Terug naar zoekresultaten

2.21.205.16 Inventaris van het archief van M.I. Duparc [levensjaren 1870-1925], 1914-1925

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.21.205.16
Inventaris van het archief van M.I. Duparc [levensjaren 1870-1925], 1914-1925

Auteur

S.F.M. Plantinga

Versie

16-01-2024

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1988 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Collectie 517 M.I. Duparc
Duparc

Periodisering

oudste stuk - jongste stuk: 1914-1925

Archiefbloknummer

C24475

Omvang

135 inventarisnummer(s); 0,20 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

De originelen bevinden zich in

In particulier bezit

Archiefvormers

Duparc, Mozes Isaac (1870-1925)

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief van Mozes Isaac Duparc bestaat uit fotokopieën van bij hem tussen 1914 en 1925 ingekomen brieven uit hoofde van zijn functie bij de Afdeling Kunsten en Wetenschappen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De brieven bespreken culturele onderwerpen, kenmerken zich door een informele toon en zijn afkomstig van prominente figuren uit de kunst- en cultuurwereld van die tijd: er zijn onder andere kopieën van brieven aanwezig van August Allebé, Louis Couperus, Antonius Johannes Derkinderen, Robert Fruin, Johan Huizinga, Willem Kloos en Samuel Muller Fzn.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Mozes Isaac Duparc werd geboren op 2 april 1870 te Leeuwarden als zoon van Alexander Moses Duparc, handelaar in effecten, en Henrietta Cohen. Zijn moeder overleed op de dag van zijn geboorte; zijn vader verhuisde in augustus 1870 naar Londen en woonde later in Frankfurt, waar hij op 28 oktober 1875 overleed.
Duparc groeide op in het gezin van mr Salomon Jozef Cohen, een broer van zijn moeder. Mr S.J. Cohen was van 1867 tot 1900 leraar aan de Rijks H.B.S. te Leeuwarden en tevens advokaat aldaar. Hij speelde een belangrijke rol in het leven van de joodse gemeente van Leeuwarden. Zo was hij van 1884 tot 1900 voorzitter van de kerkeraad. Hij toonde begrip voor de chassidische beweging en had een positieve belangstelling voor de heroprichting van een joodse natie. Cohen stimuleerde zijn neef Mozes Isaac tot de studie van de klassieke talen en het hebreeuws.
Duparc werd op 15 juli 1882 ingeschreven als leerling van het Stedelijk Gymnasium te Leeuwarden; hij behaalde het diploma op 3 juli 1888. Op 24 september 1888 werd hij ingeschreven als student klassieke talen aan de Rijksuniversiteit te Leiden. Hij slaagde voor het candidaatsexamen in 1891. Het naar eigen zeggen onverdraaglijke antisemitisme van zijn hoogleraar prof. dr J.J. Hartman verhinderde hem af te studeren. In 1895 ving hij aan met de rechtenstudie op advies van het Tweede Kamerlid H. Goeman Borgesius, wiens kinderen hij les gaf. Tot aan zijn overlijden zou hij bijlessen grieks en latijn geven. Op 2 november 1898 promoveerde hij aan de Rijksuniversiteit te Leiden op stellingen tot doctor in de rechtswetenschap. Het proefschrift was opgedragen aan zijn pleegouders.
Bij de Afdeling Kunsten en Wetenschappen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken bestond eind 1898 al meer dan een jaar een vacature. Op voorspraak van de toenmalige minister, H. Goeman Borgesius, werd Duparc door de chef van die Afdeling, jhr mr Victor de Stuers aangenomen; in een nota aan de minister schreef De Stuers, dat "het met den heer Duparc te wagen is. Hij zal op het gebied der geschiedenis veel bij te pleisteren hebben, maar hij schijnt mij zeer intelligent en ijverig". Met ingang van 1 januari 1899 werd Duparc benoemd tot adjunct-commies bij de Afdeling Kunsten en Wetenschappen (KB 30-12-1898, nr. 33).
Er volgde daar een gestage carrière: commies (KB 24-5-1905, nr. 29), hoofdcommies (KB 27-12-1907, nr. 59), en referendaris (KB 29-1-1914, nr. 79). Per 1 juni 1916 verliet de chef van de Afdeling, ir J.A. Royer, de rijksdienst wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Duparc volgde hem op.
De Afdeling Kunsten en Wetenschappen ging op 25 september 1918 over naar het nieuw gevormde Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. Daar volgde de benoeming van Duparc tot administrateur (KB 4-2-1919, nr. 22).
Duparc trouwde te 's-Gravenhage op 14 april 1904 met Caroline Simons. Uit dit huwelijk werden twee kinderen geboren, waaronder een jong gestorven zoon. De andere, oudste, zoon was Frederic Jules Duparc, de latere raadadviseur voor Culturele Zaken bij het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en auteur van de Archiefwet 1962. In diens boek "Een Eeuw strijd voor Nederlands Cultureel Erfgoed" wordt het ambtelijk leven van M.I. Duparc beschreven.
Bij beschikking van de Arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage van 17 november 1921 liet Duparc zijn voornamen wijzigen in Maurits Izak. Duparc overleed plotseling op 25 mei 1925 te Parijs, toen hij daar aanwezig was ter gelegenheid van de Exposition Internationale des arts décoratifs et industriels modernes, een tentoonstelling waar hij een werkzaam aandeel in had gehad.
Voor zijn verdiensten was hij benoemd tot ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, ridder in de Orde van de Kroon van België en commandeur in de Orde van het Legioen van Eer van Frankrijk.
Hij werd later gekarakteriseerd als iemand, "die een principiële verdraagzaamheid cultiveerde en een absoluut respect toonde voor de ander, los van iedere ideologie".
In de NRC van 9 juni 1925 werd hij herdacht door dr H.E. van Gelder: "Men heeft toen (in 1916) tenslotte geen 'nieuwen De Stuers' gekregen, maar een departementsambtenaar met buitengewone gaven van verstand en hart, die belangstelling had voor de aan zijn toezicht en zorg toevertrouwde levende zaken, die met al de toewijding waarover hij kon beschikken de bevordering der belangen van de vaderlandsche kunst en wetenschap nastreefde, maar die, waar hij zijn heele persoonlijkheid inzette, geen oogenblik trachtte een persoonlijk régime te voeren, zooals De Stuers dat had gedaan".
Geschiedenis van het archiefbeheer
De papieren van M.I. Duparc werden ter fotokopiëring aan het Algemeen Rijksarchief aangeboden door zijn kleinzoon, drs. F.J. Duparc te Beaconsfield (Quebec, Canada). Het ligt in de bedoeling de originelen later aan het ARA over te dragen.
De rechtstitel is (nog) onbekend

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
De papieren bestaan uit ingekomen brieven van allerlei personen uit de wereld van kunsten en wetenschappen en behelzen veelal onderwerpen op het terrein van de Afdeling KW, doch die door de afzenders op een informele, niet-ambtelijke wijze werden besproken. In slechts een enkel geval werd een concept-antwoord van Duparc aangetroffen. Juist door de informele aard van de brieven vormen zij een goede aanvulling op het archief van de Afdeling KW zelf uit die periode.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Collectie 517 M.I. Duparc, nummer toegang 2.21.205.16, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Duparc, 2.21.205.16, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar

Bijlagen

Overzicht van geraadpleegde bronnen F.J. Duparc, Een Eeuw strijd voor Nederlands Cultureel Erfgoed , 's-Gravenhage 1975. H.E. van Gelder, 'De Post van mr Duparc', in: NRC 9 juni 1925. A.E.M. Ribberink, 'Dr Mr F.J. Duparc 1907-1981', in: Nederlands Archieven Blad 1981, p. 289-294. H. Beem, De Joden van Leeuwarden , Assen 1974. J.A.A. Bervoets, Inventaris van het archief van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, Afdeling Kunsten en Wetenschappen 1875-1918 , 's-Gravenhage 1985 (2 delen).