Terug naar zoekresultaten

2.05.94 Inventaris van het archief van het Nederlandse Gezantschap, het consulaat en het consulaat-generaal te Constantinopel/Istanboel (Turkije), (1817) 1872-1954 (1955)

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.05.94
Inventaris van het archief van het Nederlandse Gezantschap, het consulaat en het consulaat-generaal te Constantinopel/Istanboel (Turkije), (1817) 1872-1954 (1955)

Auteur

G.J. Lasee, G.P. de Vries

Versie

04-07-2021

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2004 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Gezantschap, Consulaat, Consulaat-generaal te Constantinopel / Istanboel (Turkije)
Consulaat Constantinopel / Istanboel

Periodisering

archiefvorming: 1872-1954
oudste stuk - jongste stuk: 1817-1955

Archiefbloknummer

Z21

Omvang

; 745 inventarisnummer(s) 27,00 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Secretariaat Gezantschap te Turkije Kanselarij van het Gezantschap te Turkije Consulaat te Constantinopel Consulaat-Generaal te Constantinopel

Samenvatting van de inhoud van het archief

Naast de gebruikelijke werkzaamheden zoals het bevorderen van de Nederlandse handel, scheepvaart en landbouw, behartigde het gezantschap ook de belangen van Nederlandse onderdanen en schepen alsmede een breed spectrum van politieke, economische en juridische aangelegenheden zoals bescherming van Nederlanders tijdens het Turks-Russische conflict, het vervoer van pelgrims uit Nederlands-Indië naar Arabië en sanitaire maatregelen vanwege besmettelijke ziekten.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Gedurende de periode tot en met 1873 werden de Nederlands-Turkse verhoudingen bepaald door de capitulaties (privileges) verleend door de sultan en het in 1862 vernieuwde handels- en scheepvaartverdrag. De consulaire ambtenaren hadden dikwijls een ondersteunende taak bij de consulaire rechtspraak in het Turkse Rijk. Vrijwel altijd waren de consulaire ambtenaren van de legatie drogman (tolk). De functie van tolk groeide echter boven dat niveau uit en was veel zelfstandiger.
Krachtens de capitulaties genoten Nederlanders in Turkije het recht van exterritorialiteit. Een belangrijk uitvloeisel daarvan was de rechtsmacht, door de chef de poste of consul over hen uitgeoefend. Met Nederlanders zijn bedoeld de Nederlandse onderdanen en de onder de bescherming van Nederland staande niet-Nederlanders. In de jaren zestig van de 19e eeuw werd de protectie sterk beperkt. De bekendste consulaire rechtbanken waren die te Constantinopel, Smyrna en Alexandrië (Egypte).
Het ressort van het gezantschap te Constantinopel omvatte het gehele Turkse Rijk, dat in deze periode nogal aan verandering onderhevig was.In dit rijk bevonden zich de volgende (vice) consulaten:
In Europa (1873): Bottochan, Doroky en Soutchava, Boekarest, Dardanellen, Galatz, Gallipoli, Giurgewo, Ibraïla, Lemnos, Rodosto, Roustouck, Salonika, Serres, Sulina, Toultcha en Varna.
In Azië: Aivaly (tevens voor Metelin), Aleppo, Beyrouth, Caïffa en Acre, Canea (voor het eiland Candia), Cassos en Scarpantos, Chesmè (Tjesme) en Scio (Chio), Cyprus, Damascus, Djeddah, Lattaquia, Limasol, Rhodos, Saïda, Samos en Scalanova, Smyrna, Sour, Stanchio, Trebisonde en Tripoli in Syrië.
In 1903 werden er veel wijzigingen doorgevoerd en vielen de volgende consulaten onder gezag van het gezantschap:
Aleppo, Alexandrette, Beyrouth, Caïffa en Acre, Damascus, Dardanellen, Djeddah, Gallipoli, Jaffa, Jeruzalem, Lattaquia, Mersina (Tarsus), Metelin, Rhodos, Saïda, Salonica, Smyrna, Trebisonde, Tripoli in Barbarije, Tripoli in Syrië, Varna en Vathy.
Twintig jaar later (1923) ressorteerden de volgende consulaten onder het consulaat Constantinopel: Aleppo, Alexandrette, Beyrouth, Canek-Kalesi (a/d Dardanellen), Damascus, Haifa, Jaffa, Jeruzalem, Mersina, Metelin, Smyrna, Trebizonde, Tripolis in Syrië, en Vathy.
Men dient er bij de laatste opsomming van consulaten rekening mee te houden dat bijvoorbeeld het consulaat Metelin ressorteert onder Smyrna en Jeruzalem onder Beyrouth.
In 1940 was het ressort Constantinopel teruggebracht tot Canak-Kalesi (a/d Dardanellen), Izmir (Smyrna), Mersina (Tarsus) en Trabzon (Trebizonde).
In de periode 1873-1940 werd de Nederlandse legatie te Constantinopel geleid door de volgende chefs-de poste:
1873-1879 Jhr. mr. M.I.L.J.H.A. Heldewier, minister-resident
1880-1882 mr. L.A.H. baron van Ittersum, minister-resident
1883-1884 Jhr. mr. R.A.A.E. Von Pestel, minister-resident
1885-1894 Jhr. mr. D.A.W. van Tets van Goudriaan, gezant
1895-1900 Jhr. mr. O.D. van der Staal van Piershil, gezant
1901-1904 mr. W.F.H. Von Weckherlin, gezant
1905-1908 mr. D. graaf van Bylandt, gezant (sedert 1908 tevens geaccrediteerd bij het Bulgaarse Hof)
1909-1920 Jhr. mr. P.J.F.M. van der Does de Willebois, gezant
1921-1931 mr. W.B.R. van Welderen, baron Rengers, gezant
1932-1933 mr. J.D. von Ketwich Verschuer, gezant
1934-1938 mr. B. Ph. baron van Harinxma thoe Sloten, tijdelijk zaakgelastigde
1938-1944 Dr. Ph.C. Visser, gezant
De kanselarij van het gezantschap, sedert 1941 zelfstandig consulaat te Istanboel, werd in de periode 1872 tot en met 1954 geleid door de volgende personen:
1868-1880 R.J. Keun, directeur consulaire zaken
1881-1885 W.A Travers, consul-generaal
1886-1893 G.H. Keun, directeur consulaire zaken
1893-1906 mr. T.J.J. van Uije Pieterse, kanselier en consul
1906-1908 mr. K.W.A. Beukema, waarnemend kanselier en consul
1910-1913 mr. A.M. de Kock, waarnemend consul
1914-1946 mr. A.M. de Kock, consul en sedert 1936 consul-generaal
1947-1954 D.J.E. graaf de Hochepied, consul-generaal
Hoewel vanaf 1923 formeel Ankara als standplaats gold voor de Nederlandse gezant in Turkije, was het gezantschap en de Nederlandse gezant tot en met 1940 in Istanboel gehuisvest. Vanaf 1931 tot en met 1934 was de gezantschapssecretaris aanwezig in Ankara om de komst van de gezant voor te bereiden. Het bleek echter niet makkelijk om geschikte woon- en kantoor-ruimte te vinden voor de gezant en het gezantschap. Bovendien was de animo bij de gezant (hij vond Ankara maar een dorre woestijnstad zonder zijn geliefde rozentuinen) en het personeel niet erg groot om te vertrekken naar het provinciale Ankara. Toen geleidelijk alle Turkse regeringsinstanties waren overgebracht naar de nieuwe hoofdstad verhoogde de Turkse regering de druk op de buitenlandse vertegenwoordigers om hun legaties te verplaatsen. Tussen 1935 en 1940 was de Nederlandse gezant veelal alleen in de koelere jaargetijden in Ankara aanwezig.
Het gezantschapsarchief uit de periode 1935-1940 werd dan ook grotendeels te Istanboel gevormd. In 1941 werd het Nederlandse gezantschap defintief in Ankara gevestigd; in Istanboel bleef een consulaat.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het archief 1872-1954 vormt een vervolg op het archief 1850-1872 dat in 1972 door A.P. van Nienes werd geïnventariseerd. Helaas overlappen de twee gedeelten elkaar, aangezien er in deze inventaris ook stukken van vóór 1872 staan beschreven.
Hiaten in het archief werden met name geconstateerd bij de secretariaats-agenda's in de periode 1872-1874, 1941-1943 en de kanselarij-agenda's van 1935-1940. Voorts werd tijdens de inventarisatie duidelijk dat er weinig materiaal overgebleven was van het kanselarij (= consulaats) archief van het gezantschap en dat het niet altijd mogelijk bleek vast te stellen of dossiers onder de competentie van de kanselarij vielen of het secretariaat. Toch is besloten om de tweedeling van secretariaats- en kanselarij-archief die Nienes in zijn inventaris hanteert aan te houden omdat de kanselarij voor het grootste gedeelte van de periode zelfstandig archief vormde. Het archief 1872-1954 werd in 1962 en 1968 in gedeelten aan het departement te 's-Gravenhage gezonden
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Verantwoording van de bewerking
Schoning van het archief heeft diverse malen plaats gevonden, nl. op de post en bij de inventarisatie in 1991. Vóór de inventarisatie in 1991 had het archief een omvang van 363 dozen (ca. 40 meter). Na inventarisatie bedraagt de omvang van het archief 195 dozen (ca. 22 meter).
Ordening van het archief
Vóór 1882 was niet duidelijk welke archiefordening door het gezantschap (zowel secretariaat als kanselarij) werd gehanteerd en is gekozen voor dezelfde indeling (zonder code) als gebruikt door het secretariaat tot 1940; wel zijn aparte archief-gedeelten hiervoor aangehouden. In de periode 1881-1900 vormden secretariaat en kanselarij één archief.
Vanaf 1900 tot 1940 voerden secretariaat en kanselarij weer ieder een aparte administratie. Het kanselarij-archief had echter geen rubrieksordening. Om toch enige éénduidigheid in het archief te verkrijgen en de toegankelijkheid te vergroten is voor het kanselarij-archief in de periode 1872-1881 en 1900-1940 dezelfde ordening aangehouden als voor het secretariaatsarchief. De ordening van het secretariaatsarchief bestaat uit een rubriekenstelsel van een lettercode met romeinse cijfers en tot en met 1899 een chronologische serie van ingekomen en uitgaande stukken. Sommige dossiers en stukken waren niet voorzien van een code en zijn naar inzicht van de inventarisatoren ingedeeld.
De nieuwe standplaats van het Nederlandse gezantschap in 1923 had zowel voor de behuizing als voor archiefordening tot de Tweede Wereldoorlog geen consequenties. Pas tijdens de Tweede Wereldoorlog verliet het consulaat Istanboel de oude code en ging over op een decimale code. Dit laatste werd vertaald in een eigen archiefgedeelte voor de periode 1941-1954

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Deels openbaar, deels beperkt openbaar (A).
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Gezantschap, Consulaat, Consulaat-generaal te Constantinopel / Istanboel (Turkije), nummer toegang 2.05.94, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Consulaat Constantinopel / Istanboel, 2.05.94, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
Zie voorafgaande archieven van Nederlands Gezantschap in Turkije, 1814-1872 (nummer toegamg 2.05.12)

Archiefbestanddelen