Terug naar zoekresultaten

2.08.74 Inventaris van het archief van de Afdeling Kabinet van het Ministerie van Financiën, 1940-1960

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.08.74
Inventaris van het archief van de Afdeling Kabinet van het Ministerie van Financiën, 1940-1960

Auteur

CAS 707

Versie

10-01-2023

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2005 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Ministerie van Financiën: Afdeling Kabinet
Financiën / Kabinet, 1940-1960

Periodisering

archiefvorming: 1940-1960
oudste stuk - jongste stuk: 1940-1964

Archiefbloknummer

F7

Omvang

; 156 inventarisnummer(s) 7,50 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Ministerie van Financiën / Afdeling Kabinet

Samenvatting van de inhoud van het archief

De Afdeling Kabinet van het Ministerie van Financiën (1942-1945) behandelde zaken van algemene aard, personeelszaken, ingekomen poststukken en beheerde de bibliotheek. Tijdens de bezetting, van 1943 tot 1945, werd het departement overgebracht naar Deventer. In 1945 werd de naam veranderd in Kabinet en Personeel. De Afdeling Kabinet en Personeel (1945-65) wordt onderverdeeld in twee bureaus, te weten: Het Bureau Kabinet, waar men het geheim archief, de geheime index en de ingekomen stukken beheerde; en het Bureau Personeel, waar de behandeling van alle personeelsaangelegenheden van het ministerie plaatsvond.
Het archief bevat stukken betreffende o.a. organisatie, personele aangelegenheden, taakuitvoering en verder nog o.a. verbalen en circulaires.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Algemeen
Het Ministerie van Financiën is belast met vele taken op het terrein van de staatsfinanciën en met enkele op het terrein van provinciale en gemeentelijke financiën. Ook het toezicht op het bank- en verzekeringswezen is aan dit departement toebedeeld. De minister van Financiën is verantwoordelijk voor het monetaire beleid; de uitvoering hiervan berust bij de Nederlandse Bank. De volgende afdelingen zijn belast geweest met de uitvoering en administratie van zaken met een geheim karakter, waaronder de zorg voor het geheim archief:
  • Departement van Financiën, Afdeling Kabinet en Secretarie (1940-1942)
  • Departement van Financiën, Afdeling Kabinet (1942-1945)
  • Ministerie van Financiën, Afdeling Kabinet en Personeel (1945-1965)
Deze afdelingen ressorteerden rechtstreeks onder de secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën. De Afdeling Kabinet en secretarie (1940-1942) was onderverdeeld in:
  • Bureau Kabinet, waar men het geheim archief, geheime index en ingekomen stukken beheerde.
  • Bureau Index en Archief, hieronder vielen de algemene index en het algemeen departementsarchief.
  • Bureau Secretarie en Expeditie, waar men het type- en expeditiewerk deed en het beheer en verantwoording der zegel-, registratie-, legalisatie- en copiegelden had.
Op 6 maart 1942 werd besloten, bij circulaire nr. 235, om de Afdeling Kabinet en Secretarie op te splitsen in vier onderafdelingen: Algemeen Secretariaat, Kabinet, Ambtenarenzaken en Vertalingen. De Afdeling Kabinet (1942-1945) behandelde zaken van algemene aard, personeelszaken, ingekomen poststukken en beheerde de bibliotheek. In 1945 werd de naam weer veranderd in Kabinet en Personeel. De Afdeling Kabinet en Personeel (1945-1965) is nu onderverdeeld in twee bureaus:
  • Bureau Kabinet. Waar men het geheim archief, de geheime index en de ingekomen stukken beheerde.
  • Bureau Personeel. Waar de behandeling van alle personeelsaangelegenheden van het ministerie plaatsvond.
Tijdens de oorlogsperiode 1940-1945
Op vrijdag 10 mei werd Nederland door Duitse legers overvallen. De toenmalige minister-president Jhr. Mr. D.J. de Geer (tevens minister van Financiën) weigerde aanvankelijk de toestand onder ogen te zien, maar in de loop van de dag stemde hij ermee in dat via een radioverbinding met Engeland onder andere werd afgesproken dat het goud van de Nederlandse Bank naar Engeland zou gaan. Op 12 en 13 mei vluchtten de ministers op twee na, richting Engeland.
Het departement van Financiën werd nu geleid door de waarnemend secretaris-generaal de heer B.J. de Leeuw. Op initiatief van één der achtergebleven ministers werd een bijeenkomst belegd met de nu hoogste functionarissen op de departementen. Ook was hierbij aanwezig de bevelhebber van de Nederlandse strijdkrachten, generaal Winkelman. Tijdens deze bijeenkomst werd het regeringsgezag in Nederland vrij informeel overgedragen aan Winkelman. Op 15 mei capituleerde Nederland. De hoogste autoriteit was nu de Reichskommissar Seys-Inquart, die generaal Winkelman op 3 juni 1940 van alle bevoegdheden onthief. Het departement van Financiën werd nu geleid door twee waarnemend secretarissen-generaal: B.J. de Leeuw en de directeur-generaal der Belastingen H. Postma. Als secretaris-generaal werd benoemd de directeur van de Nederlandse Bank, mr. L.J.A. Trip. Al vrij spoedig had Trip grote moeite met de manier waarop de Duitsers met het geld omsprongen. Tevens ontdekte hij dat van de Duitse schuld aan Nederland een half miljard werd weggestreept, terwijl bovendien in april 1941 de deviezengrens met Duitsland zou worden opgeheven. Hij kon dit niet langer meer aanzien en trad op 20 maart 1941af. Hij werd opgevolgd door mr. M.M. Rost van Tonningen, die tevens president van de Nederlandse Bank werd.
Al in 1942 werden landingen van de Engelsen en Amerikanen aan de Nederlandse kust verwacht. Seys-Inquart besloot dit niet verder af te wachten en regelde een verhuizing van de bestuurscentra naar het oosten. Het Ministerie van Financiën ging in januari 1943 naar Deventer.
In september 1944 begon het er slecht uit te zien voor de bezetters en hun handlangers. Op 5 september 1944 (dolle dinsdag) vluchtten velen richting Duitsland. Ook Rost van Tonningen vertrok. Op dezelfde dag vergaderde in Den Haag een College van Vertrouwensmannen, die door de regering in Londen was samengesteld, over de toekomstige leiding der departementen. Mr. H. Albarda werd voor Financiën als gemachtigde aangesteld. Dit besluit werd in oktober 1944 door de regering goedgekeurd. Een maand later op 23 november 1944 ontsloeg de regering in Londen mr. Rost van Tonningen. Niet dat dat iets uitmaakte op dat moment. Op 4 april 1945 ontvingen de ambtenaren van Financiën een afschrift van een schriftelijke machtiging, waarin majoor mr. A.W.R. Mackay alle leidende bevoegdheden kreeg vanaf het moment waarop Deventer en/of Den Haag zouden zijn bevrijd. Op 16 april 1945 werd Rost van Tonningen opnieuw ontslagen.
Na de Duitse capitulatie, op zaterdag 5 mei 1945, gingen alle departementshoofden zich bezighouden met staking en schorsing van foute ambtenaren.
Op 9 mei verscheen een overzicht van de taakverdeling op het departement in Den Haag en werd tevens mr. Trip weer aangesteld als president van de Nederlandse Bank.
Het ministerie werd op 22 juni 1945 officieel gereorganiseerd. Als minister van Financiën werd aangesteld prof. Mr. P. Lieftinck.
Gebruikte literatuur
Klein-Fresen, J.E., Literatuurrapport Het departement van Financiën, (1936) 1940-1975 ; Winschoten, oktober 1968. Nijholt, L.J.J.G., Researchrapport ten behoeve van de bewerking van het verbaalarchief van het Ministerie van Financiën, 10 mei 1940 – augustus 1975 ; Den Haag, 8 augustus 1986.
Geschiedenis van het archiefbeheer
De verwerving van het archief
Overbrenging van een overheidsarchief

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Het kabinetsarchief bevat informatie over geheime en vertrouwelijke stukken.
Selectie en vernietiging
De omvang van dit bestand bedraagt 8,5 meter. Uit dit archief is niet geselecteerd, behoudens stukken van de ministerraad, 1950-1962. Het motief hiervoor is dat deze stukken vanaf 1950 compleet aanwezig zijn in het archief van de ministerraad dat zich in het Nationaal Archief bevindt.
Verantwoording van de bewerking
Het bestand bestaat uit drie gedeelten die elkaar overlappen. Het eerste gedeelte (1940-1949) is geordend als verbaalarchief, hetgeen inhoudt dat de stukken chronologisch en op nummer zijn geordend.
Een gedeelte van dit verbaalarchief, van 1943-1945, is in Deventer gevormd.
Het tweede gedeelte bestaat uit circulaires, afkomstig van de Generale Thesaurie. Ook van dit bestand is een gedeelte in Deventer gevormd.
Het derde gedeelte bestaat uit stukken betreffende de ministerraad.
De begincesuur (10 mei 1940) vindt zijn reden in het feit, dat het verbaalarchief van voor die datum is overgedragen aan het Algemeen Rijksarchief.
De eindcesuur (1949) bevatten de laatste stukken van het verbaalarchief.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Financiën: Afdeling Kabinet, nummer toegang 2.08.74, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Financiën / Kabinet, 1940-1960, 2.08.74, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar

Archiefbestanddelen