2.21.168 Inventaris van het archief van de familie van Beeck Vollenhoven, (1543) 1624-1949 (1966)

van:
J.C. Broeckloff, 1785. (1 stuk);
David en Michiel Slagregen, 1784. (1 stuk);
Hendrik Cornelis Vollenhoven, 1823. (1 stuk);
Jacob van Beeck Vollenhoven (uit San Sebastiaan en Madrid), 1802-1803 (4 stukken);
N.N., 1793 (1 stuk);
en van Mr. Hendrik Vollenhoven aan J. van Borgharen, 1816. (1 stuk).

Vgl. inv. nr. 534.

Vgl. inv. nr. 290.

van:
Catharina Johanna van Beeck, 1797, 1812. (2 stukken);
J.C,M. Briôul (?), avocat de la Légion d'Honneur, 1811. (1 stuk);
Jhr. Mr. H.J. Caan, 1846. (1 stuk);
Cuvillier, chef du sécretariat van Napoleon 1, 1813. (1 stuk);
D. Dylius, 1806-1813. (3 stukken);
Fabre de l'Aude, procureur général du conseil du Sceau des Titres, 1812 en z.j. (4 stukken);
Gérardin, sécretaire du Conseil d'Etat, 1813. (2 stukken);
Le Grave (?), 1812 en z.j. (2 stukken);
A.J. van Lennep, écuyer van Napoleon 1, 1813. (1 stuk);
F. Monet, 1814. (2 stukken);
Hertog van Plaisance, 1810-1814. (8 stukken);
Requies, comte de Gronous, sécretaire-général du conseil du Sceau des Titres, 1812. (1 stuk);
Van der Spijk, 1798. (1 stuk);
Pieter Christiaan Stadnitski, 1849. (1 stuk);
C.J. Vaillant, 1844. (1 stuk);
F. van der Veen, kostschoolhouder te Wassenaar, 1829. (1 stuk);
Mr. Hendrik Vollenhoven, zijn vader, 1798-1813. (10 stukken);
Hendrik Vollenhoven, zijn broer, 1812-1813. (8 stukken);
Mr. Hendrik Vollenhoven, zijn zoon, 1828-1844. (11 stukken);
Dr. Isebrandus Johannes Vollenhoven, 1825. (1 stuk);
Johannes Vollenhoven, 1814. (1 stuk);
Willem I (namens deze), 1816. (1 stuk);
Achate N., 1849. (1 stuk);
Jean N., 1812. (1 stuk);
N.N. (uit Wilna), 1812. (1 stuk) en N.N. (uit Parijs), 1813, 1817. (2 stukken).

van:
F.H.A. Beelaerts van Blokland;
S.D. Wyckerheld Bisdom;
Brants,
Van Doornwijk,
prins Frederik der Nederlanden,
C.J. van Halmael,
prins Hendrik der Nederlanden (namens deze),
H.P. van Heukelom,
C.W. von der Leyen,
F.H. van Notten. Op den Hooff,
David Ragay,
M.C.M. van der Vliet-Uitenhage de Mist,
Jacob van Beeck Vollenhoven,
Jeronimo de Vries,
Willem II (namens deze) en
Willem, prins van Oranje (de latere koning Willem III) (namens deze).

van:
W.H. Aedriens;
S.D. Wyckerheld Bisdom;
W. Caal;
prins Frederik der Nederlanden,
C.J. van Halmael. F.H.J. Heshuijsen-Pauli,
H.P. van Heukelom,
J.W. Holtrop,
C.W. von der Leyen,
F.H. van Notten. A. baron Schimmelpenninck van der Oye,
A.A. Stuart,
D. Veegens,
B. van der Vliet,
J. van der Vliet,
W. van der Vliet en L.C.E. van der Vliet-von Hemert,
M.C.M. van der Vliet-Uitenhage de Mist,
D.M. Vollenhoven en A. Vollenhoven-Boonen,
P.C. Vollenhoven-ten Cate,
Jacob van Beeck Vollenhoven,
J. van Vollenhoven, Jeronimo de Vries,
Willem III (namens deze),
G. Withuys en
N.N.

van:
P.N. Arntzenius,
S.D. Wyckerheld Bisdom,
J. van Borcharen,
J. van Hoorn van Burgh,
J.M. de Kempenaer,
D.W. Hora Siccama,
A. baron Schimmelpenninck van der Oye,
P.C. Vollenhoven-ten Cate en
Jeronimo de Vries.

Het verband met de overige stukken, betrekking hebbende op Mr. Cornelis Vollenhoven, is niet duidelijk.

van:

Alexander, 1842. (2 stukken);

Jhr. V. Baud, 1882. (1 stuk);

C. Bax, 1834-1857 en z.j. (9 stukken);

A.P. Boer-Vollenhoven, 1887. (2 stukken);

S. Bonga,scribavan de kerkeraad der Remonstrante Gemeente te Rotterdam, 1842. (1 stuk);

P.A. Brugmans, 1842 (2 stukken);

B., 1887. (1 stuk);

M.F.T.E. Campbell, bibliothecaris bij de Koninklijke Bibliotheek te 's-Gravenhage, 1881-1887. (7 stukken); Hierbij twee afschriften van het verslag van het Koninklijk Nederlands Instituut en van de Algemeene Konst- en Letterbode van 1825 betreffende het overlijden van Dr. Isebrandus Johannes Vollenhoven.

C.D. Crommelin, 1858. (1 stuk);

A.H. Hartman Drabbe, 1839. (1 stuk);

C.M. Francken, 1882. (1 stuk); Hierbij een boek van diens hand getiteld "Ciceronis Oratio pro Caelio", 1880.

prins Frederik der Nederlanden, 1842. (1 stuk);

J. Geel,1839-1842. (3 stukken);

Geertsema, 1874. (1 stuk);

L.A. Gleichman, 1882. (1 stuk);

Mr. G.Groen van Prinsterer, 1846. (1 stuk);

Cornets de Groot, 1842. (1 stuk);

A. de Haay, 1882. (1 stuk);

M.C. van Hall, 1848. (1 stuk);

A.des Amorie van der Hoeven, 1844. (1 stuk);

J.W. Holtrop, 1842. (1 stuk);

G. van Hut-Koning, 1844. (1 stuk);

A. Ising, 1881. (1 stuk);

C.W. Ising, 1882. (1 stuk);

Mr. H. Jacobi, 1882. (1 stuk);

Prof. Th. Jorissen, 1887. (1 stuk);

Van Kinschot, z.j. (2 stukken); Hierbij aantekeningen betreffende het geslacht De Chantraines dit Broucsaulx; Krudop van Ruwiel, 1844. (1 stuk);

G. van Leeuwen, 1844. (5 stukken);

C.W. von der Leyen, 1850. (1 stuk); Op een gedrukte overlijdingsaankondiging van zijn echtgenote.

Van Maanen, 1841. (2 stukken);

Nolthenius de Man, 1841-1842 en z.j. (5 stukken);

Van Mansvelt, 1841, (2 stukken);

J.Z. Mazel, 1844. (1 stuk);

Frederik Muller, 1843-1844. (2 stukken);

Samuel Muller, 1863. (1 stuk);

M. Nijhoff, uitgever te 's-Gravenhage, 1881-1882. (4 stukken).

J.W.G. Losecaat van Nouhuys, 1847. (1 stuk);

P. Hofman Peerlkamp, 1855 en z.j. (2 stukken);

M. Plemp, 1858. (1 stuk);

V.S. d. Q, 1882. (1 stuk);

Jhr. Mr. A.G.A. van Rappard, 1857, 1864. (2 stukken);

F.A. van Rappard, 1841-1857. (4 stukken);

Van Reesema, 1881-1882. (4 stukken);

W.N. de Rieu, bibliothecaris van de Universiteitsbibliotheek te Leiden. 1882-1887. (3 stukken);

Royer of Van Royen, bibliothecaris van de Universiteitsbibliotheek te Amsterdam, 1882, 1887. (4 stukken);

A.D. Schinkel, 1838-1843 en z.j. (4 stukken); Hierbij concept-brieven aan de geadresseerde.

H. Six, 1847. (1 stuk).

A. Stolker-Muijs, 1845. (1 stuk); Hierbij een bijlage, (1 stuk).

A.A. Stuart, scriba van de kerkeraad der Remonstrante Gemeente te Amsterdam, 1841-1842. (3 stukken);

H.N. van Teutem, 1841. (1 stuk);

Prof. Mr. H.W. Tydeman, 1841-1857.(21 stukken); Hierbij concept-brieven van de geadresseerde en een bijlage.

J.W. Tydeman, 1863. (1 stuk);

Mr. J. Nanninga Uitterdijk, 1881. (1 stuk);

W. van der Veen-de Bock, 1848. (1 stuk);

H.C. Vollenhoven, 1836-1840. ( 6 stukken); Een brief van 1837 handelt over familiestukken bij de familie Van Riemsdijk.

Snellen van Vollenhoven, z.j. (1 stuk);

G.W. Vreede, 1842. (1 stuk);

Jeronimo de Vries, 1842-1843. (9 stukken);

Willem I Frederik (namens deze), 1842. (1 stuk);

Willem II (namens deze), 1842. (1 stuk).

Willem, prins van Oranje (de latere koning Willem III) (namens deze) 1842. (1 stuk);

de directeur-generaal van het Middelbaar Onderwijs in België, 1882. (1 stuk);

de executeurs-testamentair van W.van der Veen-de Bock, 1858. (1 stuk);

A.N. ten (N.N.), 1882. (1 stuk);

N.N., 1843. (1 stuk) en

N.N., 1882. (1 stuk).

later toegevoegd:

jhr. W.A. Baud, 21 mei 1836, (1 stuk):

J. Brester, 1884 (3 stukken);

J. Kneppelhout, 1836-1840 en z.j. (26 stukken) en

S.C. Snellen van Vollenhoven, 1835-1839 en z.j. (18 stukken).

van/aan:
H. Wiardi Beckman, ministervan Hervormde Eredienst, aan Jhr. Mr.A.G. A. van Rappard, minister van Binnenlandse Zaken, 1875. (1 stuk met bijlagen);
G.H. Brocx, referendaris bij het Ministerie van Justitie, 1857, (1 stuk);
J.J.L. van der Brugghen, minister van Justitie, met concept-antwoorden, 1857. (3 stukken);
Idem aan Jhr. Mr. A.G.A. van Rappard, minister van Hervormde Eredienst en Binnenlandse Zaken, 1856-1857, met bijlagen. (3 stukken);
Mr. C. de Constant Rebecque, referendaris van de Raad van State, aan Jhr. Mr. A.G.A. van Rappard, minister van Binnenlandse Zaken, 1857, met bijlagen. (1 stuk);
D. Donker Curtius, (1857), met bijlagen. (1 stuk);
P.K Görlitz, 1852-1856, met bijlagen. (7 stukken);
P. Hofstede de Groot, 1854, 1856. (5 stukken);
P.F. Hubrecht, secretaris-generaal van het ministerie van Binnenlandse Zaken, 1879, met bijlagen. (1 stuk);
J.H. Kroon, 1856. (1 stuk);
D.G. Muller, secretaris-generaal van het ministerie van Marine, 1857. (1 stuk);
Jhr. W. Quarles van Ufford, referendaris bij de Raad van State, aan Jhr. Mr. A.G.A. van Rappard, minister van Binnenlandse Zaken, 1857. (1 stuk);
Jhr. Mr. A.G.A. van Rappard, minister van Binnenlandse Zaken, met twee nota's en 1 bijlage (brief van B. Schreuders), 1857 (15 stukken);
Id. aan zijn ambtgenoten, 1857. (1 stuk);
Id. aan zijn secretaris-generaal (nota), 1857. (1 stuk);
G.C.J. van Reenen, minister van Binnenlandse Zaken, 1854. (1 stuk);
J.W. van Romunde, minister van Rooms-Katholieke Eredienst, aan Jhr. Mr. A.G.A. van Rappard, 1857, met bijlagen. (1 stuk);
G. Simons, minister van Binnenlandse Zaken, 1856-1857. (2 stukken);
D. Veegens, 1856. (1 stuk) en C.G. Withuys, directeur Algemene Landsdrukkerij, 1857. (2 stukken).