Terug naar zoekresultaten

2.06.176 Inventaris van het archief van de Centrale Dienst In- en Uitvoer van het Ministerie van Economische Zaken (1943) 1954-1996

Als administratief en uitvoerend orgaan werd de Dienst na de Tweede Wereldoorlog belast met de uitgifte van in- en uitvoervergunningen, de deviezencontrole en de controle op de naleving van de in- en uitvoervergunningen. Hiervoor werden regels voor het bedrijfsleven samengevat in het Handboek Strategische Goederen.
Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.06.176
Inventaris van het archief van de Centrale Dienst In- en Uitvoer van het Ministerie van Economische Zaken (1943) 1954-1996

Auteur

Doc-Direkt

Versie

11-06-2019

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2014 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Ministerie van Economische Zaken: Centrale Dienst In- en Uitvoer [CDIU]
EZ / CDIU

Periodisering

archiefvorming: 1954-1996
oudste stuk - jongste stuk: 1943-1996

Archiefbloknummer

E30

Omvang

; 409 inventarisnummer(s) 14,10 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven en getypte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Centrale Dienst In- en Uitvoer, , 1943-1996

Samenvatting van de inhoud van het archief

Als administratief en uitvoerend orgaan werd de Dienst na de Tweede Wereldoorlog belast met de uitgifte van in- en uitvoervergunningen, de deviezencontrole en de controle op de naleving van de in- en uitvoervergunningen. Hiervoor werden regels voor het bedrijfsleven samengevat in het Handboek Strategische Goederen.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Het Centrale Dienst Invoer en Uitvoer (CDIU) werd in 1941 opgericht, nam de taken over van het op in november 1934 opgerichte Crisis-Uitvoer-Bureau (CUB) en kreeg expliciet de opdracht, mee te werken aan de uitvoering van de wet van 3 augustus 1914, houdende verbod tot uit- en invoer van sommige artikelen 7 en later de Distributiewet 1939 en verder alle nog aan te wijzen wettelijke of andere maatregelen. Vanaf september 1945 ging de CDIU voor De Nederlandse Bank (DNB) ook deviezenvergunningen afgeven. De omvang van de administratie van de CDIU nam vanaf 1948 toe in verband met de deelname aan het Europese Herstel Programma ook wel European Recovery Program (ERP) of "Marshallplan" genoemd. De CDIU-werkzaamheden waren voor een groot gedeelte gedelegeerd aan de Rijksbureaus voor het binnenlandse goederenverkeer, die de productie ten behoeve van de distributie controleerden. De CDIU was belast met de verantwoording van de ingevoerde producten. Na de verdwijning van de distributie en de opheffing van de rijksbureaus in 1953 kwamen de taken meer rechtstreeks bij de CDIU te berusten. Alle in- en uitvoergoederen hebben een CDIU-vergunning nodig. Ook de toenemende spanning tussen Oost en West kreeg haar weerslag op de internationale handel van de specifieke goederen die voor militaire of voor zowel militaire als burgerlijke doeleinden of bij de productie van massavernietigingswapens kunnen worden gebruikt. Op 21 februari 1950 kreeg de CDIU een instructie van de Directie Buitenlandse Economische Betrekkingen van het Ministerie van Economische Zaken om de handel met betrekking tot deze strategische goederen te controleren. (zie bijvoorbeeld inv.nrs. 30, 95, 138 en 204).
In 1954 werden de taken van de CDIU als volgt omschreven:
Het Centraal Orgaan voor de invoer- en uitvoerregelingen was belast met de uitvoering van het Besluit regeling in- en uitvoer 1944 (Stbl. E 80) met medewerking van het Deviezenbesluit 1945 (Stbl. F 222) en andere maatregelen op dit gebied voor zover in- en uitvoer betreffende. Deze taken konden in de volgende hoofdgroepen worden onderscheiden:
  • de regeling van het goederenverkeer met het buitenland en voor zover nodig van het daarmee samenhangende betalingsverkeer;
  • de rapportering, voor zover nodig, omtrent de vergunningsafgifte en de gebruikmaking van de vergunningen, alsmede de verantwoording van het gevoerde contingentsbeheer;
  • de deviezencontrole en de rapportering omtrent de resultaten daarvan;
  • enige aan de aard van de Dienst inherente algemene taken alsmede de voor het verrichten van vorenstaande taken noodzakelijke hulpwerkzaamheden;
  • enige bijkomende bijzondere taken;
In 1954 bestond de CDIU uit de volgende organisatie-onderdelen:
Staforganen
  • Economisch-Statistisch Bureau. Dit bureau was belast met: de interpretatie en verspreiding van gegevens betreffende in- en uitvoer en betaling; de interne economische voorlichting; het geven van adviezen en indicaties op het gebied van handels- en deviezenpolitiek.
  • Bureau Organisatie. Dit bureau fungeerde als centraal punt voor de administratie en organisatorische zaken, ook voor instanties buiten de CDIU welke van deze dienst instructies ontvangen
  • Bureau Budgettering. Dit bureau was belast met de interne kostenbeoordeling; vaststelling van de personeelsformatie; financiële begroting en de supervisie op comptabel en de personeelsadministratie
  • Secretarie
Hoofdafdeling Economische Zaken. Deze hoofdafdeling was belast met: de voorbereiding, uitwerking en hantering van ontvangen richtlijnen betreffende invoer-, uitvoer- en betalingsmogelijkheden; de hantering van deviezen- en douanevoorschriften; de uitwerking van de modaliteiten voor vergunningsafgifte; voor zover nodig regeling van de repartitie. De afdelingen van deze hoofdafdeling waren onder verdeeld in drie groepen:
  1. Landengroepen, transito, reciprociteits- en compensatietransacties
    • Afdeling Landengroepen, belast met de uitwerking van programma's en verdragen; toewijzingen en opstelling van landen- en artikelrichtlijnen.
    • Afdeling lOR, belast met landengroepwerkzaamheden ten aanzien van Indonesië en Overzeese Rijksdelen.
    • Afdeling Transito, belast met transitozaken.
    • Afdeling Recipro, belast met reciprociteits- en compensatiezaken.
  2. Algemene en juridische zaken; deviezen- en douanetechniek; speciale vergunningen; algemene voorlichting van het publiek
    • Afdeling Algemene Zaken, belast met de regeling van de bevoegdheden van de dienst; de uitvaardiging van douane- en deviezentechnische voorschriften; de delegatie van bevoegdheden; de behandeling van juridische zaken; het contact met opsporingsdiensten.
    • Afdeling Speciale In- en Uitvoer, belast met de beoordeling van vergunningen krachtens bijzondere procedures, met afwijkende wijze van verrekening of zonder verrekening; consignatiezaken.
    • Afdeling Voorlichting, fungeerde als centraal punt voor schriftelijke en telefonische algemene voorlichting (lokettendienst).
  3. Contact met instanties welke als gedelegeerden van de dienst vergunningen afgeven.
Contingentsbeheer. Beoordeling van het artikelaspect der vergunningsafgifte. Artikelrubricering
  • Afdeling Gedelegeerden, fungeerde als centraal punt voor instructies aan en contact met gedelegeerden, voor zover betreft zaken van niet-administratieve aard.
  • Afdeling Artikelbeoordeling, belast met de hantering van voorzieningsvoorschriften en van andere maatregelen, gebaseerd op de economische positie van de goederen; oorsprongscontrole bij uitvoer; behandeling van contingenten in eigen beheer.
  • Afdeling Artikelindeling, fungeerde als centraal punt voor de rubricering van artikelen naar statistieknummer; contact met het Ministerie van Financiën en het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Hoofdafdeling ERP. De hoofdafdeling was belast met werkzaamheden in verband met de Amerikaanse hulpprogramma's; andere dollar-invoerzaken.
  • Afdeling beheer ERP, belast met alle werkzaamheden met betrekking tot procedures; clausulering uitvaardiging van instructies aan gedelegeerden; programmeringswerkzaamheden; omzetting van procurement autorizations in toewijzingen; toewijzing van vrije dollarcontingenten; centrale controle op de afgifte van vergunningen.
  • Afdeling Administratie ERP, belast met de administratie en rapportering inzake procurement autorizations; toewijzingen, vergunningafgifte en realisatie; deviezencontrole; centrale controle op realisatie en verlenging van vergunningen; rapportering betreffende de eindbestemming van onder de Amerikaanse hulpprogramma's ingevoerde goederen.
Hoofdafdeling Licenties. Deze hoofdafdeling was betast met de beoordeling van aanvragen en afgifte van vergunningen voor alle in- en uitvoerzaken ten aanzien van waarvan deze bevoegdheden niet zijn gedelegeerd.
  • Afdeling Statistieknummer, belast met controle op de rubricering naar statistieknummer.
  • Afdeling Verificatie, belast met de controle en beoordeling van aanvragen.
  • Afdeling Creatie, belast met de eindcontrole op de juiste beoordeling; clausulering van de vergunningen; machinale visering en verzending; verlenging; verstrekking van duplicaten; telefonische vrijgave.
  • Afdeling Correspondentiekamer.
Hoofdafdeling Administraties
  • Afdeling Detailadministratie, was belast met de administratie van de specificatie van de grootboekrekeningen (contingenten, vergunningafgifte en goederenrealisatie); verslaglegging; verschillende werkzaamheden inzake speciale transacties.
  • Afdeling Realisatie, belast met de voorbereidingen tot de machinale verwerking der boekingsdocumenten betrekking hebbende op vergunningsafgifte, goederen- en betalingsrealisatie.
  • Afdeling Deviezencontrole, was belast met rappelwerkzaamheden; vergelijking van de goederen- en betalingsrealisatie; behandeling van deviezenverschillen; meldingen aan de Nederlandsche Bank.
  • Afdeling Machinaal Administratie, was belast met de verponsing van de werkzaamheden; sorteren, tabelleren, collatorwerk; vervaardiging van ponskaartenlijsten; alle massaal voorkomend tel- en rekenwerk.
  • Afdeling Centrale Boekhouding, fungeerde als orgaan voor het voeren van de hoofdadministratie in het grootboek.
  • Afdeling Speciale Transacties, belast met speciale transacties.
Algemene Dienst. Hieronder ressorteerden de Afdelingen Comptabiliteit, Personeeladministratie, Bedrijfskadertrainer, Interne Dienst, Archief en Typekamer.
In 1955 werd het ERP-programma door de CDIU afgewikkeld. Vanaf 1963 trad de In- en uitvoerwet (Stbl. 1962, 295) in werking en werden onder het Besluit Regeling In- en Uitvoer de bevoegdheden geregeld om namens de ministers van Economische Zaken en van Landbouw en Visserij te handelen.
In 1964 bestond CDIU uit de volgende organisatieonderdelen:
  • Staforganen:
    • Economisch-statistisch Bureau, belast met de interpretatie en verspreiding van gegevens betreffende in- en uitvoer in ruime zin. Contact daarover met het Centraal Bureau voor de Statistiek. Interne economische, monetaire en handelspolitieke voorlichting;
    • Bureau Organisatie, fungeerde als centraal punt voor administratieve en organisatorische zaken;
    • Interne Controle Dienst;
    • Bureau Personeelszaken;
    • Secretarie.
  • Hoofdafdeling Economische Zaken. Deze hoofdafdeling was belast met de uitwerking en hantering van richtlijnen betreffende invoer-, uitvoer- en betalingsmogelijkheden; de hantering van douane- en deviezenvoorschriften; de '"uitwerking en afkondiging van de modaliteiten van de licentiëring.
    • Afdeling Algemene Zaken, belast met de behandeling van juridische douane- technische zaken; contact met productschappen over beheerskwesties; contact met opsporingsdiensten; staforgaan van de directie voor wat betreft juridische en aanverwante zaken.
    • Afdeling Handelspolitiek, belast met de uitwerking van handelsregelingen; de hantering van voorschriften, gebaseerd op handelspolitieke en valutaire aspecten; integratie aangelegenheden.
    • Afdeling Contingentsbeheer, belast met contingentsbeheer; hantering van voorschriften met betrekking tot het goederenaspect; originecontrole en prijsbeoordeling.
    • Afdeling Artikelindeling, belast met de principiële beoordeling van rubricering naar statistieknummer; contact met het Ministerie van Financiën en hel Centraal Bureau voor de Statistiek.
    • Afdeling Bijzonder Zaken
  • Hoofdafdeling Licenties. De hoofdafdeling was belast met de beoordeling van aanvragen en afgifte van vergunningen voor alle in- en uitvoerzaken voor zover deze door de dienst zelf worden behandeld.
    • Afdeling Classificatie, belast met de controle op de rubricering naar statistieknummer.
    • Afdeling Verificatie, belast met de controle en beoordeling van de aanvragen.
    • Afdeling Creatie, belast met de waarmerking etc. van vergunningen; verlengingen en andere wijzigingen; telefonische vrijgave.
    • Afdeling Inlichtingen, belast met mondelinge en telefonische algemene voorlichting.
  • Hoofdafdeling Administratie
    • Afdeling Contingentsadministratie, was belast met de contingentadministratie en daarmede samenhangende verslagleggingen.
    • Afdeling Codering, was belast met de voorbereiding tot de verwerking van boekingsdocumenten.
    • Afdeling Machinale Administratie, belast met ponswerk; machinale verwerking van ponskaarten; mechanische tel- en rekenwerk.
  • Algemene Dienst
    • Afdeling Comptabiliteit, belast met de financiële administratie; kassierswerkzaamheden; personeelsbudgettering.
    • Afdeling Interne Dienst, belast met beheer van materieel; postkamer, boden- en telefoondienst
    • Afdeling Archief
    • Afdeling Typekamer
Begin november 1967 besloot de ministerraad dat de CDIU in 1969 verplaatst werd van Den Haag naar Groningen, in de periode 1965-1991 bleven de CDIU-organisatieonderdelen in hoofdlijnen gelijk. Alleen werden in enkele gevallen de benaming gewijzigd of werden de taken van sommige organisatieonderdelen samengevoegd. In de jaren tachtig werden nieuwe automatiseringsystemen ontwikkeld. Vanaf 1987 werd gewerkt aan het Invoeringsplan Reorganisatie en Automatisering CDIU waarin contouren is geschetst van in 1991 te realiseren nieuwe organisatie.
Hieronder worden de organisatieonderdelen in hoofdlijnen over de periode 1965-1991 weergegeven;
  • Bureau Organisatie, 1985 Afdeling Organisatie (Org) 1987
  • Interne Controledienst (IC)
  • Bureau Personeelszaken, 1985 Afdeling Personeelszaken (Pers))
  • 1987 Afdeling Automatisering Informatieverwerking (AIV) 1987, 1988 Hoofdafdeling Organisatie en Informatievoorziening (O & I)
  • Afdeling Algemene Zaken, 1985 Afdeling Algemene Financiële Zaken (AFZ) 1988,1989
  • Hoofdafdeling Algemene Zaken
  • Hoofdafdeling Economische Zaken (HaEZ) 1988
  • Hoofdafdeling Licenties (HaL) 1989
  • Hoofdafdeling Administratie (HaA) 1988,1989 Afdeling Vergunningen en Gebruikmakingen GM) 1989,1990 Hoofdafdeling Vergunningen
  • 1990 Hoofdafdeling Regimebeheer (RB)
  • Algemene Dienst (AlgD) 1988
In 1992 werd de CDIU gereorganiseerd en was belast met de volgende taken:
  • het uitvoeren van maatregelen op grond van de In- en uitvoerwet (Stbl. 1962, 295) met betrekking tot industriegoederen en andere hiermede samenhangende werkzaamheden;
  • het fungeren als informatiepunt met betrekking tot technische voorschriften en chemicaliën;
  • het registreren van overheidsopdrachten verricht door Nederlandse (semi-)overheden.
De CDIU bestond uit de volgende organisatieonderdelen:
  • Een informatiepunt WOB
  • Hoofdafdeling Algemene Zaken. De afdeling was belast met;
    • het behandelen van juridische en beleidsaangelegenheden;
    • het fungeren als contactpunt voor douane en persorganen;
    • het zorgdragen voor materieel en huisvesting;
    • het zorgdragen voor personeelszaken;
    • het zorgdragen voor financiële zaken.
  • Hoofdafdeling Organisatie en Informatievoorziening. De afdeling was betast met:
    • Het fungeren als rekencentrum;
    • het zorgdragen voor administratieve organisatie en systeemontwikkeling;
    • het zorgdragen voor interne controle.
  • Hoofdafdeling Regimes en Vergunningen. Deze afdeling was belast met:
    • het opstellen van handelspolitieke richtlijnen inzake vergunningsafgifte;
    • het beheren van de kwantitatieve maxima;
    • het verslagleggen;
    • het beoordelen van aanvragen voor vergunningen.
Door de voortgaande liberalisering van de wereldhandel kreeg de CDIU steeds minder werk. Omdat de overblijvende activiteiten meer in het verlengde lagen van de Douane werd de Centrale Dienst In- en Uitvoer per 1 januari 1997 hieraan toegevoegd. Dit betekende tevens de formele overgang van het Ministerie van Economische Zaken naar Financiën. In de Mandaatregeling EZ-taken Belastingdienst/Douane Centrale Dienst voor In- en Uitvoer (Belasting/ Douane Centrale Dienst In- en Uitvoer) was voorzien in de mandaatverlening die nodig was om die taken te kunnen uitvoeren. Hoewel de Centrale Dienst In- en Uitvoer vanaf 1997 formeel onder het Ministerie van Financiën valt, krijgt zij haar instructies, waar het de in- en uitvoerregelingen betreft, van de minister van Economische Zaken.
Geschiedenis van het archiefbeheer
De structuur van het archiefblok 1954 - 1996 is niet eenduidig. De dozen zijn niet doorlopend genummerd en bevat veel deelbestanden die afkomstig zijn van de diverse afdelingen die vanwege tussentijdse overdrachten aan het semi-statisch-archief in dit archiefblok zijn opgenomen. Wel zijn er in het archief dossierinventarissen aanwezig, waarin de tussentijdse bestandsopnames zijn opgeborgen, maar de relatie met het archief is moeilijk te herkennen vanwege het niet uniform registreren van de bestanden. De CDIU gebruikte voor haar directie-archief in de jaren negentig een eigen samengestelde archiefcode die grotendeels betrekking had op de ondersteunende taken. Op het overgrote deel van het archief is geen archiefcode toegepast bij het toegankelijk maken van de archiefbescheiden. In dit archief is in het verleden veel vernietigd. Tot ongeveer 1991 werden de te archiveren stukken van de CDIU nog volgens de traditionele gearchiveerd, daarna werd gedeeltelijk overgeschakeld naar het micro-verfilmingssyteem. Sinds de invoering hiervan werden alle verfilmde bescheiden na circa een maand vernietigd, met uitzondering van de export licentie en de handloom certificaten. De exportlicenties en de handloom certificaten werden niet direct vernietigd maar bewaard volgens de bewaartermijnen zoals opgenomen in de instructies van het Ministerie van Economische Zaken voor het archiveren inzake het bewaren en vernietigen (Beschikkingnr. MMA/AR 196529 d.d. 25-01-1997). De microfilms zelf werden gedurende een periode van 6 jaar bewaard. Tot 1997 was het archief van de CDIU een onderdeel van het Ministerie van Economische Zakenarchief en ontving zij instructies van het ministerie voor het archiveren inzake het bewaren en vernietigen. Met ingang van 1 april 1997 werd het archief in beheer overgedragen aan het Centrum voor Facilitaire Dienstverlening regio Noord van de Belastingdienst van het Ministerie van Financiën.
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Geen tekst
Selectie en vernietiging
Voor de selectie van dossiers is gebruik gemaakt van de volgende selectielijsten:
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein In- en uitvoerregelingen over de periode vanaf 1945; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 2 oktober 2006, nr. 191;
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Overheidsinformatievoorziening over de periode 1945-1999, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische Zaken, nr. C/S/031692 d.d. 11 juli 2003; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 20 oktober 2003, nr. 202/pag. 11;
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Organisatie van de Rijksoverheid over de periode 1945-1999, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische Zaken, nr. C/S&/V05/1199 d.d. 5 juli 2005; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 16 december 2005, nr. 245 / pag. 25, rekening houdend met de publicatie in de Staatscourant d.d. 14 juni 2007, nr. 112/pag. 10;
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende Actoren op het beleidsterrein Beheer van de Rijksbegroting over de periode 1940 -1993, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische Zaken, nr. 98.28.RWS/JW d.d. 8 januari 1998; gepubliceerd in de Staatscourant 1998, blz. 142, geactualiseerd op d.d. 16 augustus 2006, C/S & /V06/1946 gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 11 september 2006, nr. 176/pag. 13;
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Rijkshuisvesting vanaf 1945, vastgesteld door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de minister van Economische Zaken, nr. C/S&/\/07/526, d.d. 12 maart 2007; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 26 juli 2007, nr. 142 / pag. 6;
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein (072) Arbeidsverhoudingen bij de overheid over de periode 1945 -1995 (1997) van het beleidsterrein Overheidspersoneel, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische Zaken, nr. R&B/OSA/2001/865, d.d. 30 juli 2001; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 16 oktober 2001, nr. 200/pag. 10. Bij het gebruik van deze lijst is rekening gehouden met de publicatie van het basisselectiedocument voor de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein van personeelszaken, t.w. het personeelsdossier. Deze lijst is gepubliceerd in de Staatscourant van 20 november 2007, nr. 225 / p. 15 en gerectificeerd in de Staatscourant van 18 december 2007, nr. 245 /p. 28.
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein (073) Arbeidsvoorwaarden rijkspersoneel bij de overheid over de periode 1945 -1995 (1997) van het beleidsterrein Overheidspersoneel, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische
    Zaken R&B/OSA/2001/865, d.d. 30 juli 2001; gepubliceerd in de Staatscourant d.d.16 oktober 2001, nr. 200 / pag. 10). Bij het gebruik van deze lijst is rekening gehouden met de publicatie van het basisselectiedocument voor de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein van personeelszaken, t.w. het personeelsdossier. Deze lijst is gepubliceerd in de Staatscourant van 20 november 2007, nr. 225 / p. 15 en gerectificeerd in de Staatscourant van 18 december 2007, nr. 245 /p. 28.
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein (075) Formatiebeleid, arbeidsmarktbeleid en personeelsontwikkeling en mobiliteit over de periode 1945 -1995 van het beleidsterrein Overheidspersoneel, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische Zaken R&B/OSA/2001/865, d.d. 30 juli 2001; gepubliceerd in de Staatscourant d.d.17 oktober 2001, nr. 201 /pag. 10). Bij het gebruik van deze lijst is rekening gehouden met de publicatie van het basisselectiedocument voor de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein van personeelszaken, t.w. het personeelsdossier. Deze lijst is gepubliceerd in de Staatscourant van 20 november 2007, nr. 225 / p. 15 en gerectificeerd in de Staatscourant van 18 december 2007, nr. 245 / p. 28.
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein Arbeidsomstandigheden bij de overheid over de periode 1945 - 1996 van het beleidsterrein Overheidspersoneel, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische Zaken R&B/OS/V2001/865, d.d. 30 juli 200 gepubliceerd in de Staatscourant d.d.17 oktober 2001, nr. 201 /pag. 10. Bij het gebruik van deze lijst is rekening gehouden met de publicatie van het basisselectiedocument voor de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein van personeelszaken, t.w. het personeelsdossier. Deze lijst is gepubliceerd in de Staatscourant van 20 november 2007, nr. 225 / p. 15 en gerectificeerd in de Staatscourant van 18 december 2007, nr. 245 /p. 28.
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein (077) Personeelsinformatievoorziening- en administratie over de periode1945 -1996 van het beleidsterrein Overheidspersoneel, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische Zaken R&B/OSA/2001/865, d.d. 30 juli 2001; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 17 oktober 2001, nr. 201 /pag. 10). Bij het gebruik van deze lijst is rekening gehouden met de publicatie van het basisselectiedocument voor de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein van personeelszaken, t.w. het personeelsdossier. Deze lijst is gepubliceerd in de Staatscourant van 20 november 2007, nr. 225 / p. 15 en gerectificeerd in de Staatscourant van 18 december 2007, nr. 245 /p. 28.
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Economische Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein (168) van personeelszaken, t.w. het persoondossiers, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de minister van Economische Zaken, nr. C/S&A/07/1514 d.d. 16 augustus 2007; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 20 november 2007, nr. 225/pag. 15), rekeninghoudend met de rectificatie geplaatst in de Staatscourant d.d. 18 december 2007, nr. 245 / pag. 26.
Verantwoording van de bewerking
Het Ministerie van Economische Zaken heeft Doc-Direkt opdracht gegeven het archief van de Centrale Dienst In- en Uitvoer in goede, geordende en toegankelijke staat te brengen opdat dit archief overgebracht kan worden naar het Nationaal Archief. De omvang van het archief bedroeg vóór de bewerking 241,25 meter. Hiervan zijn de volgende blokken afgescheiden:
  • stukken van vóór 1954, omvang 6,25 meter. Hiervan is een aanvulling gemaakt op de inventaris van het archief van de Centrale Dienst In- en Uitvoer, 1941-1964, toegangsnummer 2.06.088 gemaakt.
  • stukken, die voor vernietiging in aanmerking komen, omvang 182,75 meter. Deze meters komen uit beide archiefbestanden.
  • stukken na de cesuur van 1996, omvang 36,75 meter.
Het overgebleven te bewaren gedeelte bedraagt 15,625 meter. In dit bestand zijn geen gerubriceerde stukken aangetroffen. Ook zijn er geen audiovisuele bestanden aangetroffen. Van alle afdelingen zijn stukken aanwezig. Dit bestand beslaat de periode (1943) 1954 - 1996. Ten behoeve van de overbrenging naar het Nationaal Archief dient dit archief te voldoen aan de in de regeling Duurzaamheid Archiefbescheiden (2001) gestelde eisen. Concreet betekent dit dat de volgende stappen zijn uitgevoerd:
  • Alle ijzerwerk (paperclips, nietjes, hechtmechanieken e.d.) is verwijderd;
  • Lichtdrukken en andere materialen die aan sterkere chemische reacties dan goed papier onderhevig zijn, zijn voorzien van afzonderlijke fourflaps;
  • Omslagen, archiefdozen en etiketten voldoen aan de ICN-kwaliteitseis.
Ordening van het archief
De indeling van de toegang is gebaseerd op de inventaris van het archief van de Centrale Dienst In- en Uitvoer, 1941 - 1964, toegangsnr. 2.06.088. De beschrijvingen zijn zoveel mogelijk onder bestaande rubrieken geplaatst. Er zijn echter twee rubrieken toegevoegd: t.w.: Relatie met de Nederlandsche Bank en Voorlichting en publicatie.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Economische Zaken: Centrale Dienst In- en Uitvoer [CDIU], nummer toegang 2.06.176, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, EZ / CDIU, 2.06.176, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
  • 2.06.087 - Inventaris van het Centraal Archief van het Ministerie van Economische Zaken, (1906) 1944 - 1965 ( 1975);
  • 2.06.088 - Inventaris van het Crisis-Uitvoer-Bureau en de taakopvolger de Centrale Dienst In- en Uitvoer van het Ministerie van Economische Zaken, 1934-1954 (1984)
  • 2.06.107 - Inventaris van de archieven van het Directoraat-Generaal voor de Buitenlandse Betrekkingen van het Ministerie van Economische Zaken, 1945 - 1976.

Archiefbestanddelen