Terug naar zoekresultaten

3.18.04 Inventaris van het archief van het klooster Sint Barbara

Het archief bevat onder meer stukken betreffende de stichting van het klooster St. Barbara en de relatie van het klooster tot de kloosterorde. Het grootste deel van het archief omvat stukken met betrekking tot het financieel beheer, waaronder huurcontracten van huizen en landerijen, rentebrieven en testamenten, een kaartboek en een kaart.
Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

3.18.04
Inventaris van het archief van het klooster Sint Barbara

Auteur

S.W.A. Drossaers

Versie

07-04-2021

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1916 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Delftse Statenkloosters St. Barbara
Delftse Statenkloosters / St. Barbara

Periodisering

oudste stuk - jongste stuk: 1395-1585

Archiefbloknummer

36004

Omvang

; 117 inventarisnummer(s) 0,30 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven en gedrukte teksten. De Nederlandstalige stukken van vóór ca. 1700 zijn geschreven in het gotische cursiefschrift, met name in de oud-Hollandse klerkencursief.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Klooster St. Barbara
Adrichom, pater Christiaan Adriaansz. van

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat onder meer stukken betreffende de stichting van het klooster St. Barbara en de relatie van het klooster tot de kloosterorde. Het grootste deel van het archief omvat stukken met betrekking tot het financieel beheer, waaronder huurcontracten van huizen en landerijen, rentebrieven en testamenten, een kaartboek en een kaart.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
In het jaar 1400 ontstond er onder de zusters van het klooster St. Agatha onenigheid, welke zo hoog liep, dat een van haar, in overleg met de visitators, uit het klooster verwijderd werd ( In datzelfde jaar besloten de zusters van St. Agatha de derde regel van St. Franciscus aan te nemen en zich te doen besluiten, zodat W. Moll in Kerkhist. Arch. IV p. 215, veronderstelt, dat dit tot het meningsverschil aanleiding heeft gegeven. ) . Deze vrouw, Hase Dirck Jan Ramsz. wed., op wier vroomheid overigens niets te zeggen viel, huurde daarop zelf een huis in het Rietveld en wist enige "schamele goede vurige maagden" te bewegen zich bij haar te voegen; dat was het begin van het klooster St. Barbara ( Zie Oorspronck van St. Barbarenconvent (Inv. nos. 1 en 111). ) .
De band met het moederklooster werd wel niet verbroken, dank zij vooral de gemeenschappelijke biechtvader Maarten Ghijsbrechtsz., maar aangenaam was in die eerste tijd de verhouding niet en de schuld was hier bij de oudste. St. Agatha nl. haalde de bekwaamste zusters van St. Barbara weg en stuurde er voor in de plaats, wie het kwijt wilde zijn. Het Gemeen Kapittel moest tussenbeide komen om de twist bij te leggen en daarna werd de verhouding aanmerkelijk beter.
De zusters van St. Barbara, die, om dichter bij de kerk te zijn, na 1 1/2 jaar het huis in het Rietveld hadden verlaten voor een ander, dat aan de Oude Delft lag, bleven ook daarin niet langer dan een jaar en kochten in 1405 een huis, eveneens aan de Oude Delft en eigendom van St. Agatha, dat zich nu van een betere kant deed kennen: uit medelijden met de armoede der zusters nl. en "om Gods wil" schonk het haar in 1409 260 pond Hollandsch, die zij van die koop nog schuldig waren, kwijt, behoudens een jaarlijkse rente van 6 lood zilver; het was het toppunt van de "menichsins troest ende onderstant" die de zusters naar eigen zeggen, van dat klooster hadden ondervonden sinds het begin van haar samenwoning. In ruil voor die gunst erkenden zij weliswaar haar ondergeschiktheid door te beloven geen zusters aan te nemen of uit te zetten zonder medeweten van St. Agatha, maar de onaangenaamheden waren blijkbaar vergeven en vergeten en dat bleef zoo: Christiaan Adriaansz. Cruys van Adrichom, de laatste pater van St. Barbara, liet in het afschrift, dat hij maakte van de "Oorspronck" (Inv. no. 111), de pijnlijke geschiedenis weg.
Behalve het nieuwe huis, kreeg de vergadering in het jaar 1405 haar eigen pater in Claes Butsiel Dircz., en in Hase Ramsz. wed., de stichtster, haar eerste mater. De besluiting der zusters, waarbij de derde regel van St. Franciscus werd aangenomen, geschiedde eerst in 1418, een maand na de wijding der juist gereed gekomen kerk; haar aantal bedroeg toen negentien behalve nog vijf buitenzusters. Hoeveel het klooster ook te danken had aan heer Pieter Gerritsz., de pater onder wiens beheer die gebeurtenissen plaats hadden, op zijn pogingen om de zusters over te halen hem bij zijn overgang naar de Regulieren te volgen, gingen zij niet in, zij bleven haar orde getrouw en de pater "liet de zusters varen".
Het klooster, welks oprichtsters aanvankelijk leefden van de opbrenst van haar handenarbeid, werd langzamerhand zeer welvarend en rijk aan grondbezit; in de jaren 1557-1561 wisselden de inkomsten af tussen ruim 1700 en 2000 carolusguldens; het was toen de grote schade, die het bij de brand van 1536 geleden had, te boven; kerk en woonhuis met de gehele inboedel en alle papieren waren toen verbrand en het klooster was genoodzaakt geweest 100 morgen land te verkopen voor de wederopbouw. Doch in 1569 gaf koning Philips het toestemming om voor 7826 carolusguldens land te kopen ter vervanging van het verkochte en later in 1571, toen Christiaan Adriaansz. van Adrichom zich bij de pauselijke commissaris had te verantwoorden wegens rebellie van zijn klooster, zei deze, dat het klooster in verzet durfde komen, omdat het "overvloedich was van geldt", ofschoon hij met een kruimeltje broods meer doen zou dan zij met al hun bezit.
Hij was niet meer in de gelegenheid het klooster te treffen maar de Staten van Holland en de Staatse troepen deden het voor hem; de inkwartiering van de soldaten van van der Marck, die zich zeer "insolentelyck" gedroegen en van het gevolg van De Lumbres, de verplichting om aan van der Marck, die zijn staat op moest houden, inboedel en lijnwaad te lenen, waarvan het klooster niets terugzag, een aanslag boven zijn macht in de contributies, te Delft geheven voor de Prins, ruïneerden het in zijn roerende goederen, zoals de annotatie het in de onroerende deed; het verzoek aan de Staten, om gedurende een jaar zelf zijn inkomsten te mogen ontvangen, werd aan dit klooster dan ook toegestaan en eerst in 1576 nam Cornelis François van Bodeghem als ontvanger der Staten het beheer over.
Een grote steun had het klooster in zijn moeilijkste tijden in zijn laatste pater, de reeds genoemde Christiaan Adriaansz. van Adrichom genaamd Cruys ( Zijn ouders woonden te Delft in "Het dubbelde Cruys". ) van Delft, ook als letterkundige bekend en vriend van Cornelis Musius. De vele handschriften van zijn hand in dit archief wijzen op zijn grote werkzaamheid op administratief, zowel als op geestelijk gebied; maar het best komt hij uit in zijn verhaal van de ongelukkige visitatie in 1570 en van zijn onderhoud met de pauselijke commissaris daarna (zie Inv. no .9). In 1572 verliet hij Delft om het geloof; gegevens daarover zijn niet te vinden behalve, wat de tijd aangaat, zijn eigen uitlating in een brief van 1584 aan Lindanus ( Gedrukt in Arch. voor Kerkel. Gesch. XVIII p. 202. ) en zijn grafschrift in het klooster Nazareth te Keulen ( Van Heussen p. 412. ) . Maar ook na zijn vertrek bleef hij voor het klooster zorgen; tot 1576 beheerde hij de financiën en toen hij in 1580 te Keulen pater van het klooster Nazareth geworden was, bood hij de zusters van St. Barbara zijn huis en alles wat hij bezat aan, als zij ook daarheen wilden komen, van welk aanbod evenwel geen gebruik werd gemaakt.
Geschiedenis van het archiefbeheer
De verwerving van het archief
De rechtstitel is (nog) onbekend.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Delftse Statenkloosters St. Barbara, nummer toegang 3.18.04, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Delftse Statenkloosters / St. Barbara, 3.18.04, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
Van het archief berust, evenals dat bij het klooster Koningsveld het geval is, het leeuwendeel in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy te Utrecht; alleen is hier de verhouding nog treuriger; het Algemeen Rijksarchief bezit van dit klooster slechts tien charters, waarvan er negen afkomstig zijn uit de collectie Cheltenham. Het zijn de nos. 7, 105, 108, 122, 137, 211, 218, 222, 223, 240. Ook hier geven de tussen () geplaatste cijfers het nummer aan, dat de stukken in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy hebben; de huurcedels evenwel, die voor het grootste deel in één omslag bijeengevoegd zijn, hebben daar geen afzonderlijk nummer.
Behalve alles, wat in deze inventaris is opgenomen, bestaat er van dit klooster nog een catalogus der bibliotheek, welke in het bezit is van de Koninklijke Bibliotheek en gedrukt is in het Kerkhistorisch archief IV p. 211. In vergelijking met een dergelijke catalogus van het klooster St. Anna ( Inv. Van heet klooster St. Anna no. 2. ) , legt deze het ver af in omvang en vooral in veelzijdigheid.

Archiefbestanddelen

        • 16 1497 April 30

          Willem Dircxz. verkoopt aan Katrijn Willemsdr. 1 morgen land in het Abts recht.

          Gedaen opten lesten dach in April int jaer ons liefs Heeren MCCCC zeven ende tnegentich.

          Oorspr. ( Inv. no. 28 ). De zegels van Frans Sonderdanck Jansz. en Louwerys Heynrixz. verloren.

          (reg. no. 16)

        • 94 1540 November 25

          Ariaen Allertsz. op de Schie huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen in het Abts recht en 2½ morgen in Vriënban voor 9 jaar.

          Int jaer ons Heeren XVC viertich den vijf ende twintichsten dach in Novembri.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 29 ). Het stuk is een chirograaf.

          29 1521 Februari 8

          Arien Allartsz. huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in het Abts recht en 2½ morgen in Vriënban voor 10 jaar.

          Int jair ons Heren vijftienhondert een ende twintich opten achsten dach in Februario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 29 ). Het stuk is een chirograaf.

          44 1529 October 8

          Arien Allartsz. huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in het Abts recht en 2½ morgen in Vriënban voor 9 jaar.

          Int jair ons Heren XVC XXIX den achsten dach in Octobri.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 29 ). Het stuk is een chirograaf.

          147 (1550 of vroeger)

          Jacob Ariaen Alertsz. huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land op de Schye in het Apts recht en 2½ morgen in den Vryenban voor 9 jaar, ingaande 1550.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 29 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 29, 44, 94 en 147)

        • 137 1547 Juni 8

          Schepenen in Delff oorkonden, dat Cornelis Dircz. Eleman met het klooster St. Barbara een overeenkomst heeft gesloten aangaande den eigendom van een gemeenschappelijken muur.

          Den VIIIen Juny anno XVC zeven ende veertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 31 ). Met twee schepenzegels in groene was.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 23.

          (reg. no. 137)

        • 155 (1551 of vroeger)

          Mr. Michiel Doesen, pater van het klooster St. Barbara, verhuurt aan Hermen Tielmansz., brouwer te Delft, 10 hont land buiten de Oostpoort aan de Nyeuwe Laen voor 9 jaar, ingaande 1551.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 32 ).

          (reg. no. 155)

        • (reg. nos. 204, 206, 207 en 225)

          • 204 1566 Mei 6

            Pater, mater en conventualen van St. Barbaren convent te Delft verkopen aan Dirck Duyst van Voorhoudt een erf aan de Noordzijde van het klooster en aan de Westzijde van de Oude Delff met eenige bepalingen omtrent gemeenschappelijke muren.

            Op den zesten dach van Meye anno XVC zessentsestich.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1566 Mei 22 (zie reg. no.207).

            Door den oorspronkelijken brief was een brief gestoken d.d. 1566 Mei 13 (zie reg. no. 206).

            225 1566 Augustus 6

            Schepenen in Delff oorkonden, dat Christiaen Adriaensz., pater van St. Barbaren convent, heeft verklaard, dat mr. Michiel Doensz., zijn voorganger, aan Dirck Duyst Dircz. van Voorhoudt een erf heeft verkocht aan de Westzijde van de Oude Delff, welk erf hij, Christiaen Adriaenz., aan den kooper heeft overgedragen en belooft te zullen vrijwaren.

            Ghedaen den sesten Augusti anno XVC zes ende tsestich.

            Afschrift op perkament ( Inv. no. 33 ).

            206 1566 Mei 13

            Broeder Gherrit van Sutphen, pater generaal van den derden regel van St. Franciscus de poenitentia, bevestigt op verzoek van Christiaen Adriaensz., pater van St. Barbaren convent, den verkoop van een erf aan Dirc Duyst van Voorhoudt, gedaan door het klooster in het jaar 1564, breeder vermeld in den brief d.d. 1565 Mei 6, waardoor deze gestoken is. (zie no. 204)

            Opten dertienden Meye anno XVC zes ende tsestich.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1566 Mei 22 (zie reg. no.207).

          • 207 1566 Mei 22

            Schout, burgemeesters, schepenen en raad van Delff geven vidimus van twee brieven d.d. 1566 Mei 6 en Mei 13 (zie de nos. 204 en 206).

            Opten twe ende twintichsten Meye anno XVC zess ende tsestich.

            Oorspr. ( Inv. no. 33.1 ). Het zegel ten zaken der stad verloren.

        • 230 (1566 of vroeger)

          Dirck Dircksz. te Delft huurt van het klooster St. Barbara 2 morgen land buiten Delft aan den Waterinckxen weg voor 15 jaar, ingaande 1566.

          a. Oorspr. op papier ( Inv. no. 34 ).

          b. Oorspr. op papier ( Inv. no. 34 ).

          In dorso van, het eerste stuk staat, dat het land verkocht is.

          (reg. no. 230)

          met 1 duplicaat.

        • 189 1565 Januari 4

          Het klooster St. Barbara huurt van de Cathuysers buiten Delft 4 morgen 3 hont poortland buiten de Rotterdamsche poort voor 9 jaer, ingaande 1568.

          Den lillen Januarii anno XVCvijf ende sestich nae gemeen scryven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 34 a).

          176 1559

          Mr. Michaiel, pater van het klooster St. Barbara, huurt van de Carthuyseren buiten Delft 4½ morgen weiland buiten de Rodterdamsche poort voor 9 jaar, ingaande 1559.

          Aldus ghedaen anno ut supra.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 34 a). Het stuk is een chirograaf.

          151 (1550 of vroeger)

          Mr. Michaiel, pater van het klooster St. Barbara, huurt van den pater en den procurator der Cartuysers buiten Delft 4½ morgen weiland buiten de Rotterdamsche poort bij Coeninxvelt voor 9 jaar, ingaande 1550.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 34 a). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 151, 176 en 189)

        • (reg. nos. 64, 84, 90, 184, 187, 197, 231, 235, 243 en 254).

          • 254 1570 Januari 11

            Schout, burgemeesters, schepenen en raad van Delff geven vidimus van negen kwitanties voor het St. Barbaren convent aldaar, afkomstig van achtereenvolgende bezitters van een prove op het St. Pieters altaar in de Oude kerk wegens erfpacht van 1½ morgen land over de jaren 1537-1568 (zie de nos. 64, 84, 90, 184, 187, 197, 231, 235 en 243).

            Gedaen den XIen Januarii anno XVC negen ende tsestich stilo Delphico.

            Oorspr. ( Inv. no. 35.1 ). Het zegel ten zaken verloren.

          • 64 1537 Februari 21

            Jan van Bleyswijck Evertsz., priester, verklaart ontvangen te hebben van het klooster St. Barbara 10 schellingen Vlaamsch aan pacht van. 1½ morgen land aan de Noordzijde van het klooster, hem toekomende uit hoofde van zijn prove.

            Opten XXIsten Februarii anno XVC ses ende dortich stilo curie Hollandie.

            a. Oorspr. op papier ( Inv. no. 35 ).

            b. Afschrift van den notaris M. Benschup op perkament d.d. 1567.

            c. Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no. 254).

            d. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXVIII verso.

            In dorso staat, dat het klooster het land in huur had van de collatrix der prove op het St. Pieters altaar in de Oude kerk.

            184 (1563)

            Jan van Bleyswijck, priester, verklaart ontvangen te hebben van het klooster St. Barbara 3 keizersguldens aan landhuur, verschenen in 1563 van zijn benificie op het St. Pieters altaar in de Oude kerk.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no.254).

            90 (1539)

            Jan van Bleyswijck Evertsz., priester, verklaart ontvangen te hebben van het klooster St. Barbara 10 schellingen aan landhuur verschenen in het jaar 1539.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no.254).

            231 1566

            Pieter Cammaecker, possessor van een prove op het St. Pieters altaar in de Oude kerk te Delft, verklaart ontvangen te hebben van het klooster St. Barbara 3 gulden aan erfpacht van 1½ morgen land, verschenen in 1566.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no.254).

            235 1567

            Pieter Cammaker, possessor van een prove op het St. Pieters altaar in de Oude Kerk, verklaart ontvangen te hebben van het klooster St. Barbara 3 gulden aan erfhuur van 1½ morgen land, verschenen in 1567.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no.254).

            84 (1538)

            Jan van Bleyswijck Evertsz., priester, verklaart ontvangen te hebben van het St. Barbaren convent te Delff 4 pond Hollandsch aan pacht, verschenen in het jaar 1538, hem toekomende als bezitter van een prove op het St. Pieters altaar in de Oude kerk aldaar.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no.254).

            197 (1565)

            Evert van Bleyswijck verklaart ontvangen te hebben van heer Christiaen Cruys, pater van St. Barbara te Delft, 4 pond Hollandsch aan erfhuur van 1½ morgen land van de prove van mr. Jan van Bleyswijck op het St. Pieters altaar in de Oude kerk, verschenen in 1565.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no.254).

            187 (1564)

            Jan van Bleyswijck, priester, verklaart ontvangen te hebben van-het klooster St. Barbara 3 keizersguldens aan landpacht, verschenen in 1564 van zijn benificie op het St. Pieters altaar in de Oude kerk.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no.254).

            243 1568

            Pieter Cammaecker verklaart ontvangen te hebben van het klooster St. Barbara 3 gulden aan erfhuur van 1½ morgen land, hem toekomende van wege zijn prove en verschenen in 1568.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1570 Januari 11 (zie reg. no.254).

        • 118 1545 September 14

          Schout en schepenen van de Ketel oorkonden, dat Gerryt Jacobsz., schout aldaar, ten verzoeke van het klooster St. Barbara te Delft, den huurbrief, sprekende van 3½ morgen 1½ hont land en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Opten vierthiensten dach in Septembri anno XVCvijf ende viertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 36.1 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 3.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XLIII.

          (reg. no. 118)

        • 124 1545 September 14

          Schout en schepenen van de Ketel oorkonden, dat Joris Cornelisz., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 2 morgen land en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Opten vierthiensten dach in Septembri anno XVC vijff ende veertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 36.2 ). Met ambachtszegel van De Ketel in groene was.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 5.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XLVII.

          Zie inv. no. 48.

          (reg. no. 124)

        • 127 1546 Februari 18

          Dyewer, weduwe van Dyrick Symonsz. in de Ketel, huurt van het klooster St. Barbara 1½ morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den achthienden in Februario anno XVC ses ende viertich stilo communi.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 37 ). Het stuk is een chirograaf.

          74 1538 Februari 14

          Diewer, weduwe van Dyrick Symonsz. in de Ketel, huurt van het klooster St. Barbara 1½ morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den vierthienden Februarii anno XVC acht ende dertich nae tghemeene seriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 37 ). Het stuk is een chirograaf.

          161 (1554 of vroeger)

          Diewertje Dirck Symons wed. huurt van het klooster St. Babara 1½ morgen land in de Ketel in Scravenlant voor 9 jaar, ingaande 1554.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 37 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 74, 127 en 161)

        • 55 1533 (?) Februari 3

          Cornelis Willemsz. huurt van het klooster St. Barbara 3½ morgen land in de Ketel voor 9 jaar.

          Int jair ons Heren XVC XXXII opten darden (dach) in Februario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 38 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat, 1533 zoodat hier evenals in de nos. 42 en 47, de Paasch- of Maria-Boodschapstijl gebruikt zal zijn.

          32 1523 Maart 8

          Symon Aluwijnsz. huurt van het klooster St. Barbara 3½ morgen land in de Ketel voor 10 jaar.

          Int jaer ons Heren vijftienhondert drie ende twintich opten achsten dach in Maerte.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 38 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat: ""tans Cornelis Willemsz.""."

          188 (1564 of vroeger)

          Crijn Cornelisz. in de Ketel huurt van mr. Michyel Doensz., pater van het klooster St. Barbara, 6 morgen land in de Ketel voor 9 jaar, ingaande 1564.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 38 ).

          99 1542 Maart 9

          Crijn Cornelisz. in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den negenden Marcii anno XLII communi stilo.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 38 ). Het stuk is een chirograaf.

          67 1537 Maart 15

          Heynrick Cornelisz. van de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 3½ morgen land in den Harichpolder voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den thienden ende vijf Marcii anno XVC seven ende dertich nae tscriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 38 ). Het stuk is een chirograaf.

          153 (1551 of vroeger)

          Quirijn Cornelisz. huurt van het klooster St. Barbara 3½ en 2½ morgen land in de Ketel voor 9 jaar, ingaande 1551.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 38 ). Het stuk is een chirograaf.

          178 (1560 of vroeger)

          Crijn Cornelisz. in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 3½ en 2½ morgen land aldaar voor 9 jaar, ingaande 1560.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 38 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 32, 55, 67, 99. 153, 178 en 188)

          Zie ook de reg. nos. 117 en 119.

        • 31 1523 Februari 4

          Joris Henricz. huurt van het klooster St. Barbara 3 morgen land in de Ketel voor 10 jaar.

          Int jaer ons Heren vijftienhondert drie ende twintich opten vierden dach in Februario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 39 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat: ""int Nieuwe lant by Spierinxs""."

          198 1566 Februari 8

          Tonis Cornelisz., wonende aan de Vijf Sluysen, huurt van St. Barbara 3 morgen land in de Ketel in den Nieuwelantschen polder bij Spierincxhoeck voor 9 jaar.

          Op den VIIIen Februarii anno XVC ses ende tsestich nae tgemeen scriven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 39 ).

          (reg. nos. 31 en 198)

        • 195 1565 October 1

          Christiaen Crucijn, pater, Martina Yemansdr., mater, en conventualen van St. Barbaren convent te Delff geven aan Jan Matheus in de Ketel in erfpacht een hofstede met erf aldaar, groot 250 roeden.

          Opten eersten October int jaer ons Heeren dusent vijffhondert vijf ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 40 ). De zegels van het klooster en van schout en schepenen van de Ketel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXXII verso.

          (reg. no. 195)

        • 196 1565 October 1

          Christiaen Crucijn, pater, Martyna Yemansdr., mater, en conventualen van St. Barbaren convent te Delff geven aan Jeronimus de Ridder Ghisbrechtsz., in erfpacht 17 roeden land in de Ketel.

          Opten eersten October int jaer ons Heeren dusent vijfhondert vijff ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 41 ). De zegels van het klooster en van schout en schepenen van de Ketel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 5 verso.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXXIII.

          129 1546 Maart 19

          Baergen Cornelis Willemsz. in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 3½ morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den neghenthiensten Marcii anno XVC ses ende viertich nae dat ghemeen scryven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 41 ). Het stuk is een chirograaf.

          Hieraan zijn vastgenaaid de nos. 165, 193 en een verklaring, dat Jeronimus de Riddere Ghisbrechtsz. van het klooster in erfpacht heeft een erf, 6 roeden lang en 2½breed.

          193 1565 September 1

          Jan Matteusz. huurt van het klooster St. Barbara 3 morgen land in de Ketel voor 9 jaar.

          Actum den eersten Septembris anno XVC LXV.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 41 ).

          Onderaan staat, dat Jan Matheusz. 29 November 1570 deze huur heeft overgedaan aan Joris Florisz.

          165 (c. 1555)

          Michiel Doensz., pater, verklaart, dat Oem Joer 3½ morgen weiland m huur heeft voor 9 jaar, ingaande 1555, gedurende welke de kwesties, die er tussen dezen en den pater bestaan wegens timmerage, op het land gedaan, worden opgeschort.

          Afschrift op papier van de conclusie van een uitspraak door den pater over 3½ morgen land, waarop Oem Joer woont. ( Inv. no. 41 ).

          (reg. nos. 129, 165, 193 en 196)

          Van deze stukken heeft alleen no. 196 in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy een afzonderlijk nummer.

        • (reg. nos. 122, 156, 179 en 203)

          Van deze stukken heeft alleen reg. no. 203 in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy een afzonderlijk nummer.

          • 122 1545 September 14

            Schout en schepenen van de Ketel oorkonden, dat Derck Cornelisz., ten verzoeke van pater en mater van het St. Barbaren klooster, den huurbrief, sprekende van 3 morgen land aldaar, geheeten het Hoogelant, en een werfje, welke brief vernietigd is bij den brand van 1536, heeft vernieuwd.

            Opten vierthiensten dach in Septembri anno XVC vijf ende viertich.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 42.1 ). Met het ambachtszegel in groene was.

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 4 verso.

          • 203 1566 April 28

            Schout en schepenen van de Ketel oorkonden, dat pater, mater en conventualen van St. Barbaren convent aan Cornelis Tonisz. in erfpacht hebben gegeven een werf, groot ongeveer 2 hont, aan den Schiedamschen weg tegen 4 carolusguldens jaarlijks.

            Int jaer ons Heeren dusent vijffhondert ses ende tsestich opten XXVIIIen April.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 42 ). De zegels van het klooster en van het ambacht van de Ketel verloren.

            b. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXXVI.

            156 (1551 of vroeger)

            Dirck Cornelisz. huurt van het klooster St. Barbara 3 morgen land met een huiswerf in de Ketel voor 9 jaar, ingaande 1551.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 42 ). Het stuk is een chirograaf.

            179 (1560 of vroeger)

            Ael Jorys, weduwe van Dirck Cornelisz. in de Ketel, en Cornelis Dircxz. Verburch, haar voogd, huren van het klooster St. Barbara 3 morgen weiland, geheeten het Hogelant, met een huiswerf aldaar, voor 9 jaar, ingaande 1560.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 42 ). Het stuk is een chirograaf.

        • 208 1566 Mei 27

          Maertijn Cornelisz. huurt van het klooster St. Barbara 4 morgen weiland in de Ketel in den Nieuwelantschen polder voor 7 jaar.

          Op den XXVIIen Mey anno XVCLXVI.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 43 ).

          In dorso staat, dat 28 April 1567 deze huur is overgedaan aan Henrick Cornelisz. Boen,

          138 (1547 of vroeger)

          Claes Jorisz. in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 4 morgen land aldaar aan den Ouden dijck voor 9 jaar, ingaande 1547.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 43 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat: ""Claes Claesz. alias Kors Claesz. de morgen om 14 pond Hollans, 1 vette gans sjaers"""

          65 1537 Februari 27

          Clais Jorisz. huurt van het klooster St. Barbara 4 morgen land in de Ketel voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den seven ende twintichsten dach in February anno XVC seven ende dertich na tscriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 43 ). Het stuk is een chirograaf.

          135 (1546 of vroeger)

          Jan Dircxz. in de Ketel huurt van het, klooster St. Barbara 4 morgen land in de Ketel voor 9 jaar ingaande 1546.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 43 ). Het stuk is een chirograaf.

          143 (1548 of vroeger)

          Jan Dyricxz. In de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 4 morgen land aldaar voor 9 jaar, ingaande 1548.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 43 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 65, 135, 138, 143 en 208)

          Zie ook reg. no. 121.

        • 120 1545 September 14

          Schout en schepenen van de Ketel oorkonden, dat Pietertgen Jasper Gheerlofsz. wed., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 1½ morgen land aldaar en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Opten vierthiensten dach in Septembri anno XVC vijf ende viertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 44 ). Chirograaf

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 3.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XLVI.

          128 1546 Maart 18

          Pieterken, weduwe van Jasper Gheerlofsz. in de Ketel, huurt van het klooster St. Barbara 1½ morgen land aldaar voor 5 jaar.

          Aldus ghedaen den achtienden Marcii anno ses ende viertich stilo communi.

          a. Oorspr. op papier ( Inv. no. 44 ).

          b. Oorspr. op papier. De stukken zijn beide chirografen.

          "In dorso van het eerste staat: ""dese huur sal duren IX jair, daer het eerste jair off is het jair LI"" enz., waarmee bedoeld wordt de in 1551 vernieuwde huur (zie no. 154)."

          154 (1551 of vroeger) 6 April

          Pieter, Jasper Gerritsz. wed., in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 1½ morgen land aldaar voor 9 jaar, ingaande 1551.

          a. Oorspr. op papier ( Inv. no. 44 ).

          b. Oorspr. op papier. Beide stukken zijn chirografen.

          244 1569 Maart 17

          Willem Aerstsz. in de Ketel en de andere erfgenamen van Pietertge, Jasper Geerlofs wed., huren van het klooster St. Barbara 1½ morgen land voor 7 jaar.

          Op den XVII Maert anno XVC negen ende tsestich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 44 ).

          66 1537 Maart 7

          Jasper Gheerlofsz. van de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 1½ morgen land in den Ketelpolder in het Scravenland voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den sevenden in Marcio anno XVC seven ende dertich nae tghemeene scriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 44 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 66, 120, 128, 154 en 244)

          met 2 duplicaten.

        • 245 1569 April 28

          Floris Jorisz. in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land aldaar voor 7 jaar.

          Op den XXVIIIen Aprilis anno XVC negen ende tsestich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 45 ).

          Onderaan staat, dat Gerret Jansz. Bruyn 10 April 1570 deze huur heeft overgenomen.

          (reg. no. 245)

        • 255 1570 Januari 27

          Heer Christiaen Adriaensz., pater van het klooster St. Barbara, verhuurt aan Clant Adriaensz., burgemeester van Schiedam, 16 hont land in de Ketel in het sGravelant voor 5 jaar.

          Actum binnen Schyedam in St. Ursulen convent op den XXVIIen Januarii anno XVC ende tseventich nae tghemeen schryven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 46 ).

          (reg. no. 255)

        • 266 1572 Mei 30

          Willem Jorisz. in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 1½ morgen land aldaar voor 7 jaar.

          Op den XXXen Mey anno XVC twee ende tzeventich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 47 ).

          (reg. no. 266)

        • 123 1545 September 14

          Schout en schepenen van de Ketel oorkonden, dat Jorys Cornelisz., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 17 hont land in de Noertketel en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Opten vierthiensten dach in Septembri anno XVC vijf ende veertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 48 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 4.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XLII.

          267 (1573 of vroeger)

          Cors Jorisz. huurt van het klooster St. Barbara 4 à 5 morgen land in de Noortketel voor 9 jaar, ingaande 1573.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 48 ).

          241 1568 Maart 1

          Joris Cornelisz. in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 17 hont land en 2 morgen bij Spierincxhoeck in het Nieuwelant voor 9 jaar.

          Op den eersten Maert anno XVC acht ende tsestich nae tgemeen schryven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 48 ).

          88 1539 Februari 20

          Cornelis Aelwijnsz. in de Ketel huurt van het klooster St. Barbara 17 hont land in de Noortketel voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den twintichsten in Februario anno XVC neghen ende dertich nae tscriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 48 ). Het stuk is een chirograaf.

          48 1531 Februari 8

          Cornelis Alewijnsz. huurt van het klooster St. Barbara 17 hont land in de Ketel voor 9 jaar.

          Int jair ons Heren XVC een ende dartich opten achsten dach in Februario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 48 ). Het stuk is een chirograaf.

          43 1529 Juni 3

          Cornelis Alewijnsz. huurt van het klooster St. Barbara 2 morgen land in de Ketel voor 9 jaar.

          Int jair ons Heren XVC ende negen (ende) twintich opten darden dach in Junio.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 48 ). Het stuk is een chirograaf.

          145 (1548 of vroeger)

          Jhoris Cornelisz. in de Ketel huurt van het klooster. St. Barbara 17 hont land en 2 morgen aldaar voor 9 jaar, ingaande 1548.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 48 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 43. 48, 88, 123, 145, 241 en 267)

          Van deze stukken heeft alleen no. 123 in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy een afzonderlijk nummer. - Zie ook reg. no. 124.

        • 268 (1573 of vroeger)

          Cors Jorisz. en Gielis Gerretsz.'huren van het klooster St. Barbara 3½ morgen land in de Ketel in den Harchpolder gedurende 7 jaar, ingaande 1573.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 49 ).

          Het stuk is zeer beschadigd door vocht.

          186 1564 April 7

          Cornelis Thoenissz. in de Keetel huurt van het klooster St. Barbara 3½ morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Actum opten zevenden dach Aprilis anno XVCvier ende tsestich naer Paesschen.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 49 ).

          Onderaan staat, 1o. de bevestiging van dit huurcontract, aangegaan door pater Michiel Doensz., door pater Christiaen Ariensz., 2°. de overneming van deze huur door Lenart en Gielis, Gerrets zoons, en 3°. de overneming der portie van Lenart Gerretsz. door Cors Jorisz. in 1569.

          (reg. nos. 186 en 268)

        • 58 1536 Maart 9

          Gerrit Pietersz. van de Lyer huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus gedaen den neghenden Marcii anno XVC ses ende dertich naet ghemeen scriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 50 ). Het stuk is een chirograaf.

          80 1538 October 17

          Ariaen Hubrechtsz. in den Liere huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen land aldaar voor 8 jaar.

          Aldus ghedaen den seventiensten in Octobri anno XVC acht ende dertich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 50 ). Het stuk is een chirograaf.

          97 1542 Maart 2

          Cornelis Touwensz. huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen land in de Lier voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den tweeden in Maart anno XVC twee ende viertich stilo communi.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 50 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 58, 80 en 97)

        • 103 1544 Maart 4

          Schepenen in Maeslant oorkonden, dat Kors Cornelisz. en Heynrick Doesen hebben getuigd, dat zij te Delff zekere brieven hebben gezien, inhoudende, dat het klooster St. Barbera aldaar 1½ morgen land bezit in het Breede Weer in Maeslant.

          Gedaen opten IIII Maert anno XVC XLIIII nae tgemeen scriven.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 51 ). Het opgedrukte ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 10 verso en in Inv. no. 15 fo. XLI.

          5 1434 December 12

          Geryt Heynrixz. verkoopt aan Claeys Jan Symonsz. 3 morgen 1 hont land, grenzende aan de zusters van St. Barbara.

          Gegeven int jaer ons Heeren duysent vierhondert vier ende dertich op sinte Luciën avond.

          Afschrift van Govert Symonsz. Walenburch, notaris, op papier ( Inv. no. 51 ).

          "In dorso staat: ""In Maeslant""."

          50 1532 Januari 12

          Laurentius Campegius, kardinaal-priester van St. Maria trans Tiberim, pauselijk legaat in Germania, geeft aflaat aan allen, die een kapel of altaar, gewijd aan de zeven weeën van Maria, op het feest van die weeën en van de processie der broederschap van dien naam of op de Vrijdagen der maand Maart en Goeden Vrijdag bezocht zullen hebben.

          Datum Bruxelle Cameracensis diocesis anno a nativitate Domini millesimo quingentesimo trigesimo secundo pridie idus Januarii pontificatus sanctissimi domini nostri domini Clementis divina providentia pape septimi anno nono.

          Gevidimeerd in den brief d.d. 1532 Januari 29 (zie reg. no.51).

          (reg. no. 5)

        • 41 1528 Februari 8

          Dirck Franssz. huurt van het klooster St. Barbara 7½ hont land in Maeslandt voor 10 jaar.

          Int jair ons Heeren XVC XXVIII opten achtsten dach Februarii.

          Afschrift op papier ( Inv. no. 52 ).

          In dorso staat, dat het land onder pater Jan Jansz. is verkocht. Hij was pater van 1515 tot 1543.

          (reg. no. 41)

          Zie ook reg. no. 27.

        • 59 1536 September 21

          Schepenen van Maeslant oorkonden, dat de mater van het klooster St. Barbara heeft verkocht aan Jacob Jacobsz. ½ van 4½ morgen land aan den Maesdijck.

          Alus gedaen opten XXIen dach van Septembry anno XVC zes ende dertich.

          Afschrift op papier ( Inv. no. 53 ).

          (reg. no. 59)

        • (reg. nos. 102, 103, 106 en 132)

          No. 132 is bij de huurcedels gevoegd en is dus niet afzonderlijk genummerd in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klezery.

          • 106 1544 November 28

            Schepenen van Maeslandt oorkonden, dat Heynrick Doessz., ten verzoeke van het klooster St. Barbara te Delft, den huurbrief, sprekende van 1½ morgen land in het Brede Weer aldaar en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

            Opten XXVIIIen Novembry anno XVC vier ende veertich.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 54.1 ). Het ambachtszegel verloren.

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 10.

          • 102 1544 Januari 12

            B. de Hardenberch, klerk te Maeslant, geeft akte van een schepenvonnis, waarbij Jan van Renes zijn eisch aangaande 2½ morgen land in het Brede Weer, waarin het klooster van St. Barbara 1½ morgen heeft, wordt ontzegd en het klooster in zijn bezit wordt bevestigd.

            Actum als boven (den uutersten dach van der centency dienende ende was opten XIIen dach Januarii laestleden anno XVC vier ende vertich nae tgemeen scriven).

            a. Oorspr. ( Inv. no. 54 ).

            "In dorso staat: ""Sentencie van 1½ morgen lants"" en ""dit es dat vonnis uut Maeslant van Heyn Doesens lant""."

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 11.

            132 1546 Maart 28

            Heynric Doensz. in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 1½ en 3 morgen land aldaar in het Breeweer voor 9 jaar.

            Aldus ghedaen den acht ende twintichsten Marcii anno XVC ses ende viertich nae tghemeen scriven van Utrecht.

            a. Oorspr. op papier ( Inv. no. 54 ).

            b. Oorspr. op papier. Beide stukken zijn chirografen.

        • 136 (1546 of vroeger)

          Pieter Smoutpeer huurt van het klooster St. Barbara een boomgaard met erf aan den Maeslantsen dijck voor 9 jaar, ingaande 1546.

          a. Oorspr. op papier ( Inv. no. 55 ).

          b. Oorspr. op papier. Beide stukken zijn chirografen.

          (reg. no. 136)

        • 112 1544 November 28

          Schepenen in Maeslant oorkonden, dat Joris Cornelisz., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 15 morgen 1 hont land aldaar in den Dijckpolder en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Gedaen opten XXVIIIen Novembry anno XVC vier ende viertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 56 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 6 verso.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XI.

          140 1548 April 26

          Cornelisz. Jacobsz. in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 15 morgen 1 hont land aldaar in den Dijkpolder voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den ses ende twintichste Aprilis anno XVC acht ende viertich nae tghemeen scriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 56 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat: ""nu Willem Jansz. En Jan Verhoeff""."

          85 1539 Februari 5

          Joris Cornelisz. in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 15 morgen 1 hont land aldaar in den Dijkpolder voor 9 jaar.

          Aldus ghedaan den vijften in Februario anno XVC negen ende dertich nae tscriven des Hofs van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 56 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 85, 112 en 140)

          Van deze stukken heeft alleen no. 112 een afzonderlijk nummer in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klezery.

        • 142 (1548 of vroeger)

          Claes Symonsz. In Maeslandt huurt van het klooster St. Barbara 4 hont land voor 9 jaar, ingaande 1548.

          a. Oorspr. op papier ( Inv. no. 57 ). Het stuk is een chirograaf.

          b. Oorspr. op papier. Idem.

          c. Concept op papier.

          In dorso van het eerste stuk staat, dat het land verkocht is.

          87 1539 Februari 13

          Clays Symonsz. in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 4 hont land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den derthiensten in Februario anno XVC neghen ende dertich nae tscriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 57 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat, dat dit land verkocht is.

          (reg. nos. 87 en 142)

          met 1 duplicaat en 1 cone [cohier?]

        • (reg. nos. 35. 57, 63, 108, 133 en 164)

          • 108 1544 November 28

            Schepenen van Maeslant oorkonden, dat Frans Willemsz. Pathin, ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 12 morgen 4 hont land aldaar, en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

            Gedaen opten XXVIIIen Novembry anno XVC vier ende veertich.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 58.1 ). Met het ambachtszegel in groene was.

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 12.

            c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XIII verso.

          • 57 1536 Februari 10

            Dyrick Cornelisz. in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 14 hont land in Dijcxpolder aldaar voor 9 jaar.

            Aldus ghedaen den thienden in Februario anno XVC ses ende dertich nae tghemene scriven van Utrecht.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 58 ). Het stuk is een chirograaf.

            In dorso staat, dat het land verkocht is.

            35 1526 April 7

            Jan Claesz. Barkel huurt van het klooster St. Barbara 12 morgen 3½ hont land met vier hofsteden daarop staande en nog 14 hont land in Maesland voor 10 jaar.

            Int jair ons Heren XVC XXVI den sevenden dach in April.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 58 ).

            "In dorso staat: ""Jan Claesz. Berkeltgen ofte Dooltgen"". Zelf teekent hij Berckel."

            63 1537 Januari 29

            Frans Willemsz. in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 12 morgen 3½ hont land met vier huisjes bij de Maeslantse sluis voor 9 jaar.

            Aldus ghedaen den neghen ende twintichsten Januarii anno XVC seven ende dertich nae tscriven van Utrecht.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 58 ). Het stuk is een chirograaf.

            133 1546 April 20

            Frans Willemsz. Platijn in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 12 morgen 4 hont land met vier huisjes bij Bonaertssluis aldaar voor 9 jaar.

            Aldus ghedaen den twintichsten Aprilis anno XVC ses ende viertich stilo communi.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 58 ). Het stuk is een chirograaf.

            164 (1555 of vroeger)

            Ariaen Cornelisz. huurt van het klooster St. Barbara 12 morgen 3½ hont land met vier huisjes in Maeslandt voor 9 jaar, ingaande 1555.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 58 ). Het stuk is een chirograaf.

        • 173 (1558 of vroeger)

          Jan Jansz. op de Vlyet huurt van het klooster St. Barbara 7 hont land voor 9 jaar, ingaande 1558.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 59 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat ""Maeslant"" en wordt vermeld, dat het land verkocht is."

          54 1532

          Pierman Claesz. huurt van het klooster St. Barbara 7 hont land in Maeslant voor 9 jaer.

          Int jaer ons Heeren XVC twe ende dortich.

          Afschrift op papier ( Inv. no. 59 ).

          In dorso staat, dat dit land verkocht is.

          148 (1550 of vroeger)

          Jan Jansz. in Maeslandt huurt van het klooster St. Barbara 7 hont land aldaar voor 9 jaar, ingaande 1550.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 59 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat, dat het land in 1558 weer voor 9 jaar verhuurd is en dat het verkocht is.

          96 1541 Mei 23

          Marriken Pyermansdr., weduwe van Willem Heynricxz. in Maeslant, huurt van het klooster St. Barbara 7 hont land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen. den drie ende twintichsten in Mayo anno een ende viertich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 59 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat, dat het land verkocht is.

          (reg. nos. 54, 96, 148 en 173)

        • 109 1544 November 28

          Schepenen van Maeslant oorkonden, dat Cornelis Alewinsz., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 5 morgen land aan den Kleinen Sluysvliet aldaar en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Gedaen opten XXVIIIen dach van Novembry anno XVC vier ende veertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 60 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 8.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXXVI verso.

          174 (1558 of vroeger)

          Cornelis Alewijnsz. in Suyt Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 5 morgen land voor 9 jaar, ingaande 1558.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 60 ) Het stuk is een chirograaf.

          76 1538 Maart 16

          Maerten Dyricxz. in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 5 morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den sesthienden dach in die Maert anno XVC acht ende dertich nae tghemene scriven des Hofs van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 60 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 76, 109 en 174)

          Van deze stukken heeft alleen no. 109 een afzonderlijk nummer in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy.

        • 175 1559 Juli 28

          De Hooge Heemraden van Delflant staan den pater van St. Barbaren convent te Delft en andere ingelanden van het buitenland tussen Maeslander- en Boonerhaven 'toe hun perceelen af te graven en te doen beweiden.

          Gedaen in den Hage den XXVIIIen Julii XVC negen ende vijftich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 61 ). Onderteekend door W. de Berendrecht, notaris.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 9 verso.

          (reg. no. 175)

        • 172 1558 Maart 26

          Vryes Vryessz. in de Lyer huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Actum den XXVI en Maert anno XVC acht ende vijftich communi stilo.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 62 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat: ""Nu Leendert Vryesen, zijn soon""."

          144 (1548 of vroeger)

          Vryes Vryesz. in de Lyer huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in Maeslandt voor 9 jaar, ingaande 1548.

          Oorspr. op papier (Inv. no 62). Het stuk is een chirograaf.

          194 1565 September 4

          Lenert Vryessen in de Lyer huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in Maeslant voor 7 jaar, ingaande 1567.

          Actum den vyerden Septembris anno XVC vijf ende tsestich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 62 ).

          91 1540 Februari 24

          Vries Vriesz. in de Lier huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in Maeslant voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den vier ende twintichsten in Februario anno XVC viertich nae tgemeen scriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 62 ). Het stuk is een chirograaf.

          46 1531 Januari 3

          Vries Vriesz. huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in Maeslant voor 9 jaer.

          Int jair ons Heren XVC een ende dartich opten darden dach in Januario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 62 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 46, 91, 144, 172 en 194)

          Zie ook reg. no. 111.

        • 199 1566 Februari 8

          Jan Fransz. Verhoef, wonende aan de Maeslantse sluis, huurt van het klooster St. Barbara 8 morgen land in Maeslant in den Dijckpolder voor 7 jaar.

          Opten VIIIen Februarii anno XVC ses ende tsestich na tgemeen scriven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 63 ).

          Onderaan staat, dat op 5 Mei 1569 aan Jan Jansz. Verhoeff is toegestaan deze huur op te gebruiken.

          (reg. no. 199)

        • 141 (1548 of vroeger)

          Joest Pietersz. Poel in Maeslandt huurt van het klooster St. Barbara 7½ morgen land aldaar voor 9 jaar, ingaande 1548.

          a. Oorspr. op papier ( Inv. no. 64 ).

          b. Oorspr. Op papier. Beide stukken zijn chirografen.

          In dorso staat, dat de huur nu ingeschreven moet worden op St. Cornelis 57.

          110 1544 November 28

          Schepenen van Maeslant oorkonden, dat Willem Jan Claesz., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 7½ morgen land in den Dijckpolder aldaar en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Gedaen opten XXVIIIen dach van Novembry anno XVC vier ende veertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 64 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XI verso.

          202 1566 April 7

          Cent Cornelisz., wonende aan den Maesdijck, huurt van het klooster St. Barbara 7 morgen 3 hont land in Maeslant in den Dijckpolder voor 7 jaar.

          Op den VII April anno XVC LXVI stilo communi.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 64 ).

          86 1539 Februari 5

          Willem Jansz. in Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 7½ morgen land aldaar in den Dijckpolder voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den vijften Februario anno XVC negen ende dertich nae tscriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 64 ). Het stuk is een chirograaf.

          38 1527 Juli 8

          Cornelis Hugenz. huurt van het klooster St. Barbara 7½ morgen land in Maeslant voor 10 jaar.

          Anno XVC XXVII den achsten dach in Julio.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 64 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 38, 86, 110, 141 en 202)

          met 1 duplicaat

          Van deze stukken heeft alleen no. 110 een afzonderlijk nummer in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy.

        • 107 1544 November 28

          Schepenen van Maeslant oorkonden, dat Jan Jacob, ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, cprekende van 12 morgen 4 hont land aldaar, vroeger geheeten Floer die Hoeyers woninck, welke brief bij den brand van 1536 vernietigd is, heeft vernieuwd.

          Gedaen opten XXVIIIen Novembry anno XVC vier ende viertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 65 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 8 verso.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XIV.

          236 1568 Januari 20

          Willem Pietersz. in Zuit Maeslant huurt van het klooster St. Barbara 12 morgen 4 hont land aldaar, genaamd Floer die Hoyers woninck, voor 9 jaar.

          Op den XX Januarii anno XVC acht ende tzestich nae tgemeen scriven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 65 ).

          23 1513 Februari 4

          Cornelis Harmansz. huurt van het klooster St. Barbara 12 morgen 3½ hont land in Maeslant voor 13 jaar.

          Int jaer ons Heren vijftienhondert ende dorthien den vierden dach in Februario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 65 ). Het stuk is een chirograaf.

          21 1512 Februari 8

          Kors Cornelisz. huurt 12 morgen 4 hont land in Maeslant van het klooster St. Barbara voor 10 jaar.

          Int jaer ons Heren vijftienhondert ende twalef den achsten dach in Februario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 65 ). Het stuk is een chirograaf.

          150 (1550 of vroeger)

          Willem Pietersz. in Suyt Maeslandt huurt van het klooster St. Barbara 12 morgen 4 hont land voor 9 jaar, ingaande 1550.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 65 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 21, 23, 107, 150 en 236)

          Van deze stukken heeft alleen no. 110 een afzonderlijk nummer in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy.

        • 242 1568 Juli 1

          Huych Corsz. verklaart, dat hij met toestemming van het klooster St. Barbara-een huisje heeft laten zetten op grond van dat klooster, waarvoor hij of zijn pachter het klooster gedurende 9 jaar 9 stuivers jaarlijks zal betalen.

          Op den eersten July anno XVC ende acht ende tsestich.

          Oorspr. ( Inv. no. 66 ).

          (reg. no. 242)
          Ontbreekt
          Voorheen bekend als inv.nr. 66

        • 222 1566 Juli 23

          Schepen van Maeslant oorkonden, dat Jacob Cornelisz. Tou, wonende te Lier, ten verzoeke van pater en mater van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 6 morgen land aldaar en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Opten XXIIIen dach van Julio anno XVC ses ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 67 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 11 verso.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XVI verso.

          114 1544 November 28

          Schepenen van Maeslant oorkonden, dat Jannitgen Touwen wed., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 6 morgen land aan den Burgerwech aldaar en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Gedaen opten XXVIIIen dach van Novembry anno duysent vijffhondert vier ende veertich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 67 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 9.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XVII.

          22 1512 Februari 8

          Adriaen Henric Holijnsz. huurt van het klooster St. Barbara twee perceelen land, groot 6 morgen 2 hont en 6 morgen, in Maeslant voor 15 jaar.

          Int jaer ons Heren vijftienhondert ende twalef den vijftiensten dach in Februario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 67 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat ""Florys Vranckenz.""."

          34 1526 Januari 15

          Arien Henricksz. huurt van het klooster St. Barbara twee perceelen land, groot 6 morgen 2 hont en 6 morgen, in Maeslant voor 10 jaar.

          Int jair ons Heren XVC XXVI den XV dach in Januario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 67 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat: ""Duvepolder"" en ""Florys Vranckenz. ende Gherryt Pietersz.""."

          224 1566 Augustus 3

          Cornelis Cornelisz. Tou in de Lier huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen weiland in Maeslant aan den Burgerwech voor 7 jaar.

          Op den Uien Augusti anno XVC ses ende tsestich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 67 ).

          250 1569 Juli 7

          Maritge Gerretsdr., weduwe van Floris Vranckez. in Maeslandt, huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen 2 hont land aldaar in den Duyffpolder voor 7 jaar.

          Op den VIIen July anno XVC negen ende tsestich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 67 ).

          60 1536 October 7

          Floris Franckenz. huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen land in den Duvepolder in Maeslant voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den sevenden Octobris anno XVC ses ende dertich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 67 ). Het stuk is een chirograaf.

          125 1546 Januari 5

          Gherrit Pietersz. in de Lier huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen land in Maeslant voor 9 of 5 jaar.

          Aldus ghedaen den vijfden Januarii anno XVC ses ende viertich stilo communi.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 67 ). Het stuk is een chirograaf.

          149 (1550 of vroeger)

          Jannitgen Thouwen, wonende in de Lyer, huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen land in Maeslandt voor 9 jaar, ingaande 1550.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 67 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 22, 34, 60, 114, 125, 149, 222, 224 en 250)

          Van deze stukken heeft alleen no. 114 een afzonderlijk nummer in het archief der Oud-Bisschoppeljke Klerezy. - Zie ook reg. no. 113.

        • 259 1571 April 20

          Adriaen Cornelisz. huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen 4 hont land, waarop vier huisjes staan, in Maeslant aan den Maesdijck voor 7 jaar.

          Op den XXen April anno XVC een ende tzeventich nae Paesschen.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 68 ).

          (reg. no. 259)

        • 260 1571 April 20

          Jan Jansz. Verhoeff huurt van het klooster St. Barbara 6 morgen land in Maeslant voor 7 jaar.

          Op den XXen April anno XVC een ende tzeventich nae Paeschen.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 69 ).

          (reg. no. 260)

        • (reg. nos. 33, 52, 89, 185, 214 en 215)

          Van deze stukken hebben alleen de nos. 214 en 215 een afzonderlijk nummer in het archief der Oud Bisschoppelijke Klerezy.

          • 215 1566 Juli 13

            Schout en schepenen van Mateness oorkonden, dat Hillebrandt Matheusz. van den Hoigenban, ten verzoeke van het St. Barbaren convent te Delff, den huurbrief, sprekende van 2½ morgen land in Oude Matenes op de Molensloot en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

            Opten dertienden Julii anno XVC zes ende tsestich.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 70 ). Het zegel van den schout verloren.

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 19.

            c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XIX verso.

            185 (1563 of vroeger)

            Hillebrant Matteusz., schout van den Hogenban, huurt van het klooster St. Barbara 15 morgen land op den Hoogenhem in den Spaenschen polder en 2½ morgen in Oude Matenes aan de Molensloot voor 13 jaar, ingaande 1563.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 70 ).

            89 1539 November 5

            Cornelia Dyricxdr., weduwe van Cornelis Symonsz. op den Hem, huurt van het klooster St. Barbara 15 morgen land in Ouderscie en 2½ morgen in Matenesse op de Molensloot voor 9 jaar.

            Aldus ghedaen den vijfden in Novembri anno XVC neghen ende dertich.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 70 ). Het stuk is een chirograaf.

            52 1532 Februari 3

            Cornelis Symonsz. huurt van het klooster St. Barbara 15 morgen land in Ouderschie voor 10 jaar.

            Int jaer ons Heren XVC twee ende dartich opten darden dach in Februario.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 70 ). Het stuk is een chirograaf.

            33 1523 December 6

            Cornelis Symonsz. huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land in Mateness op de Molensloot voor 10 jaar.

            Int jair ons Heren XVC drie ende twintich opten sesten dach in Decembri.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 70 ). Het stuk is een chirograaf.

          • 214 1566 Juli 13

            Schout en schepenen van den Hoghenban oorkonden, dat Hillebrant Matheusz., schout voornoemd, ten verzoeke van het St. Barbaren convent te Delff, den huurbrief, sprekende van een woning, genaamd Hoighenhem, met 15 morgen land tussen Ouderschie en Schiedam, en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

            Opden derthienden Julii anno XVC zes ende tsestich.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 70.1 ). Het zegel van den schout verloren.

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 20.

            c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XVIII.

        • 223 1566 Augustus 1

          Schout en schepenen van Mathenes oorkonden, dat Joris Jorisz. te Schiedam, ten verzoeke van pater en mater van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 2½ morgen land en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Op den eersten Augusti anno XVC zess ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 71 ). Met het zegel van Lenart Dircsz., schout, in groene was.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 17 verso.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XX verso.

          162 (1554 of vroeger)

          Aem Vryesen te Schyedam huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen in Oude Matenesse voor 9 jaar, ingaande 1554.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 71 ). Het stuk is een chirograaf.

          Onderaan staat, dat 1558 Juni 16 deze huur is toegestaan aan Fop Aemsz.

          205 1566 Mei 7

          Joris Jorisz. te Schiedam huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen weiland in Oude Matenesse voor 7 jaar.

          Op den VIIen Mey anno XVC ses ende tsestich stilo communi.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 71 ).

          Onderaan staat, dat 23 Januari 1567 deze huur is overgedaan aan Claes van Beveren.

          81 1538 November 23

          Aem Vriesenz. Lijndraiyer in Sciedam huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land in Mathenes voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den drie ende twintichsten Novembris anno XVC acht ende dertich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 71 ). Het stuk is een chirograaf.

          116 1545 Juli 7

          Aem Vreesen Lijndrayer in Sciedam huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land in Mathenes voor 9 jaar.

          Anno XVCXLV den sevenden in Julio.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 71 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 81, 116, 162, 205 en 223)

        • (reg. nos. 45, 62, 98, 218 en 228)

          • 218 1566 Juli 17

            Schout en schepenen van Mathenes oorkonden, dat Adriaen Jaspersz. buiten Schiedam, ten verzoeke van pater en mater van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 3 morgen 4 hont land, geheeten het Moilenweer, welke brief vernietigd is bij den brand van 1536, heeft vernieuwd.

            Op den seventienden Julii anno XVC zess ende tsestich.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 72.1 ). Met het zegel van Lenart Dircsz., schout, in groene was.

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 19 verso.

            c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXIII verso.

          • 62 1537 Januari 15

            Pieter Pauwelsz. in Oude Mathenes huurt van het klooster St. Barbara 3½ morgen 1 hont land aldaar voor 9 jaar.

            Aldus ghedaen den vijfthiensten Januarii anno XVC seven ende dertich.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 72 ). Het stuk is een chirograaf.

            98 1542 Maart 2

            Joris Ariaensz. in Sciedam huurt van het klooster St. Barbara 3½ morgen 1 hont land in Oude Mathenes voor 9 jaar.

            Aldus ghedaen secundo Marcii anno twee ende viertich stilo communi.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 72 ). Het stuk is een chirograaf.

            45 1530 Januari 4

            Pieter Pouwelsz. huurt van het klooster St. Barbara 3½ morgen 1 hont land in Oude Matenes voor 9 jaar.

            Int jair ons Pieren XVC ende XXX den vierden dach in Januario.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 72 ). Het stuk is een chirograaf.

            228 1566 October 25

            Arien Jaspersz. wonende buiten Schiedam huurt van het klooster St. Barbara 4 hont land, genaamd het Molenweer, in Oude Matenesz voor 9 jaar, ingaande 1567.

            Oorspr. op perkament ( Inv. no. 72 ).

        • (reg. nos. 82, 83 en 253)

          • 82 1538 December 16

            Adriaen, heer van Nywe Matenesse en ambachtsheer van Oude Matenesse, schout, ambachtsbewaarder, heemraden en huurlieden, met consent der ingelanden van den Oude-Matenesse-polder, oorkonden, dat zij van het klooster St. Barbara in erfpacht hebben genomen een boomgaard in dien polder voor 4 pond Hollandsch jaarlijks.

            Opten dach datum ende jaer als boven (opten XVIen Decembris anno XVC ende XXXVIII).

            a. Oorspr. ( Inv. no. 73.1 ). De zegels van Adriaen van Matenesse, ambachtsheer, Gerryt van Zuelen, schout, en van het klooster verloren.

            b. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXIV verso.

            253 1569 December 16

            Schout, burgemeesters en raad van Delff geven vidimus van den brief van 1538 December 16. (zie no. 83)

            Gedaen den XVIen Decembris anno XVC neghen ende tzestich.

            Oorspr. ( Inv. no. 73 ). Het zegel ten zaken verloren.

          • 83 1538 December 16

            Adriaen, heer van Nyeuwe Matenesse en ambachtsheer van Oude Matenesse, schout, ambachtsbewaarder, heemraden en huurlieden van den Oude-Matenesse-polre nemen in erfpacht van het klooster St. Barbara te Delft de boomgaarden, die het klooster daar heeft tussen den Hoogen en den Lagen weg, voor 4 pond Hollandsch jaarlijks.

            Opten XVIen Decembris anno XVC ende acht ende dertich.

            Gevidimeerd in den brief d.d. 1569 December 16 (zie reg. no. 253).

        • (reg. nos. 95, 158, 217 en 256)

          Van deze stukken heeft alleen no. 217 een afzonderlijk nummer in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy. Zie ook reg. no. 216.

          • 217 1566 Juli 13

            Schout en schepenen van Matenes oorkonden, dat Claes Adriaensz. van Schiedam, ten verzoeke van het St. Barbaren convent te Delff, den huurbrief, sprekende van 7 morgen 3 hont weiland in Oude Mathenes en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

            Opden dertienden Julii anno XVC zess ende tsestich.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 74.1 ). Het zegel van den schout verloren.

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 18 verso.

            c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXI verso.

          • 95 1541 Maart 3

            Fiyen, Adriaen Claeysz. wed. in Sciedam, huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in Oude Mathenes voor 9 jaar.

            Aldus gedaen den derden in Marcio anno een ende viertich nae tgemeen scriven van Utrecht.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 74 ). Het stuk is een chirograaf.

            158 (1552 of vroeger)

            Claes Ariaensz. huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in Oude Matenesse voor 9 jaar, ingaande 1552.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 74 ). Het stuk is een chirograaf.

            256 1570 Mei 1

            Claes Adriaensz. te Schiedam huurt van het klooster St. Barbara 10 morgen land in Oude Mateness voor 7 jaar.

            Op den 1en Mey anno XVC ende tzeventich.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 74 ).

      • Zie Inv. no. 70.

        • 7 1436 October 21

          De Heilige-Geestmeesters van Rijswijck verkopen aan de zusters van St. Barbara te Delft 1 morgen land te Rijswijck en een rente van 5 schellingen jaarlijks.

          Int jaer ons Heren MCCCC sess ende dertich opten enentwintichsten dach in Octobri.

          Oorspr. ( Inv. no. 75 ). Met de zegels van Geryt van Stienvoirden en Harper Dircsz. uten Broock, schout van Rijswijck, in groene was.

          "In dorso staat: ""Item dese brief maect den XXXVI iugera in joncfrou Lijsbethen woninghe, die si ons gaf in den jair XLVI in Februario."""

          (reg. no. 7)

        • 9 1452 Augustus 21

          Johan, Graaf van Nassow, Dietze etc., geeft aan Costine, Florys Jan Willem Moersz. dochter, 2 morgen land in Rijswijck op Ockenberg, die zij van hem in leen hield, in eigendom, hetgeen zij verzocht heeft om in een klooster te kunnen gaan.

          Gegeven opten een ende twyntichsten dach in Augusto int jair ons Heeren dusent vyerhondert ende tweënvijftich.

          Afschrift op papier d.d. 1524 ( Inv. no. 76 ).

          In dorso staat, dat het land verkocht is.

          (reg. no. 9)

        • 25 1513 Februari 23

          Walich Pietersz., priester, pater van het klooster St. Barbara, verhuurt aan Martijn Dirckz. een hofstede, groot 45 roeden met twee huisjes, te Rijswijck op den Gouden Boem voor 25 jaar.

          Int jaer ons Heren vijftienhondert ende darthijn opten drie ende twintichsten dach in Februario.

          Afschrift van Govert Simonsz. Walenburch, notaris, op papier ( Inv. no. 77 ).

          In dorso staat, dat de hofstede verkocht is.

          (reg. no. 25)

        • 78 1538 Mei 15

          Ministra en gemeen convent van St. Barbara verhuren aan Gerrit Symonsz. in Rijswijck een erfje aan den zuidelijken ingang van het dorp.

          Aldus ghedaen den vijftienden in Mey anno XVC acht ende dertich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 78 ).

          in dorso staat, dat het erfje verkocht is. De onderteekening door de ministra ontbreekt.

          (reg. no. 78)

        • 47 1531 (?) Februari 3

          Maritgen Dirc Jansz. wed. huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land in Rijswijk op den Gulden Boem voor 9 jaar.

          Int jair ons Heren XVC ende XXX opten derden dach in Februario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 79 ). Het stuk is een chirograaf.

          "In dorso staat, dat het land verkocht is en het jaartal 1531; hier zal dus, evenals in reg. no. 42, de Paasch- of Maria-Boodschapstijl zijn gebruikt."

          28 1521 Januari 10

          Dirc Jansz. huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land in Rijswijck op den Gulden Boem voor 10 jaar.

          Int jair ons Heren vijftienhondert ende enentwintich opten tiensten dach in Januario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 79 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat, dat het land verkocht is.

          100 (1542)

          Coenraet Oelenz., gezworen landmeter van den Hoogen Heemraad van Delfland, verklaart, dat hij 8 November 1542, op verzoek van het klooster St. Barbara, een perceel land heeft gemeten, geheeten de Ghulde Boem en gelegen in Rijswijck, en dat het 2 morgen 3 hont en 75 roeden groot is.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 79 ).

          "Onderaan staat: ""ic heb bet. Coenraet Oeloffz. voor zijn arbeytsloon van meten XX sc"". In dorso staat, dat het land verkocht is."

          (reg. nos. 28, 47 en 100)

          Van deze stukken heeft alleen no. 100 een afzonderlijk nummer in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy.

        • 37 1527 April 11

          Floris Engelsz. huurt van het klooster St. Barbara 2 morgen land in Rijswijck in den Plaspoel voor 10 jaar.

          Int jair ons Heren XVC XXVII den XIsten dach in April.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 80 ).

          In dorso staat, dat het land verkocht is.

          77 1538 Maart 17

          Floris Enghelsz. in Rijswijck huurt van het klooster St. Barbara 2 morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den seventhienden in Marcio anno XVC acht ende dertich nae tgemeene scriven des Hofs van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 80 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat, dat het land verkocht is.

          139 (1547 of vroeger)

          Marriken Cornelisdr., weduwe van Floris Engelsz., huurt van het klooster St. Barbara 2 morgen land in Rijswijck in Plaetgespoel voor 9 jaar, ingaande 1547.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 80 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat, dat het land verkocht is.

          168 (1556 of vroeger)

          Maritgen Floer Engelssz. wed. in Rijswijck huurt van het klooster St. Barbara 2 morgen land voor 9 jaar, ingaande 1556.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 80 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat, dat het land verkocht is.

          209 1566 Juli 3

          Dirck Dircxz. huurt van het klooster St. Barbara 2 morgen land in Rijswijck voor 15 jaar.

          Aldus gedaen opten derden Julii anno XVC ses ende tsestich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 80 ).

          (reg. nos. 37, 77, 139, 168 en 209)

        • 213 1566 Juli 10

          Schout en gezworenen van Rijswijck oorkonden, dat Lenart Pietersz., ten verzoeke van het St. Barbaren convent te Delff, den huurbrief, sprekende van 9 morgen 3 hont land in den Brouck-polder en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Opten tienden Julii anno XVC sess ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 81 ). Het zegel van den schout verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 21 verso.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. VII.

          (reg. no. 213)

        • 212 1566 Juli 10

          Schout en gezworenen van Rijswijck oorkonden, dat Willem Claesz., ten verzoeke vau het St. Barbaren convent, den pachtbrief, sprekende van 20 morgen 2 hont land in Rijswijcker houck en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Opten tienden Julii anno XVC zes ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 82 ). Het zege! van den schout verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 22.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. VI.

          (reg. no. 212)

        • (reg. nos. 36, 61, 126 en 211)

          • 211 1566 Juli 10

            Schout en gezworenen van Rijswijck oorkonden, dat Stoffel Cornelisz., ten verzoeke van pater en mater van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 8 morgen land aldaar, geheeten 't Smalle Weer, en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

            Opten tienden Julii anno XVC zes ende tsestich.

            a. Oorspr. ( Inv. no. 83.1 ). Met het zegel van Claes Symonsz., den schout, in groene was.

            b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 20 verso.

            c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. VIII.

          • 36 1526 October 20

            Harpar Harparsz. huurt van het klooster St. Barbara 8 morgen land in Rijswijcker broec, geheeten het Smalle weer, voor 10 jaar.

            Int jair ons Heren XVC XXVI den XXsten dach in Octobry.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 83 ). Het stuk is een chirograaf.

            61 1537 Januari 9

            Jan Harpersz. in Rijswijck huurt van het klooster St. Barbara 8 morgen land aldaar, geheeten het Smalle weer, voor 9 jaar.

            Aldus ghedaen den negensten Januarii anno XVC seven ende dertich nae tghemeen scriven van Uutrecht.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 83 ). Het stuk is een chirograaf.

            126 1546 Februari 12

            Jan Harpersz. huurt van het klooster St. Barbara 8 morgen land in Rijswijcker broeck, geheeten het Smale Weer, voor 9 jaar. Aldus ghedaen den twalefden Februarii anno XVC ses ende viertich stilo communi.

            Oorspr. op papier ( Inv. no. 83 ). Het stuk is een chirograaf.

        • 210 1566 Juli 8

          Schout en schepenen van Schoonderloe oorkonden, dat Cornelis Dircsz. Slim, ten verzoeke van St. Barbaren convent te Delff, den huurbrief, sprekende van 3 morgen weiland en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Opten achsten Julii XVC zes ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 84 ). Het zegel van den schout verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 15 fo. IX.

          c. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 16 verso.

          192 1565 Augustus 29

          Cornelis Dirckxz. te Delffshaven en de weduwe van Huych Henrickxz. huren van het klooster St. Barbara 3 morgen weiland in Scerlo voor 9 jaar.

          Actum den negen ende twintichsten Augusti anno XVC vijff ende tsestich.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 84 ).

          (reg. nos. 192 en 210)

          Alleen no. 210 heeft in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy een afzonderlijk nummer.

        • 42 1529 (?) Januari 20

          Kors Woutersz. huurt van het klooster St. Barbara 8 hont land in Vlaerdingen voor 10 jaar.

          Int jair ons Heren XVC XXVIII opten XXsten dach in Januario.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 85 ). Het stuk is een chirograaf.

          In dorso staat 1529, zoodat hier de Paasch- of Maria-Boodschapstijl gebruikt zal zijn.

          75 1538 Maart 14

          Cors Woutersz. in Vlaerdinck huurt van het klooster St. Barbara 8 hont land voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den vierthienden Marcii anno XVC acht ende dertich nae tghemene scriven van Utrecht.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 85 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 42 en 75)

        • 221 1566 Juli 19

          Schout en schepenen van Vlaerdinger ambacht oorkonden, dat Cornelis Dircxs Steenhuijs, ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 7 morgen land en 4 hont weiland aldaar in den Holyerhoekschen weg polder bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Den XIXen Julii XVC ses ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 85.1 ). Het ambachtszegel van Vlaardingen in groene was.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 16.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXVI verso.

          (reg. no. 221)

        • Op achterzijde foutief gedateerd als 1443.

        • 219 1566 Juli 19

          Schout en schepenen van Vlaerdinger ambacht oorkonden, dat Willem Ariaensz. Holy, schout van dat ambacht, ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 10 hont land aan den Holyerhoekschen weg en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Gedaen den XIXen Julii anno XVC ses ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 86 ). Het zegel van het ambacht en dat van het klooster verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 15 verso.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XLV.

          (reg. no. 219)

        • 200 1566 Februari 14

          Arien Arisz. in Vlaerdinger ambacht huurt van het klooster St. Barbara 8 hont land aldaar aan den Groenewech voor 9 jaar.

          Opten XIIIIen Februarii anno XVC ses ende tsestich nae tgemeen scriven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 87 ).

          Onderaan staat, dat op 23 December 1568 Claes Jansz. Vereroft deze huur heeft overgenomen.

          171 (1557 of vroeger)

          Ariaen Ariaensz. te Vlaerdinge huurt van het klooster St. Barbara 8 hont land voor 9 jaar, ingaande 1557.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 87 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 171 en 200)

          Zie ook reg no. 220.

        • 226 1566 September 21

          Schepenen van Vlairdingen oorkonden, dat Aryen Dirxsz., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief, sprekende van 8 hont land, geheeten de Vivercamp, welke brief bij den brand van 1536 is vernietigd, heeft vernieuwd.

          Aldus verleden en gedaen op den XXIen September anno XVC ses ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 88 ). Met het stadszegel in groene was.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 13.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXVI.

          (reg. no. 226)

        • 239 1568 Februari 14

          Schout en schepenen van Vlaerdinger ambacht oorkonden, dat Krijn Dirricxz., ten verzoeke van het klooster St. Barbara, den huurbrief,. sprekende van twee perceelen land, groot 17 en 4 hont, en bij den brand van 1536 vernietigd, heeft vernieuwd.

          Gedaen den XIIIIen February anno XVC acht ende tsestich.

          a. Oorspr. ( Inv. no. 89 ). Het ambachtszegel verloren.

          b. Afschrift in Inv. no. 16 fo. 12 verso.

          c. Afschrift in Inv. no. 15 fo. XXXIX.

          130 1546 Maart 26

          Pieter Aertsz. in Vlaerdynck huurt van het klooster St. Barbara 17 en 4 hont land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den ses ende twintichsten Marcii anno ses ende viertich stilo communi.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 89 ). Het stuk is een chirograaf.

          30 1521 Maart 3

          Pieter Aertsz. huurt van het klooster St. Barbara twee perceelen land, groot 17 en 4 hont, in Vlaerdinghen voor 10 jaar.

          Int jaer ons Herenvijftien hondert ende enentwintich opten darden dach in Maerte.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 89 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 30, 130 en 239)

          Van deze stukken heeft alleen no. 239 in het archief der Oud-Bisschoppelijke Klerezy een afzonderlijk nummer.

        • 258 1571 Maart 13

          Dirc Gerretsz. in Vlaerdinger broeck huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land aldaar.

          Op den derden Maert anno XVC een ende tzeventich nae tgemeen scriven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 90 ).

          201 1566 Februari 20

          Hillegont Winartsdr., weduwe van Gerrit Pietersz., huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land in Vlaerdinger ambacht voor 7 jaar, ingaande 1564.

          Opten XXen Februarii anno XVC ses ende tsestich nae tgemeen scriven.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 90 ).

          131 1546 Maart 26

          Gerrit Pietersz. in Vlaerdynck huurt van het klooster St. Barbara 2½ morgen land aldaar voor 9 jaar.

          Aldus ghedaen den ses ende twintichsten Marcii anno XVC ses ende viertich stilo communi.

          Oorspr. op papier ( Inv. no. 90 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. nos. 131, 201 en 258)

          Zie ook reg. no. 229.

      • Zie ook Inv. no. 30.

        • 56 1535 April 7

          Gherrit Jorisz. huurt van mr. Jan Jansz., pater van het St. Barbaren convent, 9 morgen land in Vriënban gedurende 9 jaar.

          Ghedaen den sevenden dach Aprilis anno XVC vijf ende dertich.

          Oorspr. ( Inv. no. 92 ). Het stuk is een chirograaf.

          (reg. no. 56)

      • 73 1538 Januari 17

        De notaris Lambertus Wilhelmusz. van Delf instrumenteert, dat meester Jan Jansz., confessor van het klooster St. Barbara aldaar, bij testament het klooster tot erfgenaam maakt van alles wat hij bezit behalve 300 carolusguldens, op voorwaarde, dat het hem zijn leven lang zal onderhouden op denzelfden voet, waarop dat tot nu toe is geschied.

        Aldus ghedaen ende gepasseert ten huyse van die priesters-woninghe van St. Barbaren convent,-int jair indictie paeusdoms keyserrijcx maent ende dach als boven verhaelt is (int jaer der selver Heeren duysent vijfhondert acht ende dertich indictie drie 1) in spaeusdoms ons heylichste vaders in Gode Pauli die derde van dier name int vierde jaer sijns spaeusdoms regnerende den moghende keyser Carolus by die guetheit Goods die vijfde van die name keyser van Romen ende coninck van Spangen int achtste jair sijnre coronatie opten seventhienden dach Januarii omtrent thien uren voor middach).

        Oorspr. ( Inv. no. 93 ). Met signatuur van den notaris.

        (reg. no. 73)

      • 93 1540 November 18

        De notaris Lambertus Wilhelmusz. van Delft instrumenteert, dat Baerte Willemsdr., non in het klooster van St. Barbara, bij testament de overdracht aan dat klooster van 3 morgen land, die zij bij haar intrede in het klooster heeft meegekregen en waarvan de brieven bij den brand zijn vernietigd, hernieuwt.

        Aldus gedaen int convent voirsz. opten jair maent dach indictie paeusdom keyserrijk als boven (int jair der geboorten desselves Heeres duysent vijfhondert ende veertich indictie derthien in den maent Novembris den achtienden omtrent elf uren voor noen int paeusdom ons heylichs vaders Pauli bij Goods graciën die derde van dier name int zevende jair sijns paeusdoms regnerende den moghensten keyser Carolus die vijfde van dier name bij Goeds graciën keyser van Rome etc. int elfde jair sijnre keyserlicker coronaciën).

        Oorspr. ( Inv. no. 94 ). Met signatuur van don notaris.

        (reg. no. 93)

      • (reg. nos. 79, 92 en 134)

        • 134 1546 Juli 7

          Ministra en gemeen convent van Synte Barbaren te Delft verklaren ontvangen te hebben van Anna Lucas 100 carolusguldens voor timmerage aan een huis, dat deze haar leven lang bewonen mag met behoud van een in- en uitgang in het klooster.

          Anno ons Heeren 1546 den 7 Julii.

          Oorspr. ( Inv. no. 95 ). Het conventszegel verloren.

          92 1540 Juli 12

          Ministra en convent van Sinte Barbaren verklaren ontvangen te hebben van Anna Lucasdr. 100 Rijnsche guldens en een brief sprekende van 198 carolusguldens, waarvoor zij haar gedurende haar leven huisvesting en onderhoud zullen geven en bij haar overlijden alles zullen erven wat er is.

          Anno XVC viertich den twaelfden in Julio.

          Oorspr. ( Inv. no. 95 ). Het conventszegel verloren.

        • 79 1538 September 10

          De notaris Govert Symonsz. Walenburch instrumenteert, dat Ghijsbrecht Lambrechtsz. en Anna Lucasdr., zijn vrouw, bij testament elkaar tot universeel erfgenaam hebben gemaakt.

          Aldus gedaen binnen Delft int jaer maent dach etc. als boven (int jaer van den geboerte desselven Heeres duysent vijffhondert ende acht ende dertich des elfte Indicties opten thiensten dach Septembris omtrent thien uuyren des middages regnerende den alderonverwinlijcksten prince ende Heere Kaerel die vijfte etc. int negende jaer zijnder coronatiën).

          Oorspr. ( Inv. no. 95.1 ). Met signatuur van den notaris.

      • 166 1556 Januari 5

        De notaris Michiel Doensz. instrumenteert, dat Maritge Phillipsdr. het klooster St. Barbara te Delft erfgenaam maakt van alles wat zij zal nalaten behoudens enkele legaten, en dat Marritgen Florisdr. van die nalatenschap het vruchtgebruik zal hebben.

        Aldus gedaan int jaer maent indictie dach uuyre als boven (in den jaeren der geboorten derzelver rjeeren duysent vijffhondert ses ende vijftich stilo communi in de XIIIIen indictie op den vijfsten Januarii omtrent XII uuyren-voormiddach int eerste jaer des pausdoms ons alderheylichsten vaders in Ghode Pauli by der godlicker voorsyenicheyt die vierde paus van dien name, regnerende den aldermogensten ende doerluchtichsten prince ende heer heer Carel die vijfste keyser van dien naem by der zelver gratie Rooms keyser int ses ende twintichste jaer zijnder maiesteyts coronatie in sijnder rijck van Romen).

        Oorspr. ( Inv. no. 96 ). Met signatuur van den notaris.

        (reg. no. 166)

      • 167 1556 Juli 28

        De notaris Jan Govertsz. van IJrseke instrumenteert, dat Goelgen Jansdr., weduwe van Zeger Eevertsz., snijder, bij testament bevestigt de schenking van goederen, die zij bij haar intrede in het klooster of daarna gedaan heeft.

        Actum als boven in den Hage ten huyse van die voirsz. comparante (opten XXVIIIen Julii anno XVC ses ende vijfftich in de veerthiende indictie).

        Oorspr. ( Inv. no. 97 ). Met signatuur van den notaris.

        (reg. no. 167)

      • 157 1552 September 3

        Schepenen in Delft oorkonden, dat mr. Michiel Doensz., pater, en het convent van St. Barbara aldaar hebben verkocht aan meester Pieter Joestensz., pastoor te Nootdorp, een lijfrente van 15 carolusguldens jaarlijks, verzekerd op 16 morgen land buiten de Rotterdamsche poort.

        Ghedaen den derden Septembris anno XVC twee ende vijftich.

        Oorspr. ( Inv. no. 103 ). De zegels der schepenen en van het convent verloren.

        De inhoud van den brief is doorgehaald. In dorso staat, dat de brief gecasseerd is en dat mr. Pieter Joestz. den 7en Juli 1566 overleden is.

        70 1537 Augustus 1

        Cornelia Egbrechtsdr., ministra, en gemeen convent van St. Barbara te Delft verkopen aan....1) een rente van 3 pond Vlaamsch jaarlijks, losbaar met den penning 16, waarvoor zij 12 morgen land buiten de Rotterdamsche poort verbinden.

        Anno seven ende dertich den eersten dach in Augusto.

        Oorspr. ( Inv. no. 103 ). Het zegel van het klooster verloren.

        "In dorso staat: ""mr. Jan Jansz."" en wordt vermeld, dat 2 pond van de rente zijn afgelost ad vincula Petri anno '39. Lager staat ""Ofgeloste losrente brief van 111? gr. sjaers van mr. Jan Jansz. gelost den penning XVI""."

        71 1537 Augustus 18

        Cornelia Egbrechtsdr., ministra, en gemeen convent van St. Barbara te Delft verkopen aan de memorie van de Nieuwe kerk aldaar een rente van 9 carolusguldens jaarlijks, losbaar met den penning 16, waarvoor zij verbinden 12 morgen land buiten de Rotterdamsche poort.

        Anno seven ende dertich den achthienden dach in Augusto.

        Oorspr. ( Inv. no. 103 ). Het zegel van het klooster verloren.

        "In dorso staat: ""Ofgeloste losrente van IX Rgl. sjaers van de memorie inde Nieukerck tot Delft gelost den penning XVI"". Het charter is in tweeën gescheurd en weer aaneen genaaid."

        (reg. nos. 70. 71 en 157)

      • 251 1569 November 3

        Jacob Jacobsz., bode van het Hof van Holland, verklaart ontvangen te hebben van het klooster van St. Barber te Deleft 25 carolusguldens 10 stuivers wegens onkosten, nader omschreven op het wit van dit stuk.

        Den darden van November anno XVC LXIX.

        Oorspr. op papier ( Inv. no. 104 ).

        De genoemde onkosten bestaan in verblijf- en klerkengeld te Brussel e.a. onkosten voor adviezen aangaande een zeker octrooi.

        (reg. no. 251)

      • (reg. nos. 159 en 160)

        • 159 1554 Juli 29

          De notaris Hermannus Proost instrumenteert, dat het klooster St. Barbara, op verzoek van Paulus Corneliusz., priester te Delff, op zich heeft genomen om aan Arnestus Muylaert, student te Lovianum, rector van de Nieuwe kerk van St. Ursula te Delff, jaarlijks 42 carolusguldens uit te keeren, waarvoor deze afstand doet van dat rectoraat ten behoeve van genoemden Paulus.

          Acta fuerent hec - sub anno indictione mense die hora loco pontificatu pariter et imperio prescriptis (anno a nativitate eiusdem Domini millesimo quingentesimo quinquagesimo quarto indictione duodecima die vero vigesima nona mensis Julii hora quinta vel quasi post meridiem pontificatus sanctissimi in Christo patris et domini nostri domini Julii divina providentia pape tertii anno suo quinto imperante gloriosissimo et invictissimo principe et domino nostro domino Carolo illius nominis quinto divina favente clementia Romanorum imperatore semper augusto anno coronationis sue vigesimo quinto.

          Oorspr. ( Inv. no. 105.1 ). Met signatuur van den notaris.

        • 160 1554 November 26

          De notaris Hermannus Proost instrumenteert, dat Pieter van Opmeer te Delft, op verzoek van heer Pouwels Cornelisz., priester, heeft beloofd om het klooster St. Barbara, onder verband van zijn huis met erf, te zullen schadeloos stellen voor de 42 carolusguldens, die dat klooster op zich genomen heeft jaarlijks uit te keeren aan Mr. Arnest Muylert, student te Leuven, op verzoek van genoemden Pouwels Cornelisz., te wiens behoeve deze afstand heeft gedaan van het rectoraat der Nieuwe kerk te Delft.

          Aldus gedaan tot Delft - ten tijde als boven (in den jaer na der geboerten Christions Salichmakers duysent vijffhondert vierenvijftich den sessentwintichsten dach der maent Novembris in die twaelfste indictie pausdoms ons alderheylichsten vaders in Gode en onsen heere Julius die derde Roomsche pauws van dien naem in zijn vijffde jaer regnerende ende impererende die hoochgeborenste ende duerluchtichste prinsche ende heere heere Carolo die vijffde Roomsche keyser van dien name etc.

          Oorspr. ( Inv. no. 105.2 ). Met signatuur van den notaris.

      • 232 1567 October 21

        Christiaen Adriaensz., pater, en Martina Yemantsdr., mater van St. Barbaren convent, verkopen aan Apollonia Maertijnsdr. een lijfrente van 3 gulden jaarlijks.

        Op den XXIen October anno XVC zeven ende tzestich.

        Oorspr. ( Inv. no. 106 ). Het conventszegel verloren.

        (reg. no. 232)

    • (reg. nos. 69 en 72)

      • 69 1537 Juli 18

        De notaris Baldewinus instrumenteert, dat Allardus Michaelsz., priester, vicaris van de kerk der Heilige Maagd en der 11000 maagden te Delff, wegens de groote schade door hem geleden bij den brand aldaar, aan Georgius de Egmonda, bisschop van Trajectum, verzocht heeft de vicarie op het altaar van St. Anna in de St. Ypolitus' kerk, door hem gesticht, op te heffen en zijn toestemming te geven, tot den verkoop van een perceel land in Schieveen, overgebleven na de uitgraving van de Zwetkae en door hem aan die vicarie toegewezen, alsmede tot de instelling van een eeuwigen dienst, bestaande uit twee missen wekelijks in de kapel van het klooster St. Barbara, waaraan hij toezegt 11 pond Hollandsch jaarlijks, te betalen door de inwoners van Schieveen voor de uitgraving der Zwetkae en tot nu toe door hem aan genoemde vicarie geschonken. De stichter behoudt zich gedurende zijn leven de vervulling van den dienst voor, waarvan na zijn dood het patronaatsrecht aan den confessor van het klooster komen zal.

        Acta fuerunt hec in oppido Leydensi in domo inhabitationis sepedicti domini Allardi Michaelis sub anno indictione mense die hora et pontificatu quibus supra (anno a nativitate eiusdem Domini millesimo quingentesimo tricesimo septimo indictione decima mensis vero Julii die decima octava hora quasi decima ante meridiem pontificatus sanctissimi Pauli divina providentia pape tertii anno tertio).

        a. Oorspr. ( Inv. no. 107.1 ). Met signatuur van den notaris.

        Hierdoor was gestoken een brief d.d. 1537 Augustus 22 (zie no. 72), welke is losgeraakt.

        b. Afschrift in Inv. no. 15 fo. LXXXIII.

      • 72 1537 Augustus 22

        Georgius de Egmont, bisschop van Trajectum, heft op verzoek van Alerdus Michaelsz., stichter en rector der vicarie van St. Anna in de kerk van St. Ypolitus te Delft, die vicarie op, geeft zijn toestemming tot den verkoop van een perceel land in Schieveen, die vicarie toebehoorende, om genoemden Alerdus in staat te stellen in zijn onderhoud te voorzien, en keurt de instelling van een eeuwigen dienst in de kapel van het klooster St. Barbara, bestaande in het opdragen van twee missen wekelijks, goed, alsook de toezegging van 11 pond Hollandsch jaarlijks daaraan gedaan, alles breeder vermeld in het instrument d.d. 1537 Juli 18, waardoor deze brief gestoken is (zie no. 69).

        Datum anno a nativitate Domini millesimo quingentesimo tricesimo septimo die vero vicesima secunda mensis Augusti.

        a. Oorspr. ( Inv. no. 107 ). Het zegel van den oorkonder verloren.

        b. Afschrift in Inv. no. 15 fo. LXXXIV verso.

    • 152 1551 Februari 27

      De notaris Quirinus Corneliusz. van Vlaerdinghen instrumenteert, dat Leonardus Ieman van Haemste, rector en possessor der vicarie op het altaar van St. Barbara in het klooster van dien naam, Volpardus Corneliusz. van Gouda, pastoor te Ouderscie, Thomas Persoels, vicaris van de kerk te Trajectum, en Cornelius Voirburch, procurator van de curie aldaar, heeft gemachtigd om zijn vicarie terug te geven in handen van den bisschop, van Trajectum, omdat hij een ander benificie heeft aangenomen.

      Acta sunt hec in domo habitationis sacerdotum conventus divine Barbare antedicte sub anno indictione die et pontifice prescriptis (anno a nativitate eiusdem Domini millesimo quingentesimo quinquagesimo primo indictione nona die vero vicesima septima mensis Februarii pontificatus sanctissimi in Christo patris et domini nostri domini Julii divina providentia pape tertii anno eius primo).

      Oorspr. op papier ( Inv. no. 108 ). Met signatuur van den notaris.

      (reg. no. 152)

    • Mr. Jan Jansz. was priester van het St. Barbaraconvent. Voorheen collectie Verspreide Charters nr. 92.