhijn, 8-5-1940 tot 1-5-1941, Landbouw en Visserij
Onder deze afdeling ressorteerden tevens de secretariaten van:
  1. de Commissie van Advies, bedoeld in het Crisisorganisatiebesluit 1933,
  2. de Crisisarbitragecommissie,
  3. de Hypotheekcommissie,
  4. de Centrale Commissie voor de Crisistuchtrechtspraak en
  5. het College van Regeringscommissarissen als bedoeld in artikel 26a van de Landbouwcrisiswet 1933.
2. Afdeling Statistiek
Deze afdeling werd in het dagelijks ambtelijk verkeer het Economisch Statistisch Bureau genoemd (Esbu). Later is dit bureau als Afdeling Landbouw overgegaan naar het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Bij ministeriële beschikking van 14 juli 1939, no. 16122, Afdeling L.C.A. trad de Stichting Landbouwcrisisbureau met ingang van 1 augustus 1939 in liquidatie en werd daarna ontbonden. ( Zie inv.nr. 1 ) Hier moge worden vermeld, dat ondanks het feit, dat de Stichting Landbouwcrisisbureau werd geliquideerd, er echter nog steeds sprake blijft van de Afdeling Landbouwcrisisaangelegenheden. Toen bij de mobilisatie van augustus 1939 ook de maatregelen met betrekking tot de voedselvoorziening aan het crisisapparaat werden opgedragen, werd de naam Landbouwcrisisaangelegenheden aangevuld met ,,Voedselvoorziening in Oorlogstijd", als aanduiding op de stukken afgekort met de letters LCA/VVO.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Oorlogsjaren
Het archief ( Zie noot 1 op bladz. 6. ) is na de bevrijding in 1945 aangetroffen op een zolder van het gebouw Oostduinlaan 2 te 's-Gravenhage, waar toen, na de vele evacuatiebevelen tijdens de Duitse bezetting, het Rijksbureau voor de Voedselvoorziening was gehuisvest. Niet alleen ten gevolge van de vele verhuizingen tijdens de oorlog van 1940-1945 maar vooral door de brand van de gebouwen aan het Lange Voorhout 1-3 te 's-Gravenhage in de nacht van 31 januari op l febr.1941 ( Zie inv. nr. 24. ) verkeerde het archief in een erbarmelijke toestand. Het destijds dynamische gedeelte van het archief, omvattende de jaren 1939-1940 is bij de brand zo goed als geheel verloren gegaan, terwijl het reeds naar de kelder van genoemde gebouwen afgevoerde gedeelte, omvattende de jaren 1933-1938, te lijden heeft gehad van waterschade. Met uitzondering van de agenda's van de gerubriceerde stukken zijn alle registers van de ingekomen en verzonden stukken, alsmede de daarbij behorende klappers verloren gegaan.
Het aangetroffen archief is na 1945 zo goed mogelijk gerestaureerd en gereconstrueerd volgens het toen gebruikte systeem.
Oude ordening en beschrijving van de archieven betreffende de Landbouwcrisiswetgeving
De opdracht tot het ordenen en beschrijven van de archieven vloeit voort uit de taakstelling van de beheerder van het oude archief. Zoals uit het structuurschema blijkt, bestonden onderstaande landbouwcrisisinstellingen:
  1. Commissie van Advies bedoeld in het Crisisorganisatiebesluit 1933,
  2. Centrale Commissie van Advies,
  3. Crisis Arbitragecommissie,
  4. Hypotheekcommissie,
  5. Centrale Commissie voor de Crisistuchtrechtspraak,
  6. Stichting Landbouwcrisisbureau,
  7. Centrale Crisis Accountantsdienst,
  8. Centrale Crisis Controledienst,
  9. Hoofdambtenaar Crisistuchtrechtspraak (met de daaronder ressorterende commissies),
  10. College van Regeringscommissarissen (met bureaus),
  11. Elf Landelijke Centrales,
  12. Elf Provinciale Landbouwcrisisorganisaties en
  13. Acht Gewestelijke Tarwe-organisaties.
Bij de aanvang van de inventarisatie zijn onderstaande archieven aangetroffen:
  1. Hypotheekcommissie,
  2. Centrale Commissie voor de Crisistuchtrechtspraak,
  3. Stichting Landbouwcrisisbureau,
  4. Centrale Crisiscontroledienst,
  5. Hoofdambtenaar Crisistuchtrechtspraak (met de daaronder ressorterende commissies),
  6. College van Regeringscommissarissen (met bureaus),
  7. Nederlandse Visserij centrale.
De archieven van de Commissie van Advies, bedoeld in het Crisisorganisatiebesluit 1933, van de Centrale Commissie van Advies en van de Crisisarbitragecommissie zijn niet aangetroffen. Deze zijn waarschijnlijk door de brand van 1941 verloren gegaan. Het archief van de Centrale Crisis Accountantsdienst is nog steeds onder beheer van de huidige Accountantsdienst van het Ministerie van Landbouw en Visserij. De archieven van de Centrale Commissie voor de Crisistuchtrechtspraak, van de Hoofdambtenaar voor de Crisistuchtrechtspraak en van de daaronder ressorterende commissies zijn, na vernietiging van de daarvoor in aanmerking komende stukken, met proces-verbaal van 25 maart 1964 overgedragen aan het Ministerie van Justitie. De archieven van de 11 Centrales - met uitzondering van het archief van de Nederlandse Visserijcentrale - van de 11 provinciale Landbouwcrisisorganisaties en van de 8 Gewestelijke Tarwe-organisaties zijn niet aangetroffen. Voor zover bepaalde stukken niet meer aanwezig zijn bij de huidige Productschappen, zijn zij in opdracht van de bezetter in verband met de toen heersende schaarste aan grondstoffen, destijds voor vernietiging afgevoerd. Het archief van de Stichting Landbouwcrisisbureau i.c. het archief van de Afdeling Juridische Zaken is als eerste voor inventarisatie in behandeling genomen. Deze afdeling fungeerde namelijk als Afdeling Landbouwcrisisaangelegenheden van het Ministerie van Economische Zaken c.q. Landbouw en Visserij. Het ligt in de bedoeling in volgende delen van de inventaris van de archieven betreffende de landbouwcrisiswetgeving de archieven van de onder a, d, f en g genoemde instellingen of diensten te beschrijven. Met de inventarisatie van het archief van de Stichting Landbouwcrisisbureau is in 1967 aan- gevangen. De bewerking vond plaats in de archiefbewaarplaats van het Ministerie van Landbouw en Visserij te Schiedam, later gevestigd te Voorschoten. De inventaris is opgesteld overeenkomstig de richtlijnen voor het samenstellen van beschrijvende inventarissen van het Hoofd van de Centrale Afdeling Post- en Archiefzaken van het Ministerie van Landbouw en Visserij van 40 mei 1966, samengesteld in overleg met de Algemene Rijksarchivaris. Het aangetroffen archief bleek te bestaan uit een verzameling zaaksgewijs geordende stukken (dossiers). Deze dossiers waren gerangschikt volgens het alfabetische rubriekenstelsel. Aangetroffen werden de volgende rubrieken:
  • Aardappelen,
  • Aardappelmeel,
  • Akkerbouw,
  • Algemeen,
  • Bloembollen,
  • Bloemisterij,
  • Boomkwekerij,
  • Commissies (geen secretariaatsarchieven),
  • Landbouwcrisisorganisaties (provinciale),
  • Organisatie en personeel,
  • Pluimveehouderij,
  • Rundveehouderij,
  • Suikerbieten,
  • Tuchtrechtspraak,
  • Tuinbouw,
  • Varkenshouderij,
  • Visserij en
  • Zuivel.
De aandacht wordt erop gevestigd, dat alvorens een afzonderlijke Stichting Landbouwcrisisbureau in het leven werd geroepen, de eerste maatregelen zijn voorbereid door Mr. J. J. Wintermans, Inspecteur van de Landbouw, wiens stukken werden ingeschreven bij "Afdeling II", zijnde de toenmalige Afdeling Tuinbouw van de Directie van de Landbouw. In dit archief treft men de oudste stukken aan betreffende de crisis in de landbouw uit de jaren 1929-1934. Tijdens de bewerking is gebleken, dat bij de behandeling van diverse zaken stukken uit het archief van deze Afdeling Tuinbouw waren overgebracht naar het archief van de Stichting Landbouwcrisisbureau. Hoewel de samensteller van deze inventaris zich er zeer wel bewust van is, dat deze stukken behoorden te worden teruggebracht naar de plaats van herkomst, heeft hij daarvan afgezien, daar deze stukken als retro acta waren ingevoegd tussen stukken van latere datum van de Stichting Landbouwcrisisbureau, aangeduid met de letters "LCA". Bij het terugbrengen naar het oorspronkelijke archief zouden de zaken immers geheel of gedeeltelijk uit hun verband worden gerukt. Dit zal het verkrijgen van een goed inzicht in de landbouw crisismaatregelen niet bevorderen. Ten slotte kan nog worden vermeld, dat bij dit archief werd aangetroffen een z.g. "Kabinetsarchief", bevattende stukken van destijds meer vertrouwelijk en geheim karakter. Toen bij het samenstellen van deze inventaris bleek, dat deze stukken ontbraken aan zaken uit het niet gerubriceerde archief, zijn deze zaken met de ontbrekende gerubriceerde stukken gecompleteerd.
Het archief van de Afdeling Crisisaangelegenheden is in 2008 naar het Nationaal Archief overgebracht krachtens art. 12 van de Archiefwet 1995.
Overbrenging van een overheidsarchief
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Ordening van het archief
De inventaris is primair ingedeeld in stukken van algemene en stukken van bijzondere aard. De stukken van bijzondere aard zijn alfabetisch volgens de oorspronkelijke rubrieken gerangschikt. De stukken uit de rubriek "Algemeen" zijn echter voor zover zij bestemd waren voor de afdeling "Stukken van algemene aard", daarheen overgebracht.
De archiefdozen, waarin het beschreven en geïnventariseerde archief is verpakt, zijn doorlopend genummerd. Voor de raadpleging is een concordans van inventaris- en doosnummers samengesteld.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Stichting Landbouwcrisisbureau, nummer toegang 2.11.14, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Stichting Landbouwcrisisbureau, 2.11.14, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar

Bijlagen

Lijst van in de stukken aangetroffen en intern gebruikte afkortingen
(C.) A.D.
(Crisis) Accountantsdienst
C.C.C.D.
Centrale Crisiscontroledienst
C.C.C.T.R.
Centrale Commissie voor de Crisistuchtrechtspraak
C.C.T.R.
Commissie voor de Crisistuchtrechtspraak
C.v.A.
Commissie van Advies, bedoeld in het Crisisorganisatiebesluit
Esbu
Economisch Statistisch Bureau
G.T.O.
Gewestelijke Tarwe-organisatie
H.A.
Hoofdambtenaar Crisistuchtrechtspraak
L.C.A.
Landbouwcrisisaangelegenheden
L.C.A./V.V.O.
Landbouwcrisisaangelegenheden / Voedselvoorziening
L.C.B.
Landbouwcrisisbureau
L.C.F.
Landbouwcrisisfonds
L.C.O.
Landbouwcrisisorganisatie (in de provincie ................)
N.A.C.
Nederlandse Akkerbouwcentrale
N.A.M.C.
Nederlandse Aardappelmeelcentrale
N.C.E.P.
Nederlandse Centrale voor Eieren en Pluimvee
N.G.F.C.
Nederlandse Groenten en Fruitcentrale
N.M.C.
Nederlandse Meelcentrale
N.S.C.
Nederlandse Sierteeltcentrale
N.T.C.
Nederlandse Tarwecentrale
N.V.C.
Nederlandse Veehouderijcentrale
N.Vi.C.
Nederlandse Visserijcentrale
S
Staatsblad
V.I.T.A.
Vereniging Inheemse Tarwe-afnemers
V.V.O.
Voedselvoorziening in oorlogstijd

Archiefbestanddelen