Terug naar zoekresultaten

2.06.096 Inventaris van het archief van het Commissariaat voor de Militaire Productie, (1948) 1951-1994 (2001)

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.06.096
Inventaris van het archief van het Commissariaat voor de Militaire Productie, (1948) 1951-1994 (2001)

Auteur

CAS 512

Versie

06-07-2021

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2007 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Ministerie van Economische Zaken: Commissariaat voor de Militaire Productie
Comm. Militaire Productie

Periodisering

archiefvorming: 1951-1994
oudste stuk - jongste stuk: 1948-2001

Archiefbloknummer

E24094

Omvang

; 470 inventarisnummer(s) 8,80 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Ministerie van Economische Zaken / Commissariaat voor de Militaire Productie

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief van het Commissariaat voor de Militaire Productie bevat stukken betreffende verwerving, afzet, bevoorrading, levering en vervaardiging van militaire producten als schepen, vliegtuigen, geschut, munitie en electronisch materieel. Daarnaast zijn er stukken betreffende organisaties als de Algemene Verdedigingsraad, de NAVO, de Europese Defensie Gemeenschap en de West Europese Unie. Een latere aanvullig bevat dossiers betreffende beantwoording van kamervragen

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Op 1 januari 1951 werd door de Minister van Economische Zaken, in overleg met de Raad Militaire Aangelegenheden van het Koninkrijk, het Commissariaat voor de Militaire Productie (CMP) ingesteld.
De taak was de behandeling, in overleg met de betrokken afdelingen van het ministerie, met andere ministeries en met het Regeringscommissariaat voor het Militaire Hulpprogramma, van defensieaangelegenheden in NAVO/EDG-verband. Tevens het overleg met buitenlandse militaire instanties en het Nederlandse bedrijfsleven over de productie van militaire goederen ten behoeve van andere (NAVO)-landen.
Teneinde een zo doelmatig mogelijke militaire inspanning van Nederland te bevorderen werden door de minister organisatorische voorzieningen getroffen in verband met de militaire productie. Deze waren er op gericht om, mede met behulp van de van Amerikaanse zijde beschikbaar gestelde grondstoffen en productiemiddelen, de Nederlandse industrie zoveel mogelijk in te schakelen bij de voorziening in de materiële behoeften van het militaire apparaat. Hiertoe werd een Commissaris voor de Militaire Productie benoemd. Deze werd belast met de leiding van het tot stand brengen van die militaire opdrachten welke in het kader van het Atlantisch overleg door Nederland werden verzorgd, waarbij hij zorg diende te dragen voor de coördinatie van de hierbij betrokken organen. Hij onderhield hiertoe van overheidszijde het centrale contact met de industrie.
In overleg met het georganiseerde bedrijfsleven werd door de minister een Adviesraad voor de Militaire Productie in het leven geroepen, waarin de werkgevers- en werknemers-organisaties vertegenwoordigd waren.
De Commissaris was lid van en verzorgde het secretariaat van deze Adviesraad. Hij werd in 1951 door de ministers van Economische Zaken, Oorlog en Marine ingesteld. In de raad waren de aanschaffende instanties, de Ministeries van Oorlog, Marine, Economische Zaken, alsmede vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers vertegenwoordigd. Behalve dat de Raad aan bovengenoemde ministers advies gaf inzake de militaire productie, werden ook moeilijkheden tussen industrie en aanschaffende militaire instanties besproken.
De officiële taakomschrijving van het CMP is door de minister goedgekeurd voor dat het CMP werd ingesteld. Op dat tijdstip was echter niet precies bekend hoe de militaire productie en de internationale samenwerking zich zouden ontwikkelen. De taak van de Commissaris werd in de loop van de tijd aan deze ontwikkelingen aangepast.
Het Commissariaat was vanaf 1951 een zelfstandig organisatieonderdeel tot het op 16 januari 1965, na een reorganisatie, als hoofdafdeling Militaire Productie werd ingedeeld bij een nieuw dienstonderdeel Militaire Productie en Economische Verdedigingsvoorbereiding.
Uitbreiding van de taak bestond uit behandeling van aangelegenheden op het gebied van de economische verdedigingsvoorbereiding en industriële NATO-aangelegenheden en behandeling van economische aspecten met betrekking tot de internationale ruimtevaartaangelegenheden.
In 1967 werd dit het dienstonderdeel Militaire Productie, Ruimtevaart en Economische Verdedigingsvoorbereiding en geplaatst onder het nieuw opgerichte Directoraat-Generaal Industrie. In 1976 werd het CMP direct onder het Directoraat-Generaal Industrie geplaatst. Verder werd in de loop van de jaren de naam van het commissariaat veranderd in:1985: Commissariaat Militaire Productie en Economische Verdedigingsvoorbereiding 1986: Commissariaat Militaire Productie en Economische Verdedigingsvoorbereiding en Overheidsopdrachten (CMPO); 1992: Commissariaat Militaire Productie en Crisisbeheersing (CMPC)1995: Commissariaat Militaire Productie (CMP)
De taken en verantwoordelijkheden van CMP zijn gedurende deze periode op hoofdlijnen hetzelfde gebleven.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het archief van het Commissariaat voor de Militaire Productie werd bijna geheel gevormd door het onderdeel zelf. Een klein gedeelte van het archief werd gevormd door de Onderafdeling Post- en Archiefzaken, het zogenaamde PAZ-archief. Zie verder bij 'Ordening van het archief'.
Het werd niet eenduidig gevormd: het bestond uit een werkarchief en een Algemeen Secretariearchief. Het werkarchief is ontstaan door een jarenlange versnippering en versplintering van het ministerie van Economische Zaken. Hierdoor hield vrijwel elke afdeling een eigen archief bij.
Het archiefblok werd tot en met 2001 aangeleverd voor overbrenging en/of vernietiging. De reden daarvoor lag niet in een organisatorische verandering van het Commissariaat, maar dit archiefblok werd niet meer geraadpleegd voor bedrijfsvoeringstaken.
Er heeft al een eerdere bewerking plaatsgevonden: het gedeelte over de periode 1949-1965 was reeds bij het Nationaal Archief aanwezig. In 2012 is een aanvulling in deze toegang ingevoegd
De verwerving van het archief
Het archief is in 2007 en in 2012 door Ministerie van Economische Zaken overgebracht naar het Nationaal Archief, krachtens artikel 12 van de Archiefwet 1995

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Het archief van het Commissariaat voor de Militaire Productie bestaat voornamelijk uit stukken betreffende de instelling van het Commissariaat, het jaarlijks benoemen van de leden, de notulen van het Commissariaat en het Presidium, Kamervragen en adviezen aan de minister(s) en de Directeur-generaal voor de Industrie en Regionaal Beleid inzake o.a. internationale samenwerking en het functioneren van de Nederlandse industrie bij de voorziening in de materiële behoefte van het militaire apparaat.
Selectie en vernietiging
Het archief van het Commissariaat Militaire Productie is geselecteerd op grond van BSD 20 Militair materieel, vanaf 1945, (gepubliceerd in de Staatscourant van 24 april 2007, nr. 79). De volgende handelingen zijn gebruikt: 10, 128 en 129.
BSD 92 Overheidsinformatievoorziening 1945-1999, (gepubliceerd in de Staatscourant van 20 oktober 2003, nr. 202). Gebruikt is handeling 126.
BSD 143 Organisatie Rijksoverheid 1945-1999, (gepubliceerd in de Staatscourant van 16 december 2005, nr. 245). Gebruikt is handeling 283.
BSD 145 Buitenlandse economische betrekkingen, vanaf 1945, (gepubliceerd in de Staatscourant van 10 oktober 2006, nr. 197). Gebruikt is handeling 3.
Aanvullingen
Voor dit archief worden te zijner tijd aanvullingen over de periode na 2001 verwacht.
Verantwoording van de bewerking
Het archief werd als één geheel aangetroffen. Er was bij de plaatsing geen onderscheid gemaakt tussen het PAZ en het andere gedeelte.
De ordening van de eerdere bewerking van het archief over de periode 1949 - 1966 is overgenomen. Daarbij is primair geordend op stukken van algemene aard en stukken van bijzondere aard. Secundair op chronologie. De rubriek stukken van bijzondere aard is onderverdeeld in twee rubrieken, te weten organisatie en taak. Bij de bewerking van het voorafgaande archief was het aantal sub-rubrieken groter, maar hiervoor was in dit archief geen reden.
De stukken van de Adviesraad voor de Militaire Productie werden afgescheiden en teruggeplaatst. Het ministerie had van deze raad het secretariaat en de raad wordt beschouwd als aparte archiefvormer. Dit archiefgedeelte zal in een later stadium beschreven worden.
De totale omvang bedroeg 44 strekkende meter. Na vernietiging volgens de lijst van voor vernietiging in aanmerking komende stukken behorende tot het archief van het Ministerie van Economische Zaken vastgesteld bij beschikking nr. 465/878 M & H d.d.14 juni 1965 en nr. 117173 OKN d.d. 7 september 1965 en via een incidentele machtiging, waarvan de datering niet meer te achterhalen is, bedraagt de omvang van het geïnventariseerde archief 4,25 strekkende meter.
Bewerking van de aanvulling De totale omvang bedroeg 226 strekkende meter en bestond uit diverse onderdelen van Algemene Secretarie- en werkarchieven. Na vernietiging bedraagt de omvang van het geïnventariseerde archief 4,875 strekkende meter. Hiervoor zijn de volgende handelingen uit de geldende Basisselectiedocumenten gebruikt:
  • Handeling nr. 20. Militair materieel, vanaf 1945 (Stscrt. 24 apr. 2007, nr.79) Handeling 129:Het uitvoeren van beleid om de industriële activiteiten op het gebied van de militaire productie vorm te geven.
  • N.b. hieronder vallen contracten, compensatieorders, financieringsregelingen e.d..
  • Periode 1951 -
  • Waardering V 20 jaar
  • Handeling nr. 143 Organisatie van de Rijksoverheid, vanaf 1945-1999 (Stscrt. 16 dec. 2005, nr. 245)
  • Handeling 283:
  • Het ontvangen van stukken ter kennisname
  • Periode 1945-
  • Waardering V 2 jaar
Alle stukken zijn van nietjes, plakband en overige hechtmiddelen ontdaan en verpakt in zuurvrije omslagen en zuurvrije archiefdozen. Ze zijn daarna genummerd volgens de inventaris. De omslagen en dozen zijn voorzien van etiketten. Van de te vernietigen stukken zijn vernietigingslijsten opgesteld en deze zijn aan het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie overgedragen.
Ordening van het archief
Ordening van het archief van het Commissariaat.
Bij het ministerie werd de methode van ordening naar organisatiestructuur toegepast. Alle ontvangen en opgemaakte stukken werden per zelfstandig organisatieonderdeel bijeengebracht. Dit was ook van toepassing op het Commissariaat. Het archief was niet geordend volgens de ordeningsbeginselen en methoden vastgelegd in een ordeningsplan. De stukken werden naar onderwerp bijeengebracht en geordend. Voor de indeling van het archief werd een eigen code ontwikkeld. Deze code is vanaf 1951 tot en met 1965 gebruikt.
Hij diende ook als toegang op het archief. Agenda's werden bijgehouden van ingekomen en uitgaande stukken.
Ordening PAZ-archief.
Dit onderdeel werd vanaf 1962 betrokken bij de archiefvorming van het CMP. Dezelfde ordeningsmethode werd toegepast als bij het archief van het Commissariaat. Eveneens werd gebruik gemaakt van de voor dit archief ontwikkelde code. Van elk dossier werd een inventariskaartje gemaakt met daarop vermeld, het codenummer van het dossier, het organisatieonderdeel, het onderwerp en de periode.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Economische Zaken: Commissariaat voor de Militaire Productie, nummer toegang 2.06.096, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Comm. Militaire Productie, 2.06.096, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar

Bijlagen

Lijst van afkortingen
AVR
Algemene Verdedigings Raad
BVD
Binnenlandse Veiligheidsdienst
CBS
Centraal Bureau voor Statistiek
CIVI
Centraal Instituut voor Industrieontwikkeling
CMP
Commissariaat Militaire Productie
EDG
Europese Defensie Gemeenschap
EEG
Europese Economische Gemeenschap
MAAG
Military Assistance Advisory Group
MDAP
Mutual Defence Assistance Program
MSA
Mutual Security Agency
NAMSSA
North Atlantic Maintenance Supply Services Agency
NMSSS
NATO Maintenance Supply Service System
NAVO
Noord Atlantische Verdrags Organisatie
OSP
Offshore orders for Spare Parts
SAC
Standing Armaments Committee
USAFE
United States Air Force Europe
WEU
West Europese Unie

Archiefbestanddelen