Terug naar zoekresultaten

2.10.27.03 Inventaris van het digitaal duplicaat van het archief van de Voorzitter van de (Surinaamse) Adviescommissie inzake Technische Bijstand, (1951) 1952-1959 (1964)

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.10.27.03
Inventaris van het digitaal duplicaat van het archief van de Voorzitter van de (Surinaamse) Adviescommissie inzake Technische Bijstand, (1951) 1952-1959 (1964)

Auteur

J.A.A. Bervoets

Versie

24-03-2022

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1982 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Digitaal Duplicaat: Voorzitter Adviescommissie Technische Bijstand
Adviescie. Technische Bijstand [digitaal duplicaat]

Periodisering

archiefvorming: 1952-1959
oudste stuk - jongste stuk: 1951-1964

Archiefbloknummer

DDK23111

Omvang

41 inventarisnummer(s)

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Archiefdienst

Nationaal Archief

De originelen bevinden zich in

Nationaal Archief van Suriname, Paramaribo

Archiefvormers

Voorzitter van de (Surinaamse) Adviescommissie inzake Technische Bijstand Adviescommissie Technische Bijstand, (1951)

Samenvatting van de inhoud van het archief

De Adviescommissie inzake Technische Bijstand begon haar werkzaamheden in 1952. Zij had tot taak de landsregering van Suriname te adviseren over haar beleid ten aanzien van technische bijstand. Tot aan de totstandkoming van de overeenkomsten (in 1954) tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten en tussen het Koninkrijk en de Verenigde Naties bracht de commissie adviezen uit over de positie van de landsregering, de vast te leggen projecten en de beschikbaarstelling van faciliteiten aan Suriname. Na de inwerkingtreding van de basisovereenkomsten beperkte de Adviescommissie zich tot het toekennen van studiebeurzen. In 1959 werd de commissie ontbonden.
Het archief van de Adviescommissie - de stukken zijn verzameld tussen 1951 en 1964 - betreft de eigen organisatie (correspondentie, agenda's, notulen) en nota's, rapporten, verslagen betreffende haar werkzaamheden op de aangewezen gebieden: de benodigde bijstand in Suriname, planning, afzonderlijke projecten en uitzending van Surinamers naar trainingen in het buitenland. Ook zijn er enkele stukken aanwezig van de Commissie voor Intellectuele Planning.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
1. Het internationale technische bijstandsprogramma van de Verenigde Naties
Krachtens artikel 55 van het Handvest verplichten de Verenigde Naties zich "hogere levensstandaarden, volledige werkgelegenheid en voorwaarden voor economische en sociale vooruitgang en ontwikkeling te bevorderen". Op grond hiervan droeg de Algemene Vergadering de Economische en Sociale Raad in 1946 op om na te gaan, hoe op de beste manier technisch advies kon worden gegeven aan landen, die deze assistentie wensen. Het onderzoek leidde tot resolutie nummer 246 van de Derde Zitting van de Algemene Vergadering, waarin een internationaal trainingsprogramma voor Openbaar Bestuur werd aangenomen. Tegelijkertijd werden door de deelnemende organisaties van de Verenigde Naties eveneens programma's tot ontwikkeling gebracht, die leidden tot de totstandkoming van het Uitgebreide Programma van Technische Hulpverlening. ( De geschiedenis van de totstandkoming van het programma staat beschreven in "The expanded program of Technical Assistance for Economic Development of underdeveloped countries", een publicatie van de Technical Assistance Board, New York 1951. Inventarisnunmier 1 van dit archief. ) Dit programma werd in de Vierde Zitting van de Algemene Vergadering in december 1949 aangenomen als resolutie nummer 304 op aanbeveling van een resolutie van de Economische en Sociale Raad van 15 augustus 1949, nummer 222. Deze resolutie voorzag in een algemeen programma om "de laag ontwikkelde landen te helpen met de versterking van hun nationale economie door hun industrie en landbouw tot ontwikkeling te brengen, met het oogmerk om hun politieke en economische zelfstandigheid te bevorderen en het bereiken van een hoger peil van economisch en sociaal welzijn voor de gehele bevolking te verzekeren".
In concreto geschiedt dit door wetenschappelijke kennis, vaktechnische bekwaamheid en "operational know-how" ter beschikking te stellen. Dit kan op de volgende manieren gebeuren: ( Een gedetailleerde uiteenzetting van de werking van het hulpprogramma bevindt zich in een nota "Internationale Technische hulp" nummer 20 (10 december 1952), waarvan een uittreksel zich bevindt in inventarisnummer 3 van dit archief. )
  • het verlenen van fellowships, waardoor inwoners van ontwikkelingslanden zich in ontwikkelde landen van nieuwe methodes en technieken op de hoogte kunnen stellen,
  • de uitzending van deskundigen naar ontwikkelingslanden om ter plaatse personeel op te leiden,
  • de uitzending van deskundigen om een land te adviseren over een of ander probleem van ontwikkeling: dit kan een adviseur zijn, maar ook een missie van experts. Een enkele maal kunnen experts worden uitgezonden ter voorbereiding van uitgebreide projecten, waartoe dan weer uitvoerende deskundigen worden uitgezonden,
  • de organisatie van congressen en conferenties ter bespreking van gemeenschappelijke problemen,
  • uitwisseling van literatuur of demonstratiemateriaal.
De internationale technische hulp wordt uitgevoerd door de Verenigde Naties en daaraan deelnemende organisaties (de z.g. Specialized Agencies): De Internationale Arbeidsorganisatie (I.L.O.), de Voedsel¬¬- en Landbouworganisatie (F.A.O.), de Organisatie voor Opvoeding, Wetenschap en Cultuur (U.N.E.S.C.O.), de Wereldgezondheidsorganisatie (W.H.O.), de Internationale Organisatie voor Burgerluchtvaart (I.C.A.O.), het Internationale Monetaire Fonds en de Internationale Ontwikkelingsbank. Daarnaast is een speciale Technical Assistance Administration belast met aangelegenheden, die niet door de Specialized Agencies worden behandeld. Ter coördinatie van al deze Agencies is een speciale Technical Assistance Board opgericht.
Teneinde deel te nemen aan een technisch hulpprogram dient de regering van een deelnemend land een basisovereenkomst met de Technical Assistance Board aan te gaan, dan wel met de Specialized Agency, waarvan zij technische bijstand wenst. Deze overeenkomst impliceert salariëring van de naar een land uitgezonden deskundigen door de Board, maar de regering zelf is verantwoordelijk voor de voor de uitgezondene te treffen verblijfsvoorzieningen.
Op 6 oktober 1954 ondertekende de regering van het Koninkrijk der Nederlanden de basisovereenkomst; deze werd gepubliceerd in het Tractatenblad van 1955, nummer 32.
2. Het technische bijstandsprogramma van de Verenigde Staten van Amerika
Op 13 juli 1951 sloten de Verenigde Staten van Amerika en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland een verdrag, waarbij aan de leden van het Britse gemenebest de mogelijkheid werd opengelaten om zelfstandig met de Verenigde Staten te onderhandelen over de door de V.S. te verlenen technische bijstand. Aan de hand van dit verdrag werd een bepaling in de Mutual Security Act van de V.S. aangenomen, waarin werd voorzien in een bilaterale basisovereenkomst tussen de V.S. en andere landen inzake technische bijstand. Uitgetrokken werd een bedrag van 26000 dollar voor Suriname, mits het Koninkrijk der Nederlanden bereid was om de basisovereenkomst krachtens "point four" van de Mutual Security Act te tekenen. ( Inventarisnummer 10 van dit archief. )
De basisovereenkomst laat aan Nederland de verantwoordelijkheid om de technische hulpprogramma's te coördineren en de behoeften te bepalen. Verder verplicht zij de beide partners elkaar te rapporteren en in het openbaar te publiceren over het verloop van de nader aan te gane hulpovereenkomsten. De door de Verenigde Staten geleverde mankracht en goederen genieten vrijdom van Nederlandse fiscale en sociale lasten en de Nederlandse regering verbindt zich om "a fair share" tot de projecten bij te dragen: deze bijdrage bleek in de praktijk de verschaffing van verblijfsvoorzieningen in te houden, met dien verstande, dat "lodgings" door de Verenigde Staten werden vergoed. Nadere uitvoeringsverdragen zouden de uitvoering van concrete hulpprogramma's regelen. Hiertoe was vanuit de V.S. de Technical Cooperative Administration belast, die vanaf 1 juni 1953 op ging in een Foreign Operation and Administration Mission. Als vertegenwoordiger van dit bureau bracht A. Laflin, ingenieur verbonden aan het Institute for Inter American Affairs, een bezoek aan Suriname op verzoek van de landsregeringsraad. Het technisch hulpprogram werd mede op zijn adviezen opgesteld; het instituut zelf leverde deskundigen. Ook werden door de V.S. fondsen ter beschikking gesteld voor de opleiding van Surinamers aldaar of in het Caribische gebied.
Op 22 januari 1954 werd de basisovereenkomst tussen het Koninkrijk en de Verenigde Staten getekend; op 22 april 1954 trad het na parlementaire goedkeuring door het Koninkrijk in werking. Aan de hand hiervan werden verschillende samenwerkingsovereenkomsten gesloten, zoals:
  • de toekenning van Training Grants aan Surinamers, die in de Verenigde Staten of in Puerto Rico een opleiding wensen,
  • een contract inzake technische bijstand door de universiteit van Maryland, eveneens te verlenen aan Brits-Guyana,
  • een samenwerkingsprogramma tussen de Foreign Operations Administration en de regeringsraad. Van Suriname, dat voorziet in een Surinaams-Amerikaans Bureau voor Technische Samenwerking tot 1960.
Al deze programa's en de daarvoor op te richten instanties zouden tot 1960 werkzaam zijn.
3. De adviescommissie
Op 30 juni 1952 werd door de landsregeringsraad van Suriname een commissie benoemd, die de landsregering moest adviseren inzake haar beleid ten aanzien van technische bijstand. Als voorzitter van deze adviescommissie werd de directeur van het Kabinet van de Gouverneur, dr C. Nagtegaal benoemd, als lid de toenmalige secretaris van het Planbureau Suriname en een referendaris van het departement van Algemene Zaken. Toen in 1953 de directie van het Planbureau Suriname werd vervangen door een tweemanschap, werd de in Suriname woonachtige directeur benoemd.
De commissie wisselde van samenstelling naar gelang de vereiste deskundigen; op 10 december 1954 werd echter een derde vaste post gecreëerd voor de Surinaamse directeur van het in dat jaar opgerichte Surinaams-Amerikaans Bureau voor Technische Samenwerking. Ook had sedert 5 juli 1954 de commissie een secretaris, die aanvankelijk tevens secretaris van het Planbureau was, maar later verbonden was aan het landsdepartement van Financiën. Tot aan de totstandkoming van de overeenkomsten tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten en van de basisovereenkomst tussen het Koninkrijk en de Verenigde Naties bracht de commissie tal van adviezen uit inzake de positie van de landsregering bij de totstandkoming van de verdragen, de in de overeenkomsten vast te leggen projecten en de aan Suriname te bieden faciliteiten. Toen deze overeenkomsten eenmaal tot stand waren gebracht, nam de betekenis van de commissie af. Vanaf ca. 1955 behelsden haar adviezen slechts de behandeling van concrete verzoeken om de toekenning van beurzen, die werden uitgeschreven door de verschillende Specialized Agencies van de Verenigde Naties of de Verenigde Staten.
Vanaf 1966 werd ook door Nederland technische bijstand verleend door de uitzending van deskundigen. De adviescommissie speelde hierbij geen rol: de hulp geschiedde na rechtstreeks verzoek van een lid, van de landsministerraad aan de Nederlandse regering, zonder dat daaraan vooraf advies was ingewonnen. De taak van de commissie was dan ook beëindigd, toen de directe relaties tussen Suriname en de Verenigde Staten en andere internationale organisaties ophielden te bestaan. Bij Gouvernementsresolutie van 11 november 1959 nr. 10912 werd de commissie ontbonden.
4. De commissie voor intellectuele planning
Bij Gouvernementsresolutie van 22 oktober 1952, nummer 2779, werd een commissie voor intellectuele planning ingesteld. Deze commissie had tot taak:
  1. een onderzoek in te stellen naar de in Suriname bestaande behoeften aan theoretisch en praktisch opgeleide krachten voor hogere of specialistische functies;
  2. na te gaan welke mogelijkheden Suriname en Nederland hiertoe bieden;
  3. de regering te adviseren op het gebied van studiebeurzen, -opdrachten, -verloven, -detacheringen en -uitwisselingen alsmede over een doelmatige spreiding van studie van personen, die op eigen rekening in het buitenland studeren. ( Een uiteenzetting van de werkzaamheden treft men aan in de "Nota betreffende in het buitenland studerenden", inventarisnummer 38 van dit archief. )
Het hoofdbestanddeel van de werkzaamheden van de commissie bestond uit adviezen overeenkomstig punt 3; zij had aan de rest van haar taak voldaan door de inzending van een rapport "Nota betreffende in het buitenland studerenden" in mei 1954. ( Archivalia van deze werkgroep treft men aan in het archief van het Kabinet van de Gouverneur van Suriname, 1952 - 1975, inventarisnummer 3067. ) Voorzitter van de commissie was de directeur van het landsdepartement van Onderwijs en Volksontwikkeling. Omdat er een taakafbakening nodig was tussen de commissie en de Adviescommissie inzake Technische Bijstand, die immers adviseerde inzake de toekenning voor beurzen vanuit het buitenland, had de voorzitter van de Adviescommissie, die tevens directeur van het Kabinet van de Gouverneur was, zitting in de commissie voor intellectuele planning. Dit vergemakkelijkte de begeleiding van bursalen in Nederland aanzienlijk, omdat de directeur van het Kabinet van de Gouverneur ook langs andere kanalen inlichtingen kon inwinnen. Bij Gouvernementsresolutie van 11 november 1959, nummer 10912 werd naast de Adviescommissie inzake Technische bijstand ook deze commissie ontbonden. Dit geschiedde op advies van een werkgroep inzake de taakstelling van een in te stellen commissie personeelsopleiding, die voor het eerst op 7 juli 1959 bijeenkwam onder voorzitterschap van de directeur van het departement van Onderwijs en Volksontwikkeling. Een afvaardiging van het Kabinet van de gouverneur had hierin zitting. Bij beschikking van de landsminister van Onderwijs en Volksontwikkeling van 26 september 1959, nummer 1035, werd. de commissie Personeelsopleiding ingesteld, die tot taak had te adviseren op het gebied van de planning en de behoefte aan opleiding van het personeel in de ruimste zin des woords, en derhalve zowel de Advies-commissie inzake Technische Bijstand en de oude commissie voor intellectuele planning verving. Tot aan zijn vertrek naar Nederland nam mr C. Nagtegaal hieraan deel. ( Archivalia inzake deze commissie treft men aan onder de gedeponeerde stukken van mr Nagtegaal, archief van het Kabinet van de Gouverneur van Suriname, 1952 - 1975, inventarisnummers 3037 - 3042. )
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het archief van de voorzitter van de Adviescommissie inzake Technische Bijstand werd bijgehouden door het secretariaat van het Kabinet van de Gouverneur van Suriname. Het werd apart geadministreerd en van een eigen "Technical Assistance-agenda" voorzien; de stukken werden in numerieke rubrieken, "T.A.-dossiers", onderverdeeld, waarin globaal een onderscheid werd gemaakt tussen de organisatie van de commissie, de onderhandelingen over de verdragen, de informatie inzake de door de diverse instanties uit te voeren projecten, en de "training-grants" en "fellowships". Een apart, zich tot twee meter uitdijende rubriek "T.A. 5" betrof de sedert 1956 begonnen uitzending van deskundigen uit Nederland. Deze rubriek werd na de opheffing van de Adviescommissie voortgezet en apart geregistreerd; niettemin bevat zij in hoofdzaak briefwisseling van de gouverneur van Suriname of van de directeur van het Kabinet als diens vertegenwoordiger, zodat zij niet tot het archief van de Adviescommissie kon worden gerekend. De archivalia betreffende de commissie voor intellectuele planning werden aanvankelijk eveneens als "T.A.-archief" geregistreerd. Mr Nagtegaal had de beschikking over alle commissiestukken en voerde ook namens de commissie zelfstandig briefwisseling met Nederlandse instanties. Tijdens de voortzetting van de werkzaamheden van de commissie werden de archivalia beschouwd als bestanddelen van de rubriek "Onderwijs en Volksontwikkeling" in het archief van het Kabinet van de Gouverneur, zonder echter geagendeerd te worden.
De verwerving van het archief
De rechtstitel is (nog) onbekend

Inhoud en structuur van het archief

Verantwoording van de bewerking
In 1975 werd het archief met de overige nog aanwezige bestanddelen uit het gouvernementsgebouw in Paramaribo naar Nederland overgebracht om door de Tweede Afdeling van het Algemeen Rijksarchief te worden geïnventariseerd. Het werd als een afzonderlijk commissie-archief beschreven. De bestanddelen "T.A.-dossier 5" werden echter in de inventaris van het archief van het Kabinet van de Gouverneur verwerkt. Het restant werd nader beschreven; enkele uitgebreide rubrieken werden nader in nummers onderverdeeld. Zo vormt de rubriek "T.A. 4" een aparte afdeling in de systematiek, waarin de dossiers zijn ondergebracht. Op de dossiernummering is een concordantie gemaakt.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Digitaal Duplicaat: Voorzitter Adviescommissie Technische Bijstand, nummer toegang 2.10.27.03, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Adviescie. Technische Bijstand [digitaal duplicaat], 2.10.27.03, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn in kopievorm beschikbaar
Onder de stukken bevinden zich enkele foto's.

Bijlagen

Index op persoons- en zaaknamen
Naam
Inventarisnummer
Aalst, W.A.L. van
41
Antropologisch onderzoek
24
Beekhuizen, woningbouw door zelfhulp, foto's
18
Bertling, C.Tj.
1
Bevolkingsvraagstuk
35
Bosbouw-opleidingen
30
Bosnegers, handwerk
36
Brouwn, S.
41
Bruynzeel-huizen
18
Bye, J. de
30
Caraibische Commissie
19
Caribisch gebied, ontwikkelingshulp
19
Caribische trainingscursussen
29, 31
Chichester, G.H.
23
Citrusopleidingen
30
Fellowship of Home Economics (U.S.A.)
25
Food and Agricultural Organisation
29
Foreign Operation and Administration Mission
12, 13, 15-17, 23
Foreign Products Laboratory (U.S.A.)
23
Frijmersum, W.J.
32
Garnizoenspad, tomatenteelt
18
G.A.T.T.-fellowship
32
Geneeskundige Commissie
32
Gezondheidszorg
21, 26, 27
Grimmer, H.J. van
26
Groningen, (district Saramacca) kolonisatie
12
Hawaii, teeltmethoden
18
Hermelijn, A.A.
32
Houtverwerking
23
Huishoudelijke voorlichting
25
Huishoudkunde
25, 29
Institute for Inter American Affairs
12
International Cooperation Administration (U.S.A.)
19, 27, 30, 33
Internationale Arbeidsorganisatie, studiebeurzen
32
Justitie Pietas Fides, vereniging
34
Kalarvo Oberg
24
Kapitaalsinvesteringen
28
Kolonie "Creola"
12
Krum, A.A.
41
Kuyp, E. van der
27
Kwatta, groenteteelt, foto's
18
Laflin, A.
12
Landbouwtraining
30
Landbouwvoorlichting
12
Landsaarden, onderlinge verhouding
24
Lelydorpplan
12, 18
Lelydorpplan, komkommerteelt
18
Lima, (Peru), conferentie over Volksgezondheid
27
Linscheer, R.
32
Marktprojecten
12
Mutual Security Act
10
Mijnbouw
20
Narain, H.L.
30
Nederland, opleidingsmogelijkheden
1
Nederlandse Antillen, Surinamers in de
34
New Orleans, Interamerikaanse conferentie voor investeringen van privé-kapitaal
28
Olmtak, J.
32
Onverwacht, gemeenteweide, foto's
18
Onkosten der commissie
4
Pan American Sanitary Organisation, fellowship
32
Papierindustrie
23
Paramaribo, technische school Public Finance and Fiscal Politics Fellowship
32
Pulp-industrie
23
Rabiebestrijding bij runderen
18
Regeringsraad van Suriname
3
Rio de Janeiro, seminar over het bevolkingsvraagstuk
35
Sauers, J.W. van
32
Spectograaf-opleidingen
30
Stichting tot bevordering van het toerisme
36
Surinaams-Amerikaans Bureau voor Technische Samenwerking
2, 17, 21
Surinaamse technische school
22
Telecommunicatie-training
30
Tienjarenplan Suriname
14
Tjoe A Wie, L.E.
41
Toerisme
36
U.S.A. Operation Mission to Surinam
18
Verenigde Naties
1, 32, 32, 35
Verenigde Naties-Fellowship
32
Vereniging van Gerepatrieerden uit de Nederlandse Antillen
34
Visser, F.H.L.
32
Vliegveld-deskundigen
15
Volksvoorlichting
12
Watson, A.L.
32
Wilson, E.J.
41
Woningbouw door zelfhulp
12, 18
Ziekenhuizen
26
Concordantie van dossiernummers naar inventarisnummer.
  1. Documentatie:
    1. gedrukten: inventarisnummers 1, 16.
    2. in rondlezing: -
    3. correspondentie: inventarisnummers 4, 34.
  2. Instelling T.A. Commissie en Vergaderingen etc.: inventarisnummer 2.
  3. Notulen T.A.: inventarisnummers 5, 9.
  4. Bureau voor Amerikaans-Surinaamse Technische samenwerking te Parmaribo (F.O.A.): inventarisnummers 12, 14-27.
  5. Nederlandse Technische Bijstand: verwerkt in het archief van het Kabinet van de Gouverneur 1952-1975: inventarisnummers 1583-1664.
  6. Brieven en Adviezen Voorzitter Regeringsraad T.A.: inventarisnummer 3.
  7. Efficiency Experts: inventarisnummer 13.
  8. Studiebeurzen:
    1. Point IV - studiebeurs I.C.A.: inventarisnummers 28, 30, 31, 33.
    2. T.A.A. - U.N.O.: inventarisnummers 29, 32.
    3. Vocation Training - Porto Rico: inventarisnummer 29.
    4. Commissie voor Intellectuele Planning: inventarisnummers 38-41.
  9. (niet ingevuld).
  10. Basic Agreement: inventarisnummers 10, 11.
  11. Overeenkomst Nederland-Verenigde Naties: inventarisnummers 32, 35.