Terug naar zoekresultaten

3.03.78.01 Inventaris van het archief van de Arrondissementsrechtbank te Rotterdam, (1946) 1950-1979 (2000)

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

3.03.78.01
Inventaris van het archief van de Arrondissementsrechtbank te Rotterdam, (1946) 1950-1979 (2000)

Auteur

P. Ernst

Versie

06-02-2024

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2006 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Arrondissementsrechtbank te Rotterdam [periode 1950-1979]
Rechtbank Rotterdam 1950-1979

Periodisering

archiefvorming: 1950-1979
oudste stuk - jongste stuk: 1946-2000

Archiefbloknummer

37198

Omvang

6123 inventarisnummer(s); 635,00 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Arrondissementsrechtbank Rotterdam Kamer van Toezicht op de notarissen Openbaar ministerie (Parket)

Samenvatting van de inhoud van het archief

De opzet van het archief 1950-1979 is van algemeen naar bijzonder. Stukken van algemene aard bestaan hoofdzakelijk uit series correspondentie die door de rechtbank, de president en de griffier zijn gevormd en hebben een meer algemene strekking zoals de organisatie en het functioneren van de dienst. Bij de stukken betreffende de bijzondere onderwerpen is onderscheid gemaakt in Rechtspraak, Buitengerechtelijke zaken en het Parket. De Rechtspraak is weer onderverdeeld in de straf- en burgerlijke (civiele) rechtspraak. De strafrechterlijke stukken bestaan vooral uit procesdossiers, processen-verbaal en vonissen, zowel van enkel- als meervoudige kamers en rolboeken, rolregisters, en klappers daarop. Tot de civiele stukken behoren onder andere rolregisters, "audiëntiebladen", processen-verbaal van terechtzittingen in burgerlijke- en handelszaken, rekesten en beschikkingen en faillissementsdossiers. Tot de stukken betreffende buitengerechtelijke zaken behoren vooral registers en gedeponeerde akten en de dubbelen van repertoria van notarissen. Verder zijn er algemene stukken zoals notulen van de algemene vergaderingen, correspondentie van de president en benoemingen en ontslagen van leden van de rechterlijke macht. Daarnaast bevat het archief huishoudelijke en griffiezaken, zoals griffiecorrespondentie.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Arrondissementsrechtbank Rotterdam.
Geschiedenis
1.1.1 Transitie
“Tout les autorités judiciaires actuellement établies dans le sept départemens formés du territoire
de la ci-devant Hollande, sont et demeurreront supprimeés à compte du 1er Janvier 1811.
A partir du même jour, la justice, dans les dits départemens sera rendue conformément aux lois générales de l’Empire et par les tribunaux qui seront institués par nous”, aldus werd bij keizerlijk decreet van 18 oktober 1810 een einde gemaakt aan de justitiële lappendeken die al vanaf de middeleeuwen in Nederland bestond.
“Dans notre bonne ville de Rotterdam” betekent dit het einde van de schepenrechtspraak en de transitie naar een nieuw rechterlijk bestel, geschoeid op Franse leest. De oude kamer van schepenen, de kamer van commissarissen van kleine zaken- en vredemakers en de kamer van assurantiën, averij en zeezaken (het zgn. zeegerecht) worden vervangen door een ‘tribunaal première instance, een
justice de paix en een tribunaal de commerce’.
Rotterdam wordt hiermee gelijk gesteld aan de hoofdplaatsen der arrondissementen, welke rechtbanken zullen bestaan uit acht rechters met een individueel tractement van 3000 fr. per jaar. Vanuit de oude schepenkamer kwamen de heren G. Costerus, later president van de rechtbank,
J.J. Coenen en W.M. Swellengrebel de justitiële gelederen van de nieuwe rechtbank versterken.
De heer F. Hoogstraten, overleden in 1813, wordt de eerste president. De nieuw benoemde rechters leggen de eed af met een: “Vive l’Empereur, Vive Napoleon le Grand et le bien aimé!”. ( Mulder, J.W. ) De rechtbank te Rotterdam van 1811 tot 1900. Een uitgave t.g.v. de opening van het nieuwe gerechtsgebouw aan de Noordsingel. ( (Rotterdam, M. Wyt en zonen, 1900). Gemeentearchief Rotterdam, bibliotheek, inv.nr. XXIII, C68. )
1.1.2 Huisvesting
De rechtbank mag dan nu wel bestaan uit nieuwe magistraten, het omhulsel bleef eender. Een
eerste onderkomen wordt namelijk gevonden in de schepenkamer van het oude stadhuis.
Deze - met herinneringen gevulde kamer - wordt enige maanden later verruild voor een onderkomen in een gehuurd gebouw aan de Scheepmakershaven.
Ook hier was het verblijf van tijdelijke aard, want de rechtbank moet op zoek naar een andere lokatie nadat eind 1817 de huur door de eigenaar is opgezegd.... Op 1 november 1817 neemt de rechtbank daarom zijn intrek in de Stadsdoelen (St.Jorisdoelen) aan het Haagscheveer 33. Adresboek Rotterdam 1898 ( , pag. 31. ) De rechterlijke macht ( (Rotterdam, 1898). )
Eind negentiende eeuw, vooral na de vorming van een derde kantongerecht in 1888, is de toestand aldaar schier onhoudbaar. Er moet een drastische oplossing komen voor het nijpende ruimtegebrek. Hiervan is de noodzaak intussen doorgedrongen tot het ministerie en er wordt een nieuw paleis van justitie ontworpen waarvan de kosten f l. 356.000.- bedroegen.
Op 29 juni 1897 begint de bouw van het gerechtsgebouw aan de Noordsingel te Rotterdam met daarbij een nieuw Huis van Bewaring. Op 1 december 1899, nog net voor de eeuwwisseling, wordt
het gebouw opgeleverd dat aan alle eisen van de tijd voldoet.
​Vijftig jaar later - april 1953 - is er sprake van verbouw van het gebouw aan de Noordsingel en een mogelijke sloop van het Huis van Bewaring. Realisatie: komende zomer! Van dit alles is weinig terechtgekomen. Reden om voor hoofdofficier J.D. de Jong bij de installatie van mr. F.J.M. Nivard in april 1979 de hoop uit te spreken dat de nieuwe president als 'bouwpastoor' een nieuwbouw zal kunnen realiseren. Rotterdams Nieuwsblad ( , 3-4-1979, pag. 5. ) 'Installatie mr. F.J.M. Nivard tot nieuwe president'
1.1.3 Arrondissementsrechtbank Rotterdam.
In 1811, bij het ontstaan van de rechtbank, werden er 8 nieuwe rechters benoemd. Gedurende de negentiende eeuw namen echter de taak en competentie in gelijke tred toe, waardoor rechters en kamers werden toegevoegd aan de rechterlijke organisatie. In 1898, kort voor de verhuizing naar de Noordsingel, bestaat de rechtbank uit de president mr. J. van Heukelom, geassisteerd door twee vice-presidenten, 9 rechters, 5 rechter-plaatsvervangers en de griffier ( Adresboek Rotterdam 1898, pag. 31. De rechterlijke macht (Rotterdam, 1898). ) . Vier jaar later beschikt mr. J. van Heukelom, dankzij de nu ruimere behuizing, over twee vice-presidenten, 12 rechters!, 5 rechter-plaatsvervangers en eenzelfde griffier ( Adresboek Rotterdam 1903, pag. 30. De rechterlijke macht (Rotterdam, 1903). ) .
meervoudige kamer
Op 1 september 1938 treedt het bijzonder reglement en het reglement van orde voor de rechtbank Rotterdam in werking, welke reglementen sindsdien ongewijzigd bleven tot 1954. Ten tijde der vaststelling dezer reglementen was de rechtbank verdeeld in 5 meervoudige- en 6 enkelvoudige kamers. De meervoudige kamers zijn:
  • 1e kamer: alle familie zaken, ook strafzaken, van welke de burgerlijke rechter kennisneemt.
  • 2e en 3e kamer: alle andere burgerlijke zaken, behalve onteigeningszaken.
  • 4e kamer: onteigeningszaken.
  • 5e kamer: alle strafzaken, behalve die, waarvan de politierechter, de kinderrechter of de burgerlijke rechter kennis neemt.
  • 6e en 8e kamer: handels-, import-, export- en transport- en scheepvaartzaken
  • 7e Pleidooien kamer: de rechter geeft hier de partijen een laatste gelegenheid om de rechtbank tijdens een pleidooi nogmaals te informeren.
  • Vakantiekamer: de maanden juli en augustus vormen de gerechtelijke vakantie. In deze periode is een bijzondere vakantiekamer belast met de afdoening van de strafzaken en de spoed vereisende burgerlijke zaken.
De eerste, tweede en derde kamer kan bij haar hangende zaken in verband met haar aard, of in verband met een behoorlijke werkverdeling naar elkaar verwijzen. Deze kamers zijn voorts belast met de behandeling van strafzaken in de raadkamer. In de praktijk is de indeling gebaseerd op zeven meervoudige kamers. Deze indeling was aan de hand van de aard te behandelen zaken als volgt ingedeeld: de vijf kamers die er steeds geweest zijn, vervolgens de zesde kamer, die ook wel pleidooienkamer wordt genoemd, en dan de zevende kamer die ook wel de economische-kamer wordt genoemd.
enkelvoudige kamer
Een enkelvoudige kamer is belast met de behandeling van, volgens art. 288b wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering door de eerste-, tweede- of derde kamer verwezen, burgerlijke zaken. Daarnaast worden drie enkelvoudige rolkamers aangewezen voor de waarneming van de rolzitting van de eerste-. tweede- en derde kamer. De voor de eerste kamer bestemde zaken worden bij de rolrechter van die kamer aangebracht.
Alle voor de tweede en derde kamer bestemde zaken worden bij de rolrechter van de tweede kamer aangebracht, die een deel van deze zaken verwees naar de rolrechter van de derde kamer. Spoedeisende zaken konden ongeacht hun aard bij de rolrechter van de eerste, tweede of derde kamer worden aangebracht. Deze rolrechter kan zaken, die naar hun aard één van de beide andere kamers behoren, of indien een behoorlijke verdeling van de werkzaamheden behandeling door één van die beide andere kamers vorderde, naar de rolrechters van die andere kamer verwijzen.
Begin vijftiger jaren bestaat de rechtbank uit: de president en 4 vice-presidenten, 19 rechters en 15 rechter-plaatsvervangers. De griffier wordt ondersteunt door 12 substituut-griffiers. Het parket - officieel niet tot de rechterlijke macht behorend - telt 1 officier van justitie en 8 substituut-officieren van justitie ( Maasboekje 1954, pag. 114. Uitgave Gemeente Rotterdam, Gemeentedrukkerij. ) . De rechterlijke macht is in Rotterdam in dit tijdperk continue in beweging. Zo wordt in 1952 bij Koninklijk Besluit met ingang van 1 mei bij de arrondissementsrechtbank één enkelvoudige kamer voor de berechting van economische delicten ingesteld, één meervoudige kamer voor de berechting van economische delicten en één meervoudige economische kamer welke als raadkamer optreedt. ( Rotterdams Jaarboekje, 1952, pag. 39 (Rotterdam, W.L. & J. Brusse NV, 1953). ) . Deze kamers komen in de plaats voor de enkelvoudige kamer voor de berechting van strafzaken rakende het economische leven die al in 1942 was ingesteld en waarvan mr. G.L. Willige Gratama de eerst benoemde rechter was ( Rotterdams Jaarboekje, 1942, pag. XXV (Rotterdam, W.L. & J. Brusse Uitgeversmij., 1942). ) . Een jaar later, op 2 september 1953, wordt bij de Rotterdamse rechtbank een speciale verkeerskamer geïnstalleerd ter ontlasting van de gewone strafkamer, president is mr. F.P.E. Bloemarts ( Rotterdams Jaarboekje 1953, pag. 48 (Rotterdam, W.L. & J. Brusse NV, 1953). ) . Ingevolge de wijziging in de wet op de rechterlijke organisatie installeert de rechtbank in een bijzondere zitting op 1 januari 1957 twee nieuwe officieren en drie nieuwe substituut-officieren van justitie, omdat de parketten bij de kantongerechten zijn opgeheven en gevoegd zijn bij die van het arrondissement. De in functie zijnde leden van het OM worden bevorderd ( Rotterdams Jaarboekje 1957, (Rotterdam, W.L. & J. Brusse NV, 1957). ) . Het Kort Geding, al in de jaren dertig 'populair' geworden onder mr. Telting, neemt bij de rechtbank Rotterdam een hoge vlucht. Mr. J.G.L. Reuder, president van 1958 tot 1979, doet uitspraak in honderden gedingen per jaar ( Gemeentearchief Rotterdam. 'Uiteenzetting van het karakter van de Rotterdamse rechtspraak en de populariteit van het Kort Geding' door de president van de rechtbank, mr. J.G.L. Reuder, d.d. 25 september 1963. Geluidsarchief: CD 868, orgineel GB 94. ) en hoewel de Kort Gedingen alleen bedoeld zijn voor spoedeisende zaken, is de lijfspreuk van de president: "als je bij mij komt, moet je wel haast hebben" (Waanders, Rotterdam mijn stad, deel 14, pag. 338. (Zwolle, uitgeverij Waanders, 2002).). Overigens ziet de president in de helft van de aangespannen gedingen de zaak eindigen in een minnelijke schikking tussen beide partijen. De invoering van een nieuw tweede burgerlijk wetboek in de zomer van 1976 en de nieuwe wet op de bijzondere vennootschappen (BV's) doet het werk bij de rechtbank evenredig toenemen ( Gemeentearchief Rotterdam. Interview met mr. M.C. de Graaff, ex-griffier van het kantongerecht, oud-secretaris van de Kamer van Toezicht en ex-griffier van de rechtbank Rotterdam, d.d. 5 september 1978. Geluidsarchief: CD 749, orgineel GB 1057. ) . Aan het eind van de jaren zeventig bestaat de Rotterdamse organisatie uit de president, mr. Nivard, 9 vice-presidenten, 19 rechters, 29 rechter-plaatsvervangers (waarvan 2 gerechtsauditeuren), 1 griffier, 1 substituut-griffier, 11 waarnemend-griffiers en 11 waarnemend-griffiers met buitengewoon verlof. Daarnaast bestaat het parket uit 1 hoofd-officier van justitie, mr. J.D. de Jong, 3 arrondissements-officieren van justitie eerste klasse, 6 arrondissements-officieren van justitie, 1 substituut-officier van justitie, 4 plaatvervangende officieren van justitie en 1 verkeersschout ( Maasboekje 1979, pag. 142. Uitgave Gemeente Rotterdam, Gemeentedrukkerij. ) . Eind 1899 wordt de rechtbank ondergebracht in het gerechtsgebouw aan de Noordsingel te Rotterdam met daarbij een nieuw Huis van Bewaring. Vijftig jaar later - april 1953 - is er sprake van verbouw van het gebouw aan de Noordsingel en een mogelijke sloop van het Huis van Bewaring. Realisatie: komende zomer ! Van dit alles is weinig terechtgekomen. Reden om voor hoofd-officier J.D. de Jong bij de installatie van mr. F.J.M. Nivard in april 1979 de hoop uit te spreken dat de nieuwe president als 'bouwpastoor' een nieuwbouw zal kunnen realiseren ( Rotterdams Nieuwsblad, 3-4-1979, pag. 5. 'Installatie mr. F.J.M. Nivard tot nieuwe president' . ) .
1.2 Territorium
Nederland telt 19 arrondissementen, waarvan de
arrondissementsrechtbank Rotterdam er één van is.
De rechtbank behandeld zaken in eerste- en
tweede aanleg.
Tot 1 januari 2002 waren de 62 kantongerechten
onafhankelijk, daarna resorteren zij onder de
arrondissementsrechtbanken.
Embedded Image
bron: www.rechtspraak.nl
2. Praesidium 1950 - 1979
Gedurende de periode 1950 - 1979 zijn vijf presidenten aan de arrondissementsrechtbank Rotterdam verbonden geweest.
Mr. dr. G.L. van Oosten Slingeland (oktober 1949- februari 1950)
Mr. dr. G.L. van Oosten Slingeland werd op in oktober 1949 geïnstalleerd als president van de Rotterdamse rechtbank. Hij volgde in die hoedanigheid mr. H. de Bie op. Temeer omdat zijn ambtsperiode binnenkort zou zijn afgelopen werd zijn benoeming gezien als waardering voor zijn gehele loopbaan. Die loopbaan bestond uit diverse rechterlijke functies bekleed te hebben bij de rechtbank te Arnhem ,waar hij in 1930 tot vice-president benoemd werd. Van Oosten Slingeland stond bekend als harde werker. Hij en zijn werkkamer, met de immer brandende verlichting in de avond, stond bij de rechtbank bekend als 'de nachtploeg'. Wegens ziekte moest Van Oosten Slingeland (70) begin 1950 zijn taken neerleggen en kort daarop werd hem eervol ontslag verleend. In 29 april van dat jaar werd Van Oosten Slingeland benoemd tot ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw. Van Oosten Slingeland overleed op 5 mei 1964 in De Steeg. ( Rotterdams Jaarboekje 1950, 3 okt. 1949 (Rotterdam, W.L. & J. Brusse Uitgeversmij. 1950)., Rotterdams Jaarboekje 1951, 25 febr. 1950 (Rotterdam, W.L. & J. Brusse Uitgeversmij. 1951)., Rotterdams Parool, 4-10-1949, pag.2 'Installatie president en vice-president' , Rotterdams Parool, 1-3-1950, pag. 2 'Presidentwisseling bij de Rotterdamse rechtbank'. ) .
Mr. J. van Vollenhoven (maart 1950 - maart 1957)
Met het alleen het vervullen van de vereiste formaliteiten werd vice-president mr. J. van Vollenhoven (geb. 15 juni 1889) op 1 maart 1950 benoemd tot nieuwe president. Mr. van Vollenhoven, Rotterdammer van geboorte, studeerde op het Erasmiaans Gymnasium en na zijn doctoraal rechten werd hij in 1917 adjunct-inspecteur der directe belastingen te Hoorn en een jaar later inspecteur. In 1920 vertrok hij naar Nederlands Indië. In Semarang vervulde hij het inspecteurschap-financiën. In 1924 werd hij in het particuliere leven secretaris van de Indische Ondernemersbond te Batavia. In 1932 werd van Vollenhoven gerepatrieerd en vestigde zich als advocaat en procureur te Schiedam. Twee jaar later wordt hij rechter-plaatsvervanger bij de Rotterdamse rechtbank en in 1937 rechter waar hij als politierechter zeer bekend wordt.
In 1946 wordt hij benoemd tot vice-president. Andere benoemingen zijn ondermeer raadsheer bij het bijzonder Gerechtshof voor de berechting van oorlogsmisdadigers in Den Haag en in 1947 vice-president van datzelfde hof. In 1957 verlaat hij Rotterdam om als president van het Arnhems belastinggerechtshof het vice-presidentschap aldaar te bekleeden. Als president van de Rotterdamse rechtbank behandelde hij soms meer dan 20 Kort Gedingen per week.
Mr. van Vollenhoven heeft naast zijn rechterlijke functie's nog tal van functie's bekleed. Zo was hij plv-voorzitter van de Tariefcommissie te Amsterdam, voorzitter van de Raad van Beroep der directe Belastingen, regent van de strafgevangenis, bestuurslid van het Hofje Gerrit de Koker, commissaris van de Diergaarde Blijdorp en voorzitter van de Spijtoptantencommissie. Laatstgenoemde commissie is voor personen die spijt hebben van het aannemen van de Indonesische nationaliteit na de soeveraniteitsoverdracht. Hij is trouw bezoeker van de Groote Sociëiteit Amicitia en placht gaarne een 'Braziligar'op te steken. Mr. van Vollenhoven overleed op 27 juli 1967 ( Rotterdams Jaarboekje 1958, 6 febr. 1957 (Rotterdam, W.L. & J. Brusse NV, 1958), Rotterdams Parool, 1-3-1950, pag. 2 'Presidentwisseling bij de Rotterdamse rechtbank', De Rotterdammer, 6-2-1957, pag. 5 'Mr. J.van Vollenhoven zal Rotterdam verlaten', Rotterdams Parool, 7-2-1957, pag. 3 'Mr. J. van Vollenhoven gaat naar Arnhem', Nederlands Patriciaat 1967, pag. 272-331. 'Van Vollenhoven', Rotterdams Jaarboekje 1968, pag. 231-233 Mr. J. van Vollenhoven, 15 juni 1889 - 27 juli 1967' éloge door mr. A. Dirkzwager. (Rotterdam, W.L. & J. Brusse NV, 1968). ) .
Mr. J. Overwater (maart 1957 - juni 1958)
Mr. J. Overwater was een telg uit een Zuidhollands boerengeslacht en werd op 25 februari 1882 te Barendrecht geboren. Net als zijn voorganger studeerde hij aan het Erasmiaans Gymnasium en daarna rechten in Leiden. In 1919 promoveerde hij met een proefschrift over de reclassering van minderjarigen. Een jaar later wordt hij secretaris van het genootschap voor zedelijke verbetering en in 1921 secretaris van de voogdijraad te Amsterdam. In 1932 wordt hij kinderrechter te Rotterdam. In 1947 wordt hij vice-president van de rechtbank waar hij leiding geeft aan de kamer voor familiezaken. In datzelfde jaar benoemd tot ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw tijdens het 25-jarig jubileumbijeenkomst over het Nederlandse kinderrecht.
Hij werkte in een tweetal commissies, aan de eerste herziening van het (kinder)strafrecht en die van pleegkinderen. (o.a. met prof. Pompe, van het centraal college voor de reclassering). Ook presideerde hij een commissie voor de FIOM die leidde tot de adoptiewet van januari 1957. Hij was voorzitter van de Federatie voor de Kinderbescherming én van het comité van kinderpostzegels. Mr. Jacobus Overwater overleed geheel onverwacht op donderdag 13 juni 1958 in de leeftijd van 66 jaar ( Rotterdams Jaarboekje 1958, 26 maart 1957 (Rotterdam, W.L. & J. Brusse NV, 1958), Rotterdams Parool, 27-3-1957, pag. 3. 'Mr. Overwater president van de Rotterdamse rechtbank', De Rotterdammer, 16-6-1958, pag. 4. 'Humaan rechter met warm hart voor kinderbescherming Mr. J. Overwater (66) donderdag overleden'. ) .
Mr. J. G.L. Reuder (augustus 1958 - april 1979)
Mr. J.G.L. Reuder (Jan, voor intimi) werd na het onverwacht overlijden van zijn voorganger in augustus 1958 tot president van de rechtbank benoemd. Hij was een geboren Rotterdammer, (14-3-1909) die studeerde aan het Erasmiaans Gymnasium. Zijn rechterlijke loopbaan begon hij als waarnemend-griffier bij de rechtbank terwijl hij tevens een advocatenpraktijk uitoefende (1932-1940). Op 4 mei 1939 ontving Johannes George Levin Reuder zijn doctorsbul in de rechtsgeleersdheid met het proefschrift "De grondtrekken van 't procesrecht der vrijwillige rechtspraak".
In 1940 volgde zijn benoeming tot substituut-griffier aan de rechtbank. Drie jaar later werd mr. Reuder door de Duitse bezettingsauthoriteiten ontslagen. Na de oorlog kwam hij terug bij de rechtbank aan de Noordsingel. In 1946 volgde zijn benoeming tot rechter. Na een loopbaan van 47 jaar werd hem in 1979 eervol ontslag verleend. Mr. Reuder (70) werd bij die gelegenheid benoemd tot commandeur in de orde van Oranje Nassau. De 'meester van het Kort Geding' werd al zingend uitgeluid door het advocatengilde met mr. Ten Have aan de piano. 'de heer zij ons genadig' waren zijn laatste woorden in functie. Op 29 maart 1999 overleed hij op negentigjarige leeftijd ( Rotterdams Parool, 15-8-1958, pag.3. 'Mr. Reuder, president van de rechtbank', Rotterdams Nieuwsblad, 31-3-1979, pag.5. 'Mr. Reuder met ontslag', Rotterdams Jaarboekje 1980, 30 maart 1979 (Rotterdam, W.L. & J. Brusse NV, 1980). ) .
Mr. F.J.M. Nivard (april 1979 - maart 1988)
Mr. F.J.M. Nivard heeft over de periode 1950-79 slechts kort zijn presidentschap mogen uitoefenen. Voor het merendeel bestrijkt zij de periode ná 1979. Bij zijn installatierede maakte hij gewag over: "de onderbezetting rechterlijke macht die een chronische kwaal wordt." In 1988 wordt hij bij zijn afscheid benoemd tot commandeur in de orde van Oranje Nassau welke versierselen hem worden omgehangen door minister van justitie B. Korthals Altes ( Rotterdams Nieuwsblad, 3-4-1979, pag. 5. 'Installatie mr. F.J.M. Nivard tot nieuwe president', Rotterdams Nieuwsblad, 1-3-1988, pag.15. 'Mr. Ter Kuile nieuwe president van de Rotterdamse rechtbank'. )
Datum Gebeurtenis
Presidenten
15-08-1949 - 17-02-1950 G.L. van Oosten Slingeland
17-02-1950 - 30-01-1957 J. van Vollenhoven
23-03-1957 - 12-06-1958 J. Overwater
04-08-1958 - 01-04-1979 J.G.L. Reuder
04-01-1979 - 01-03-1988 F.J.M. Nivard
Datum Gebeurtenis
Vice-presidenten
04-05-1946 - 16-02-1950 J. van Vollenhoven
02-05-1947 - 23-03-1957 J. Overwater
15-08-1949 - 01-10-1959 H.M.B. ter Haar Romenij
29-04-1950 - 14-02-1959 T.P.E. Bloemarts
29-o4-1950 - 30-11-1950 G.L.W. Gratama
16-01-1950 - 22-09-1952 W. Schenk
07-04-1953 - 01-09-1962 J.C. Berenschot
17-03-1956 - 04-08-1958 J.G.L. Reuder
23-03-1957 - 01-08-1959 Ch. J. Enschedé
05-12-1958 - 01-12-1981 L. Erades
19-03-1959 - 01-07-1977 J.C. van Panthaleon
02-09-1959 - 01-12-1982 H.E. van Opstal
02-09-1959 - 01-04-1983 P.J.C. Schipper
02-09-1959 - 11-05-1962 W. Nieuwenhuijzen
18-06-1962 - 04-01-1979 F.J.M. Nivarda
18-06-1962 - 01-04-1969 R.J. Brunner
17-10-1962 - 25-03-1964 L. van Dijk
14-07-1964 - 07-08-1974 A.R. Jolles
21-11-1966 - 22-04-1969 C. Stol
21-03-1969 - 01-08-1978 G.J.E. Poerink
06-06-1969 - 01-03-1988 S. Oudkerk
07-11-1972 - 01-04-1977 J.C. Hudig
02-01-1974 - 12-09-1977 J.F. Bellaart
09-12-1974 - 01-10-1982 J.L.M. Elders
13-05-1977 - 03-09-1981 A.D. Mijs
18-03-1978 - ?? C.H.B. Boot
06-07-1978 - 01-03-1988 L.F.D. ter Kuile
09-06-1979 - ?? T. Fransen
Datum Gebeurtenis
Rechters
07-04-1927 - 01-12-1958 A. Dirkzwager
20-05-1937 - 29-04-1950 T.P.E. Bloemarts
10-05-1941 - 28-04-1959 G.L.W. Gratema
22-08-1942 - 15-01-1951 W. Schenk
05-07-1943 - 08-04-1947 H.B. van Riessen
17-04-1947 - 17-12-1951
04-08-1943 - ?? A. Heijnsius
01-09-1945 - 27-12-1945 L.Hollander
31-05-1946 - 13-01-1956
10-05-1946 - 15-04-1951 G.S. Noijon
04-10-1946 - 16-03-1956 J.G.L. Reuder
04-10-1946 - 01-10-1959 Ch. J. Enschede
05-11-1947 - 01-04-1977 of 06-11-72 J.C. Hudig
01-04-1948 - 01-12-1981 of 04-12-58 L. Erades
17-09-1948 - 07-02-1956 C.A. de Meijere
01-10-1949 - 01-08-1981 of 19-03-59 J.C. van Panthaleon (baron van Eck)
17-02-1950 - 23-09-1959 H.E. van Opstal
17-02-1950 - 01-09-1959 P.J.C. Schipper
20-06-1950 - 01-09-1959 W. Nieuwenhuijsen
20-06-1950 - 26-05-1957 P.A. Achterberg
13-01-1951 - 14-07-1960 C.W. de Visser
13-01-1951 - sept-okt 1961 S.H. Sieperda
01-05-1951 - sept-okt 1961 P. Hazendonk
07-08-1952 - 07-08-1974 A.R. Jolles
10-07-1953 - 18-06-1962 T.J.H. Nivard
13-01-1954 - 15-10-1956 R.J. Brunner
21-08-1956 - 08-02-1960 D.A. van der Linde
21-08-1956 - 16-10-1962 L. van Dijk
11-04-1957 - ?? W.W. van Valkenburg
10-08-1957 - 30-03-1969 G.J.E. Poerink
19-08-1957 - 16-07-1964 E.J. Rosen Jacobson
29-01-1958 - 02-10-1967 P. Beukenhorst
29-01-1958 - 30-06-1966 H.J.J. van den Biezen
22-07-1959 - 20-11-1966 C. Stol
14-09-1959 - 26-03-1969 J. Heursing
17-03-1960 - 21-04-1969 A.J. Roem
17-03-1960 - 15-01-1968 P.A. Roggen
09-04-1960 - 26-06-1974 E.K.Chr. Schröder
14-09-1960 - 17-10-1961 W.J. Slagter
11-02-1961 - 19-05-1983 D. van Leijden
20-03-1961 - 28-06-1962 J.W. Ellis
13-04-1965 - 26-05-1970
17-11-1961 - 16-07-1970 W. Snijders
13-12-1961 - 25-09-1972 H. Oost
13-12-1961 - 01-09-1964 S. Royer
31-01-1962 - 02-04-1962 H. Schuurman
10-01-1963 - 01-09-1966 Ch. J. van Zeben
10-01-1963 - 16-03-1967 R.G.H. Beljaars
01-09-1964 - 05-01-1971 J.C. Gerbrandy
13-09-1964 - 05-01-1973 P.J. Bijleveld
07-01-1965 - 09-12-1974 J.L.M. Elders
07-01-1965 - 02-01-1974 J.F. Bellaart
06-08-1966 - 16-10-1972 H.J. Sorolea
30-08-1966 - 16-02-1970 W. van den Berg
21-11-1966 - 18-01-1977 J.J.M. van Benthum
17-02-1962 - 01-09-1967 C.H. Govaerts
14-07-1967 - 01-04-1968 J.A.L. Brada
29-09-1967 - 01-05-1974 J.M.L. Pompe
27-02-1968 - 06-06-1969 S. Oudkerk
27-02-1968 - 30-08-1968 W. Fränkel
03-05-1974 - 01-08-1984
01-04-1968 - 01-05-1970 Ch.W.E. Abbenhuis
24-05-1968 - 02-09-1977 W.A. van Deth
13-06-1969 - 01-08-1984 M. Wilschut
12-07-1969 - 30-07-1975 J.F. Prins
12-07-1969 - 01-10-1974 H. Franken
20-07-1969 - 10-01-1978 J.A. van Hasselt
28-07-1969 - 12-03-1976 H.J.W. van Duuren
15-06-1970 - 06-07-1978 L.F.D. ter Kuile
04-06-1971 - 28-02-1974 F.C.H.M. Robbers
04-06-1971 - 09-07-1979 T. Fransen
01-12-1971 - 20-04-1972 R.E.T.H. Oosterling
18-07-1972 - 12-06-1980 L.R. van der Weij
05-04-1973 - ?? R.E. Andringa - Blok
05-04-1973 - 23-11-1979 A.M. Biegman - Hartogh
28-07-1973 - 18-03-1978 C.H.B. Boot
28-07-1973 - 17-12-1976 H.F.J. Joosten
16-03-1974 - 01-10-1974 P.W.M. Broekhoven
31-07-1978 - 16-06-1981
09-08-1974 - 20-04-1979 J.M.G. van Loo
09-08-1974 - 24-11-1974 D.J. Bolderman
07-04-1975 - 05-07-1982 W.D. Meeter
27-06-1975 - 10-03-1982 R.C. Lensink - Bosman
23-08-1975 - 13-05-1977 A.D. Mijs
23-04-1976 - 04-09-1981 L. de Bruin
23-04-1976 - 01-09-1981 R. Herrmann
19-10-1976 - 20-12-1982 A.S.M. Horstink
21-04-1977 - 02-01-1985 H.C. Prins
21-06-1977 - 01-09-1988 N.P. Muusse
21-06-1977 - 22-03-1983 M.F.L.M. van der Grinten
06-10-1977 - 17-08-1983 F.L.J.M. Heijnen
23-05-1978 - 21-05-1986 C.P. Briët
31-07-1978 - 16-06-1981 P.W.M. Broekhoven
04-08-1979 - 21-02-1983 J.G.W. Willems-Morsink
07-03-1979 - 17-04-1989 C. de Groot
10-03-1979 - 11-12-1980 A.M.L. Muides
09-10-1979 - 23-01-1987 A.N. van Zelm van Eldik
Datum Gebeurtenis
Rechter-plaatsvervangers
12-04-1937 - 01-07-1954 J. Dutilh
12-04-1937 - 01-09-1954 G.J. Lijcklama Nijeholt
01-09-1939 - 01-12-1973 D.A. Hoogenraad
21-10-1942 - 01-03-1963 W.E.M. van Rossem
10-05-1944 - 01-06-1967 N.J. Brink
09-10-1946 - 01-10-1976 G. Belzer
03-07-1948 - 01-07-1980 R. Michielsen
03-07-1949 - 17-04-1952 J.C. Berenschot
21-06-1949 - 29-06-1950 W. Nieuwenhuijsen
21-06-1949 - 11-08-1951 J.A. Abbing
28-11-1949 - 03-11-1975 B. Moret
02-08-1952 - ?? C.W. de Visser
22-09-1942 - 01-11-1957 H. Schadee
07-10-1942 - 08-10-1953 Ph. A.N. Houwing
07-10-1942 - 01-03-1963 W.E.H. van Rossem
14-04-1944 - 01-07-1967 N.J. Bink
13-04-1944 - 01-03-1958 J. van der Poel
25-06-1946 - 01-07-1976 G. Belzer
03-07-1948 - 01-05-1967 W. Suermondt
03-07-1948 - 25-04-1965 R. Michielse
21-05-1949 - 26-05-1953 J.C. Benschot
21-06-1949 - 01-01-1962 J.A. Abberig
20-11-1949 - 03-11-1975 B. Moret
04-07-1950 - 01-01-1968 J.A.L.M. Loeff
04-07-1950 - 15-10-1956 D.A. van de Linde
26-01-1951 - 12-01-1954 N.J. Brunner
10-02-1951 - 01-11-1952 R.A.J. de Wijkerslooth - de Weerdesteijne
10-02-1951 - 10-05-1955 M.E. Tjaden
06-08-1952 - 07-10-1957 J.W. Knottenbelt
17-06-1954 - 18-03-1955 M. Rutgers v.d. Loeff
15-10-1955 - 15-10-1957 A.J.Ph. de Haseth Möller
24-11-1955 - 01-10-1972 R.J. Mulder
13-05-1957 - 27-05-1958 J.W. Ellis
12-08-1957 - 01-08-1974 J. Swart
12-08-1957 - 01-11-1974 A. Blussé van Oud Alblas
12-08-1957 - 17-11-1959 W.E. Boules
12-08-1957 - 14-02-1962 A. Bockwinkel
12-08-1957 - ?? I.J. Dutilh
12-08-1957 - ?? T. Dreon
18-11-1957 - ?? P.G. Prins
29-01-1958 - 31-01-1959 H.J.J. van den Biezen
01-02-1961 - 18-09-1965 Jhr. R. Feith
01-02-1961 - 16-04-1965 R.R. Portheine
11-10-1961 - 28-06-1962 J. de Castro Yohai
18-01-1962 - ?? W.J. Slagter
18-01-1962 - 16-04-1965 E. Muller
18-01-1962 - 18-01-1963 Ch.J. Zeben
19-09-1962 - 24-06-1965 Th.E. Rueb
19-09-1962 - 01-09-1964 J.C. Gerbrandy
20-12-1962 - 01-09-1964 P.J. Bijleveld
25-02-1963 - ?? A.F.A. van Velzen
25-02-1963 - 13-10-1978 G. de Groot
18-03-1963 - 05-12-1968 J.H.F. Zandhuis
05-04-1963 - 20-02-1965 E.J. Anneveldt
14-07-1964 - 09-02-1967 S.J.M. v. Delden v. d. Belt
19-10-1964 - 01-10-1969 S. Royer
04-12-1964 - ?? P. van Schravendijk
14-06-1965 - 02-09-1968 A.S. Fransen van de Putte
14-06-1965 - ?? R.E. Japikse
16-02-1966 - 17-02-1967 C.H. Govaerts
31-05-1967 - 04-10-1979 A.R. Bloembergen
01-08-1966 - 20-05-1971 Ch.J. van Zeben
29-09-1966 - ?? C.H. Verstegen - Kettlitz
16-11-1966 - 06-10-1968 R.G. Holtz
08-02-1967 - 26-02-1968 W. Fränkel
03-04-1967 - 28-07-1969 H.J.W. van Duuren
14-07-1967 - 12-07-1969 J.F. Prins
29-08-1967 - 28-07-1969 J.A. van Hesselt
03-07- 1968 - 13-01-1969 M. Wilschut
20-12-1968 - 20-10-1970 H. Singer - Dekker
24-09-1969 - 15-06-1970 L.F.D. ter Kuile
16-10-1969 - 06-11-1972 B.F.N. Böcker
10-11-1969 - 27-01-1977 Jhr. J.J. van der Goes van Naters
23-09-1970 - 15-06-1972 J. de Castro Yohai
07-08-1971 - 07-12-1971 R.E.Th. Oosterling
08-12-1971 - 18-07-1972 L.R. van der Weij
26-01-1972 - 05-04-1973 A.M. Biegman - Hartogh
28-04-1972 - 23-12-1978 I.P. Michiels van Kessenich - Hoogendam
27-03-1973 - 21-04-1977 H.C. Prins
15-11-1973 - ?? J. van Anken
02-02-1974 - ?? M.A. van Peski
28-02-1974 - ?? J.J.M. Kauling freks
05-04-1974 - ?? H.J. Sorolea ( was al rechter tussen '66 en '72 )
10-04-1974 - ?? A.B.L. Blessing
24-05-1974 - 23-04-1976 L. de Bruin
27-06-1974 - 23-04-1976 R. Herrmann
17-06-1974 - 27-06-1975 R.C. Lensink - Bosman
17-08-1974 - ?? H.C.G.L. Polak
07-10-1974 - ?? H. Franken
24-01-1975 - 19-10-1976 A.S.M. Horstink
22-02-1975 - 21-06-1977 N.P. Muusse
08-03-1975 - ?? J.M.L. Pompe
12-05-1975 - 20-06-1977 M.F.L.M. van der Grinten
21-05-1971 - ?? C.P.Ch.M. Oomen
07-11-1975 - ?? L.M.J. van Gool
09-06-1976 - ?? J.M. Dunné
22-06-1976 - 06-10-1977 F.L.J.M. Heijnen
29-12-1976 - 23-05-1978 C.P. Briët
02-10-1977 - ?? K.S. van Ruth - van Heuven Goedhart
30-10-1977 - 04-08-1979 J.G.W. Willems - Morsink
14-04-1978 - ?? J.J.H. Gerritsen
14-04-1978 - ?? J.H. Nieuwenhuis
Voorzitters van de Raad van Beroep Sociale Verzekeringen
In 1917 zijn alle toen bestaande Raden van Beroep opgeheven en is een zevental nieuwe raden van beroep ingesteld (waaronder in Rotterdam). Hierbij werd de voorzitter opnieuw benoemd.
In 1992 zijn de Raden van Beroep opgegaan in de sector Bestuursrecht.
Datum Gebeurtenis
1941 - 1952 S.A. la Rivière
1952 - 1962 U.J.W. Sibmacher van Nooten
1963 - 1981 E. Mulder
3. Kamer van Toezicht op de notarissen.
Naast de rechterlijke macht is er in het Rotterdamse nog een Kamer van Toezicht op de notarissen, advocaten, procureurs en deurwaarders. De president van de rechtbank is ambtshalve voorzitter van deze Kamer van Toezicht. Verder bestaat de Kamer van Toezicht uit 2 notaris-leden, 2 leden door de minister aangewezen, plus de griffier van de rechtbank die als secretaris fungeert.
De Kamer is verantwoordelijk voor de toezicht op de notarissen die resideren binnen het arrondissement. De notarissen kunnen kwestieuze te verlijden akten bij de Kamer melden. Ook bemiddeld de Kamer van Toezicht in geschillen tussen notarissen onderling én tussen notaris en cliëntele. De Kamer van Toezicht is autonoom en er bestond in de periode 1950-79 geen landelijk overkoepelend orgaan ( Gemeentearchief Rotterdam. Interview met mr. M.C. de Graaff, ex-griffier van het kantongerecht, oud-secretaris van de Kamer van Toezicht en ex-griffier van de rechtbank Rotterdam, d.d. 5 september 1978. Geluidsarchief: CD 749, orgineel GB 1057. ) .
4. Openbaar Ministerie (Parket)
Hoewel het Parket organiek niet tot de rechtbank behoort zijn de registers van het parket toegevoegd aan het archief van de arrondissementsrechtbank Rotterdam ( Huijbrecht, C.R. (e.d.) Werkboek inventarisatie rechtelijke archieven 1838-1940 (Den Haag, 1991, pag. 64 en pag. 78). ) . Het betreft hier de parketregisters strafzaken, de parketregisters economische delicten en de parketregisters belastingzaken.
5. De rechtspraak
5.1 Algemeen
Als uitgangspunt voor de indeling van het Nederlands staatsrecht hanteren we de theorie van de "Trias Politica" van Montesquieu. Wij gaan hierbij niet uit van een spreiding der machten maar van een driedeling van overheidsfuncties, te weten regelgeving, bestuur en rechtspraak.
De rechterlijke macht is het overheidsorgaan waaraan de de functie rechtspraak, althans een belangrijk deel daarvan, is opgedragen. De hoofdlijnen van de bevoegdheid en de inrichting van de rechterlijke macht zijn geregeld in het zesde hoofdstuk van de Grondwet. Daarin treffen wij evenwel geen opsomming aan van de tot die rechterlijke macht behorende gerechten. Art. 116 bepaalt namelijk dat deze door de wetgever worden aangewezen.
De rechterlijke macht bestaat uit de zittende magistratuur, die word gevormd door de leden die zijn belast met de rechtspraak en de staande magistratuur, het openbaar ministerie (OM) De leden van het OM zijn, met uitzondering van de procureur-generaal bij de Hoge Raad, hiërarchisch ondergeschikt aan de minister van justitie.
De leden van de rechterlijke macht met rechtspraak belast en de procureur-generaal bij de Hoge Raad worden bij koninklijk besluit voor het leven benoemd. De aldus gewaarborgde onafhankelijkheid van de rechter houdt in dat hij binnen het staatssysteem aan zelfstandige, niet ondergeschikte positie inneemt. Hij is aan de wetgever en het bestuur geen verantwoording schuldig over de wijze waarop hij zijn taak uitoefent. Er zijn evenwel waarborgen geschapen om met behoud van een onafhankelijke positie het gevaar van willekeur te voorkomen. Deze zijn gelegen in :
  • de gebondenheid van de rechter aan de wet welke als uitgangspunt dient voor de rechterlijke beslissing;
  • de mogelijkheid van hoger beroep;
  • de verantwoording die de rechter verschuldigd is in de vorm van motivering van zijn beslissing tegenover partijen en tegenover de samenleving als geheel.
Competentie en organisatie van de rechterlijke macht zijn onder andere geregeld in de Wet op de Rechterlijke organisatie, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en het Wetboek van Strafvordering.
5.2 Taak en absolute competentie
De arrondissementsrechtbank heeft tot taak in eerste aanleg kennis te nemen van alle burgerlijke rechtsvorderingen uitgezonderd die welke behoren tot de bevoegdheid van de kantongerechten, de hoven en de Hoge Raad (de laatste twee behandelen slechts bij uitzondering civiele zaken in eerste aanleg) alsmede het grootste deel van de strafzaken.
Van een vonnis van de rechtbanken staat in het algemeen beroep open op het "Gerechtshof".
Uitgesloten van beroep zijn onder andere rechtsvorderingen beneden de zogenaamde appèllabiliteitsgrens (oorspronkelijk f 400,=). Verder doet de rechtbank recht in hoger beroep van vonnissen van de kantonrechter. Anders dan in de Franse rechtelijke organisatie bestaan sinds 1838 geen afzonderlijke rechtbanken van koophandel: de arrondissementsrechtbanken zijn tevens bevoegd in zaken van koophandel. Het onderscheid tussen zaken van koophandel (waarvoor bijzondere procedureregels golden) en andere zaken bestond tot 1934. In de taak, de absolute competentie en de procedures van de rechtbanken werden meermaals veranderingen aangebracht ( Huijbrecht, C.R. (e.d.) Werkboek inventarisatie rechterlijke archieven, 1838-1940 (Den Haag, 1991). ) .
5.3 Arrondissement
5.3.1 Zittende magistratuur
De arrondissementsrechtbank bestaat uit een aantal rechters en plaatsvervangende rechters, die voor het leven worden benoemd door de Kroon. De grotere rechtbanken zijn verdeeld in kamers van tenminste drie rechters, onder wie de president of vice-president. De rechters vonnissen in burgerlijke zaken in oneven aantal, doch tenminste met drie rechters.
Sedert 1909 ( Wet van 27 september 1909, Staatsblad 1909, art. 324. ) was het echter reeds mogelijk enkelvoudige kamers te vormen, maar van deze bevoegdheid is alleen in Amsterdam en Rotterdam gebruik gemaakt. Pas in 1932 werd bij iedere arrondissementsrechtbank een unus judex verplicht gesteld naar wie de rechtbank iedere zaak kan verwijzen. Strafzaken worden gewoonlijk bij de arrondissementsrechtbank door drie rechters afgedaan.
Naast de meervoudige kamers zijn er ook enkelvoudige kamers. Deze bestaan uit een alleen rechtsprekende rechter (unus judex):
  • De politierechter heeft als taak de vereenvoudigde behandeling van eenvoudige strafzaken waarin ten hoogte zes maanden gevangenisstraf kan worden opgelegd
  • De kinderrechter is belast met de behandeling van burgerlijke kinderzaken en kinderstrafzaken
  • De economische politierechter houdt zich uitsluitend bezig met de berechting van economische delicten.
De president van de arrondissementsrechtbank is bevoegd in "alle gevallen waarin het belang van partijen eenige onverwijlde voorzieningen bij voorraad vordert" een uitspraak in kort geding te doen. Zijn beslissing brengt echter geen nadeel toe aan de zaak ten principale (de zogenaamde bodemprocedure).
De arrondissementsrechtbank wordt bijgestaan door een griffier en aan hem ondergeschikte substituut-griffiers en klerken. Aan elke arrondissementsrechtbank zijn deurwaarders verbonden, zij worden aangesteld door het gerechtshof op voordracht van de rechtbank. Zij mogen tevens deurwaarder zijn bij de kanton-gerechten welke behoren tot het arrondissement waarin zij zijn aangesteld. Eén van de deurwaarders in het arrondissement wordt aangewezen als eerste deurwaarder, onder meer belast met het bewaren van de orde tijdens de terechtzittingen
5.3.2 Staande magistratuur
Het openbaar ministerie (OM), ook wel "het parket" genoemd, is ook per arrondissement ingedeeld. Het OM behoort niet echter tot de rechterlijke macht, de voornaamste taak van de ambtenaren van het OM is het vervolgen van strafbare feiten.
In civiele zaken heeft het OM tot taak het aanbrengen van zaken die de openbare orde raken, bij voor- beeld zaken waarbij personae miserabiles (minderjarigen, onder curatele gestelden) betrokken zijn. Tot 1932 ( Wet van 3 december 1932, Staatsblad 1932, art. 577. ) was voorts in bepaalde zaken een preadvies of conclusie van het OM vereist alvorens vonnis kon worden gewezen.
5.4 Procedures
Hieronder volgt in het kort een overzicht van de procedures bij de arrondissementsrechtbank, de zogenaamde ´context van handelen´.
5.4.1 Strafrechtelijke zaken
1. Procesgang voor de meervoudige kamer:
  • Is er een strafbaar feit gepleegd, dan vindt een opsporingsonderzoek plaats door de politie en het openbare ministerie.
  • Aanhangig maken van de zaak door de officier van justitie- hetzij rauwelijks - hetzij na gerechtelijk vooronderzoek door de rechter-commissaris - en door betekening van een dagvaarding vanwege de deurwaarder aan de verdachte.
  • De zaak wordt op de zittingsrol gezet.
  • De zaak wordt door de deurwaarder uitgeroepen, verschijnt de verdachte niet dan kan de rechtbank verstek verlenen.
  • Behandeling van de zaak ter terechtzitting: onder andere door voorlegging van de zaak door de officier van justitie, verhoor van getuigen en deskundigen en verhoor van de verdachte
  • Vordering (requisitoir) van de officier van justitie, inhoudende straf of maatregel en strafbaar feit.
  • Antwoord en verdediging verdachte. Hierna kan de officier van justitie nogmaals het woord voeren. De verdachte heeft het laatst woord.
  • Van de zitting wordt door de griffier een proces-verbaal opgemaakt.
  • Na onderzoek ter terechtzitting volgt na beraadslaging in de Raadkamer (geheim), de uitspraak; direct of na bepaalde tijd.
  • Hierna volgt de uitspraak en het vonnis in een openbare zitting, waarvan proces verbaal wordt opgemaakt.
  • Tegen het vonnis is hoger beroep bij het gerechtshof of cassatie bij de Hoge Raad mogelijk.
2. Procesgang voor de enkelvoudige kamer:
De procesgang voor de politierechter, kinderrechter en economische politierechter verloopt op ongeveer dezelfde wijze als de procesgang voor de meervoudige kamer.
5.4.2 Burgerrechtelijke zaken
1. Meervoudige kamer bij dagvaarding; procesgang:
  • Dagvaarding, uitgebracht (betekent, geëxploiteerd) door de deurwaarder.
  • Plaatsing op de rol.
  • Afroeping zaak door deurwaarder. Wanneer de gedaagde niet verschijnt kan de rechtbank verstek verlenen.
  • Conclusie van eis door procureur van eiser en overlegging stukken en conclusie van antwoord door procureur gedaagde.
  • Hierop conclusie van antwoord namens eiser en daarop dupliek door gedaagde en eventuele andere conclusies.
  • Na nemen van conclusie kunnen pleidooien volgen of kan recht op stukken, d.w.z. zonder mondelinge toelichting gevraagd worden.
  • Na pleidooien kunnen stukken in handen van het openbaar ministerie worden gesteld, ter fine van conclusie.
  • Alvorens eindvonnis te wijze kan de rechtbank bij interlocutoir vonnis (tussenvonnis) bewijsvoering opleggen, door middel van verhoor van getuigen (enquête), bericht van
  • deskundigen, gerechtelijke plaatsopneming (oculaire inspectie, descente), het opleggen van een eed, verhoor op vraagpunten, boekenonderzoek, dwanguitgifte van akten en onderzoek naar de echtheid van een geschrift.
  • De rechtbank bepaalt het vonnis dat ter openbare zitting wordt uitgesproken. Hiervan wordt verslag (proces-verbaal) gemaakt door de griffier.
  • Tegen het vonnis kan hoger beroep bij het gerechtshof of cassatie bij de hoge raad worden ingesteld.
2. Meervoudige kamer, bij rekest
De rekestprocedure is eenvoudiger dan de dagvaardingsprocedure en begint met de inschrijving van het rekest in het register van rekesten. De behandeling van het verzoek vindt plaats in de raadkamer waarna de rechter een schriftelijke uitspraak doet in de vorm van een beschikking.
3. Faillissement
De faillissementswetgeving is geregeld in de faillissementswet 1893 en de procedure geldt zowel voor kooplieden als voor particulieren. De rekestprocedure is een bijzondere omdat het vonnis de faillissementsprocedure juist ingang zet. Sinds 1914 bestaat naast het faillissement de mogelijkheid tot het aanhouden van de faillietverklaring en het verlenen van surséance van betaling.
4. Opsluiting van krankzinnigen
Belanghebbende kunnen of bij de kantonrechter of via de officier van justitie bij de president van de rechtbank een rekest indienen ter machtiging tot plaatsing in een gesticht. Stukken betreffende de opsluiting van krankzinnigen kunnen dus zowel in het archief van de arrondissementsrechtbank als ook van het kantongerecht gevonden worden.
5. Enkelvoudige kamer, president in kort geding
Een kortgeding is bedoeld om op kort termijn een uitspraak te krijgen. Een behandeling in kort geding is slechts mogelijk wanneer aan twee eisen is voldaan: er moet sprake zijn van onverwijde spoed en een onmiddellijke voorziening is nodig. De zaak wordt aanhangig gemaakt bij dagvaarding of door vrijwillige verschijning van partijen. Tegen het vonnis staat hoger beroep open bij het gerechtshof.
6. Enkelvoudige kamer, kinderrechter
Het kinderrecht behoort tot de voluntaire rechtspraak en zaken vangen aan met het indienen van een verzoekschrift. De rechter roept altijd direct betrokken op als ouders, voogden en de raad voor de kinderbescherming voordat hij een uitspraak doet. De kinderrechter neemt deel aan alle zaken die betrekking hebben op kinderrechtzaken. Dit betekent dat civielrechtelijke en strafrechtelijke ondertoezichtstelling door de dezelfde rechter behandeld wordt.
5.4.3 Buitengerechtelijke zaken
1. Register ter inschrijving van akten van beraad (en aanvaarding onder het voorrecht van boedelbeschrijving)
Erfgenamen kunnen een nalatenschap aanvaarden zonder enig voorbehoud of onder het voorstel van boedelbeschrijving (beneficiaire aanvaarding) of verwerping. Indien de nalatenschap wordt verworpen, beneficiair aanvaard of wanneer gebruikt wordt gemaakt van het recht van beraad, dient een verklaring hieromtrent bij de griffie van de arrondissementsrechtbank te worden ingeschreven.
2. Register ter inschrijving van akten van overbrenging van de register van de burgerlijke stand
De dubbelen van de registers van de burgerlijke stand dienen elk jaar in januari te worden overgebracht naar de griffie van arrondissementsrechtbank. Van deze overbrenging wordt een akte opgemaakt die wordt ingeschreven in dit register. Deze registers en de dubbelen van de akten over de periode 1950-1979 worden niet met deze inventaris overgebracht maar zullen als een apart bestand worden geïnventariseerd ( Hoofd Rijksarchiefinspectie, machtiging met kenmerk CD/RAI/88/254, periode 1933-85 (d.d. 5 sept. 1988). ) .
3. Registers van akten van depot van dubbelen van repertoria van notarissen
De dubbelen van repertoria dienen elk jaar in de eerste twee maanden door de notarissen te worden overgebracht naar de griffie van arrondissementsrechtbank. Van deze overbrenging wordt een akte opgemaakt die wordt ingeschreven in dit register.
Literatuuroverzicht
  1. Achter de Molen, A , Inventaris van het Archief arrondissementrechtbank te Zwolle 1940-1949. (Zwolle)
  2. Algra N.E. Inleiding tot het nederlandse privaatrecht (Doorn, 1968)
  3. Algra N.E. Gokkel, H.R.W. Fockema Andreae’s rechtsgeleerd handwoordenboek (Alphen aan de Rijn, 1977)
  4. Belifante A.D, In plaats van Bijltjesdag. De geschiedenis van de Bijzondere rechtspleging na de tweede wereldoorlog (Assen, 1978)
  5. Dingemans, R.P.B.A en Steensma, R.W. Gedeelde Geschillen, PIVOT-rapport, nr. 124. Een Institutioneel onderzoek naar het handelen van de rechterlijke macht vanaf 1950. Rijksarchiefdienst, (´s-Gravenhage, 2001)
  6. Everts-Crince le Roy, A.M.C. e.a. Inventaris van het Archieven van de arrondissementrechtbank 1838-1959, het parket van de officier van justitie 1845-1959, de ambtenaar van het openbaar en kandidaat-notarissen 1935-1971 te Almelo (Zwolle, 1993-1996) ministerie 1857-1897, de kamer van toezicht op notarissen
  7. Faber, W. 90- jaren in beroep. Geschiedenis van de raden beroep en de ambtenarengerechten (Zwolle, 1992)
  8. Franken, H. Inleiden tot de rechtswetenschap (Arnhem, 1987)
  9. Fruin, J.A. Bewerkt door Bink, N.J., De Nederlandsche wetboek (Den Haag, 1940)
  10. Gemeentearchief Rotterdam, Ach Lieve Tijd, Zeven eeuwen Rotterdam. De Rotterdammers en hun recht en orde (Zwolle, 1990)
  11. Gessel, A Ketelaar F.C.J. Teuling, A.J.M. den, Archiefbeheer in de praktijk (Alphen aan den Rijn, 1986)
  12. Huijbrecht, C.R. (e.d.) Werkboek inventarisatie rechtelijke archieven 1838-1940 (Den Haag, 1991)
  13. Komen, A. Juridisch zakboek (Deventer, 1981)
  14. Maanen, R.H.C. van, Inventaris van het archief van de arrondissementrechtbank te Rotterdam (1857) 1931 – 1939 (1942) (Den Haag, 1985)
  15. Meerendonk, H.J. van, Handleiding voor selectie en vernietiging van archiefbescheiden (Den Haag, 1985)
  16. Mulder, J.W, de rechtbank te Rotterdam van 1811 tot 1900. Uitgave t.g.v. van de opening van het nieuwe gerechtsgebouw aan de Noordsingel (Rotterdam, 1900)
  17. Stichting Archief Publicaties, Lexicon van Nederlandse Archiefterminologie (Den Haag, 1983)
  18. Stichting Studiecentrum Rechtspleging. Afkortingen en begrippen (Zutphen, maart 2001)
Geschiedenis van het archiefbeheer
1 Huisvesting
Het archief 1950-1979 is tot 1996 ondergebracht geweest in het archief van de rechtbank Rotterdam aan de Noordsingel 113-117 te Rotterdam. Daarna is het bestand met de overige archiefbestanden verhuisd naar het nieuwe onderkomen van de gerechtelijke diensten (rechtbank, kantongerecht en openbaar ministerie) aan het Wilhelminaplein 100-125 op de Kop van Zuid in Rotterdam. Het depot aan de Noordsingel werd met de nieuwbouw van het toenmalige Paleis van Justitie in 1900 in gebruik genomen. Het bestond uit twee verdiepingen en een beschikbare ruimte van 5040 strekkende meters. Aanvankelijk voldeed dit gebouw aan de inrichtingseisen voor archieven (brandvrije berging, speciaal ingericht bewaarplaats uitsluitend uit steen en ijzer). Door de tand des tijd zijn scheuren ontstaan aan het gebouw en de vele ventilatiekieren onder ramen maken het onmogelijk om de temperatuur op peil te houden.
Het depot aan het Wilhelminaplein is moderner qua bouw en inrichting en voldoet veel beter aan de eisen die door de wet aan een archiefruimte gesteld worden. De temperatuur is constant(er) en de ruimte wordt regelmatig schoongemaakt. De beschikbare kastruimte bedraagt zo'n 12 kilometer. De archieven zijn verpakt in zogenaamde Amsterdamse archiefdozen. Het statisch archief werd voor een deel ook ondergebracht in de depotruimte in de 'Spaanse Polder' en aan de Vierhavenstraat bij Iron Mountain.
2 Archiefvorming
De griffier was verantwoordelijk voor de archiefvorming bij de rechtbank.
De stukken behorend tot een zaak bij binnenkomst van een rolnummer, rekestnummer of volgnummer voorzien. De ordening was hierna chronologisch per serie, of bestand. De series werden hoofdzakelijk per dienstonderdeel bijeengehouden. De toen bestaande afdelingen waren de strafgriffie, civiele griffie en de secretariaten van de president en griffier.
In 1948 werd de civiele kamer opgedeeld in een 1e, 2e, 3e en 4e kamer. Op de hierboven genoemde series zijn toegangen aangelegd n.l. kaarten op naam, klappers, registers. Deze toegangen zijn geplaatst aan het begin van de rubriek en hebben betrekking op alle inventarisnummers geplaatst in deze rubriek, tenzij anders aangegeven.
De opzet van het archief 1950-1979 is van algemeen naar bijzonder. Stukken van algemene aard bestaan hoofdzakelijk uit series correspondentie die door de rechtbank, de president en de griffier zijn gevormd en hebben een meer algemene strekking zoals de organisatie en het functioneren van de dienst. Bij de stukken betreffende de bijzondere onderwerpen is onderscheid gemaakt in Rechtspraak, Buitengerechtelijke zaken en het Parket. De Rechtspraak is weer onderverdeeld in de straf- en burgerlijke (civiele) rechtspraak.
Het onderscheid in zaken in eerste aanleg en beroepszaken van de kantonrechter - tweede aanleg - is vaak niet terug te vinden., omdat bij de rechtbank alle te behandelen zaken naar tijdstip van binnenkomst van een rolnummer werden voorzien. Een uitzondering hierop vormt de verkeerskamer die appélzaken behandeld afkomstig van het kantongerecht en één aanwezig appélregister ( Zie archief Rechtbank Rotterdam, 1950-1979, inv. nrs. 805. )
Tot slot zij vermeld dat de beschikkingen, waarbij toestemming wordt verleend om echtscheiding te mogen aanvragen apart van de echtscheidingprocedure (civiele procedure) werden opgeborgen. Ook is dit het geval bij de rogatoire commissies.
Medio 2006 is het archief 1950-1979 aan het Nationaal Archief te Den Haag overgedragen.
Overbrenging van een overheidsarchief

Inhoud en structuur van het archief

Selectie en vernietiging De selectie en vernietiging van het archief vond plaats op basis van het Basis Selectie Document (BSD), ( Basisselectiedocument rechterlijke macht, versie 20 feb. 2003 (Staatscourant nr. 11, 16-1-2003) ) .
Het volume van het archief nam door selectie en schoning af van 3950 strekkende meter naar 700 strekkende meter. Een gemiddelde afschrijving van 85 procent.
Verantwoording van de bewerking
In 2004 constateerde de Raad voor de Rechtspraak dat er landelijk grote achterstanden waren ontstaan in het schonen en overdragen van de rechtbank archieven. Door een forse financiële injectie werden alle arrondissementen in staat gesteld deze achterstanden aan te pakken.
De arrondissementsrechtbank Rotterdam is in 2004 aan de slag gegaan met het project van schonen en inventariseren van het archief en heeft daarvoor kantoor- en archiefruimte ingericht op de dislocatie bij het bedrijf ´Iron Mountain´ aan de Vierhavenstraat te Rotterdam. Op de dislocatie waren doorgaans een projectcoördinator en zes medewerkers - in wisselende samenstelling - werkzaam. Van deze zes medewerkers zijn er vier voor langere tijd aan het project verbonden. Dhr. P. Ernst verzorgde de inventarisatie van het archief. Dhr. F. Nederpel , Dhr. J. Alves Lima en Mevr.G. Sewpersad verzorgden de schoning van het archief.
In overleg met het Nationaal Archief in Den Haag werd besloten om , na het gereedkomen van de schoning en inventarisatie van het archief 1940-1949, het volgende blok uit een periode van 30 jaar te laten bestaan, namelijk de periode 1950-1979. Deze periode is in één inventaris samengebracht.
In de inventaris zijn niet opgenomen de rekesten van het openbaar ministerie tot plaatsing in krankzinnigen gestichten, daar ingevolge eerstgenoemde vernietigingslijst van 11-3-1991, na 110 jaar na geboorte datum van betrokkene, schoning van deze stukken mag geschieden.
Ordening van het archief
Handleiding voor de gebruiker
1 Richtlijnen voor onderzoek in het Rechtbankarchief (gerechtelijke zaken)
Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste toegangssystemen die in deze inventaris voorkomen inzake de straf- en civiele zaken, aangevuld met bijzonderheden omtrent deze (en de daaraan verbonden) inventarisnummers.
1.1 Strafzaken, meer- en enkelvoudige kamer(s)
De naamkaarten zijn alfabetisch en per jaar aangelegd, Zij vermelden de namen van de verdachte, een parketnummer en het strafbaar feit, inv. nrs. 27 t/m 204. Het parketnummer moet eerst omgezet worden in een rolnummer dat te vinden is in de parketregisters waar, naast het parketnummer, ook het rolnummer vermeld staat (zie inv.nrs. 5679 t/m 6121)
Zoekvolgorde: naam - parketnummer - rolnummer (zie parketregister) - dossier. U heeft voor uw zoekopdracht eerst de naam van een verdachte nodig.
De alfabetische klappers zijn chronologisch geordend en gerangschikt op de beginletter van de verdachte. De klappers bevatten namen van verdachten zowel in strafzaken als zaken van de politie- en kinderrechter. Om het onderscheid aan te geven zijn de zaken gemerkt met S = Straf, P = Politierechter en K = Kinderrechter. In de klappers wordt bij de desbetreffende verdachte het rolnummer uit een bepaald jaar vermeld, met welk rolnummer het strafdossier door u in dat jaar kan worden gevonden, zie inv.nrs. 207 t/m 220, pag. 31.
De weeklijstregisters vermelden per week de aangebrachte zaken. Tevens vermeldt het register het toegekende rolnummer waarmee het strafdossier kan worden teruggevonden, inv.nrs. 221 t/m 248, pag. 31 en 32. In de weeklijstregisters worden de volgende gegevens van de verdachte vermeld: achternaam en voornamen, beroep, geboortedatum en woonplaats. Verder vermelden de registers
het strafbaar feit, seponering (ja dan nee) en de uitspraak van de rechter.
De audiëntiebladen- en rollen zijn chronologisch - per jaar en zittingsdatum - gerangschikt. Deze audiëntiebladen- en rollen zijn chronologisch gerangschikt. Per jaar zijn de rollen op zittingsdatum ingebonden, waarbij de maand december meestal voorin zit en januari achteraan, zie pag. 32 en 42/43 inv.nrs. 253 t/m 277 en 828 t/m 874.
Op de audiëntiebladen- en rollen vindt u de datum van de terechtzitting, rechter, het rolnummer, de verdachte en raadsman, de overtreding, (eventuele) getuigen en de uitspraak terug.
Registers met audiëntiebladen- en rollen van de politierechter, 1950-1979. Zie pag. 42 en 43, inventarisnummers 828 t/m 874. Bij de registers met audiëntiebladen- en rollen van de politierechter zijn tot en met 1969 ook de audiëntiebladen- en rollen van de kinderrechter mee ingebonden.
De rolboeken van de meervoudige economische kamer en van de politie- en kinderrechter (enkelvoudige kamer) geven eveneens toegang tot de strafdossiers. Deze rolboeken zijn chronologisch aangelegd, zie pag. 41-43. In de rolboeken vindt u de datum van de terechtzitting, rechter, het rolnummer, de verdachte en raadsman, de overtreding, (eventuele) getuigen en de uitspraak terug.
Strafdossier. In het strafdossiers vindt u onder andere : 1. dagvaarding van de verdachte, 2. idem in hoger beroep, procesverbaal ter terechtzitting, 3. vordering wijziging tenlastelegging, 4. (extract)vonnis en vonnis in hoger beroep, 5. aantekening van het mondeling vonnis en 6. rapporten (alleen in opdracht van de rechter). Zie pag. 32-34, inv.nrs. 278 t/m 426.
Voorbeelddossiers, 1965-1979. Uit het voormalig archief zijn voorbeelddossiers geselecteerd en bewaard. De bewaarde voorbeelddossiers geven een beeld van de rechtspraak over de periode 1965-1979. Over de periode 1950-1964 zijn echter geen dossiers voorhanden, omdat deze al eerder geheel geschoond werden. Vanaf 1965 zijn er voorbeelddosssiers bewaard om toekomstige onderzoekers van dienst te zijn.
Een concordans van de voorbeelddossiers bevindt zich in bijlagen III-1 t/m III-4, pag. 161-164.
De notatie vermeldt: jaar, titel, artikelnummer, zaakomschrijving, parket- en rolnummer met geheel rechts het inventarisnummer waaronder het dossier door u gevonden kan worden in het archief 1950-1979.
Vonnis. De vonnissen zijn te vinden in de aangelegde vonnisboeken van de meer- en enkelvoudige kamer(s). Deze zijn onder te verdelen naar vonnisboeken straf, zie: inv. nrs. 468 t/m 793; pag. 36-39, vonnisboeken politierechter, zie: inv.nrs. 909 t/m 1414, pag. 44-49 en vonnisboeken kinderrechter, zie: inv.nrs. 1553 t/m 1642, pag. 52-53.
De vonnisboeken zijn chronologisch ingebonden. Eerst vindt u het audiëntieblad van de terechtzitting, gevolgd door de uitspraken (vonnissen). Bij ingesteld hoger beroep vindt u in de kantlijn een stempelafdruk met appél (dit stempel staat ook op het strafdossier indien appél is ingesteld).
Beroep/cassatie. Mocht een verdachte in beroep/cassatie zijn gegaan of gratie hebben aangevraagd, dan geven verder de appélkaarten, klappers/registers appél- en cassatie, registers van hoger beroep en klappers- en register van gratieverzoeken hierover uitsluitsel (inv. nrs. 797 t/m 805; pag. 40).
Straf, Kinderrechter. Civiele én strafrechterlijke OTS-dossiers (ondertoezichtstelling minderjarigen), zie pag. 54 t/m 60, inventarisnummers 1671 t/m 1727. De OTS-dossiers zijn niet chronologisch aangelegd. Dat komt omdat de ondertoezichtstelling zich over een langere periode kan uitstrekken. De dossiers zijn daarom genummerd van nummer 7.260 tot en met 24.301. Zie voor een toegang daarop de naamkaarten OTS 1950-1959 en 1960-1979, pag. 53/54, inv.nrs 1643 t/m 1669.
In het OTS-dossier bevinden zich o.a. de eis of de aanvraag tot OTS, de beschikkingen dienaangaande van de kinderrechter, rapporten van deskundigen en de cliëntenkaart. De strafrechterlijke oplegging van een OTS wordt geëist door de officier van justitie, terwijl de civiele OTS doorgaans wordt aangevraagd door de Raad voor de Kinderbescherming.
Register met vonnissen van de Bijzondere Strafkamer van de Rotterdamse rechtbank, zie pag 64, inventarisnummer 2262. In dit register bevinden zich - op chronologisch volgorde - vonnissen van de bijzondere strafkamer. Het register is niet voorzien van een index en zal door u in zijn geheel moeten worden nagezien. In het vonnis staat - uiteraard - de verdachte vermeld met vaak een uitgebreid feitenrelaas van het begane misdrijf.
Deze kamer behandelde zaken aangaande oorlogsmisdrijven begaan tijdens de Tweede Wereldoorlog. De Bijzondere Strafkamer werd op 27 juni 1949 opgericht als opvolger van de Rotterdamse Kamer van het Bijzonder Gerechtshof te ´s-Gravenhage dat in dat jaar onder presidium van mr. J. van Vollenhoven haar laatste zitting hield ( Rotterdams Jaarboekje 1950, pag.59. (Rotterdam, W.L. & J. Brusse NV, 1950) ) .
1.2 Civiele (burgerlijke) zaken - meervoudige kamer -
-Bij dagvaarding
Toegang tot de civiele dossiers geven de alfabetische klappers (1950-1975), die vanaf 1976 zijn voortgezet als indices - naamkaarten - (1976-1979). De aanwezige klappers zijn chronologisch (per jaar) en op alfabet gerangschikt (gerangschikt op de beginletter van de achternaam van de verdachte).
De klappers en indices vermelden de namen van de partijen en het rolnummer/jaar. U heeft voor uw zoekopdracht eerst de naam van een verdachte nodig. Zie pag. 65, inv.nrs. 2263 t/m 2313.
Rolkaarten civiel. Daarnaast geven de rolkaarten in principe ook toegang tot de dossiers, zie inv.nrs. 2314 t/m 2418, pag. 65-67. De bruikbaarheid van de rolkaarten civiel is voor u gering, want deze zijn niet aangelegd op alfabet en evenmin op rolnummer. In plaats daarvan zijn de rolkaarten aangelegd op aanbrengdatum van de rechtzaak. Dit betekent dat u als onderzoeker de rolkaarten in zijn geheel zal moeten doornemen.
Audiëntiebladen- en rollen civiel. Deze vermelden zittingsdatum, rechter, namen van de partijen en de uitspraak. Zie pag. 67 inv.nrs. 2419 t/m 2437. Verder zijn er nog de aparte audiëntiebladen- en rollen van de verzoencomparities, de handel en de voogdijkamer. De inhoud hiervan is gelijk aan die van de audiëntiebladen- en rollen civiel (met uitzondering dat bij de audiëntiebladen- en rollen handel vanaf 1958 de vonnissen mee zijn ingebonden). Zie pag. 67-69, inv.nrs. 2438 t/m 2530.
Dossiers civiel. De dossiers bevatten de processtukken zoals de dagvaarding, het procesverbaal, het getuigenverhoor en de beschikking(en). Zie pag. 69-75, inv. nrs. 2531 t/m 3106. De dossiers zijn op chronologische volgorde aangelegd - per jaar - én op volgorde van rolnummer. U dient via de alfabetische klapper of indices het jaar en bijbehorend rolnummer op te zoeken. Daarna kunt u onder het inventarisnummer waarvan het dossier deel uitmaakt het desbetreffende document aanvragen.
Registers Vonnissen civiel. De zogenaamde vonnisboeken civiel zijn doorgaans aangelegd per kamer, waarvan de Rotterdamse rechtbank er acht bezit/bezat (soms zijn de vonnissen van de kamers in één boek bijeengebonden). Zie pag. 76-95. inv.nrs. 3130 t/m 4068.
De vonnissen in de maanden juli-augustus werden uitgesproken door de zogenaamde 'vakantiekamer' (kamers tijdelijk samengevoegd). De 7e kamer van de rechtbank is een pleidooikamer.
Voor een nadere uitleg over de verschillende civiele kamers van de Rotterdamse rechtbank, zie Inleiding, pagina 6.
-Bij rekest, - a.) algemeen
De indices rekesten vermelden: de namen van de verzoeker, de gerekestreerde, de procureur, het jaar, het rolnummer en het onderwerp van het rekest. Zie pag. pag. 96, inv. nrs. 4086 t/m 4103.
U heeft voor uw zoekopdracht eerst een naam van één der partijen nodig, ofwel van de verzoeker, ofwel van de gerekestreerde. Met het gevonden rolnummer kunt u het dossier terugvinden.
Voor de periode 1962-1969 moet u gebruik maken van de rolkaarten civiel, zie pag. 65/67, inv.nrs. 2314 t/m 2418, die - zoals gezegd - een veel moeilijker te raadplegen toegang zijn.
De alfabetische klappers rekesten zijn chronologisch - per jaar - aangelegd. De klapper is gerangschikt per beginletter van de gedaagde(n), zie pag. 96, inv. nrs. 4104 t/m 4121.
De klapper vermeldt het rolnummer en de aard van het verzoek. U heeft voor uw zoekopdracht eerst de naam van de indiener nodig. Deze is te vinden in de indices rekesten (1950-1962) of in de rolkaarten civiel (1963-1969). Met het gevonden rolnummer kunt u het dossier terugvinden.
De rolboeken rekesten geven toegang tot de procesdossiers, zie pag. 96-97, inv. nrs. 4122 t/m 4155.
De rolboeken zijn chronologisch aangelegd - op jaar en maand -. Zij vermelden welke procureur het rekest heeft ingediend, namens wie (de verzoeker), het rolnummer, de aard van het verzoek en de aantekening van sepot of de eindbeschikking. De rolboeken zijn niet alfabetisch aangelegd.
De rekesten (dossiers) zijn aangelegd op chronologische volgorde - per jaar, halfjaar, maand - én op rolnummer. Zie pag. 97-101, inv.nrs. 4156 t/m 4460.
Soms is het rekest losbladig, dan weer is het in een omslag vervat (met de zaakgegevens op de voorzijde aangebracht). Het rekest begint met: "geeft eerbiedig te kennende, etc." en vermeldt: de namen van de verzoeker, de gerekestreerde en de zaak. In enkele gevallen staat na het rekest een 'tussen- of eindbeschikking' van de rechtbank getypt.
U heeft voor uw zoekopdracht eerst een jaartal en rolnummer nodig (te vinden in de indices -naamkaarten- , klappers en/of rolboeken rekesten). Op deze wijze kunt u het inventarisnummer, waarin het rekest is opgenomen, opzoeken.
-Bij rekest, - b.) bijzonder -
- Echtscheiding, voogdij- en alimentatie -
De Rekestregisters Echtscheiding zijn chronologisch aangelegd - per jaar en maand -. Zie pag. 101, inv. nrs. 4461 t/m 4463. De registers vermelden een volgnummer per jaar, de namen van de procureur en de verzoeker, de strekking (echtscheiding van) en soms een enkele aantekening. De rekestregisters zijn niet alfabetisch aangelegd. U moet de registers dus in zijn geheel doornemen.
De alfabetische (klad)Rekestklapper van aangehouden voogdij-, alimentatie-, ontzeggings- en ontheffingszaken geeft toegang op de beginletter van de namen der partijen (beginletter).
De klapper vermeldt de inschrijfdatum van de zaak en de beide partijen (partij X versus partij Y), zie pag. 101, inv. nrs. 4464 t/m 4466. U heeft voor uw zoekopdracht eerst de naam van één der partijen nodig. U kunt uit deze klapper alleen de naam van één van de partijen achterhalen en de bovenvermelde inschrijfdatum. De klapper verwijst niet naar het dossier.
De Registers voogdijzaken- en pleidooien zijn ondergebracht in oudere -daarvoor niet speciaal ontworpen- registers. Deze volumineuze registers zijn aangepast door stroken papier binnenin te plakken met daarop getypt de zaken per zittingsdatum. Zie pag. 101, inv. nrs. 4468 t/m 4469.
De registers vermelden de zittingsdata, de partijen, het rolnummer en eventueel default (uitstel).
De Alimentatierekesten, zie pag. 102, inv. nrs. 4470 t/m 4485, zijn opgeborgen op chronologische volgorde - per jaar - en verder met oplopende rekestnummering van een betreffend jaar. De rekesten vermelden de namen van de verzoeker en de gerekesteerde, de aard, de eis én het verweer hiertegen*.
Omdat er geen bijbehorende toegangen zijn, zult u de rekesten per jaar in zijn geheel moeten nazien.
Het strekt derhalve tot aanbeveling indien u op voorhand beschikt over een rekestnummer/jaar.
*De rechtbank doet in de meeste gevallen direct uitspraak inzake een alimentatierekest.
Beschikkingenregister alimentatie - minderjarig - ondertoezichtgestelden.
Dit beschikkingenregister is chronologisch en op volgnummer van de beschikking aangelegd, zie pag. 102, inv. nrs. 4486 t/m 4494. Verder vermeldt het register de datum van de beschikking, het dossiernummer, de naam van de ondertoezichtgestelde en de datum van de OTS, een eventuele kinderbijdrage, de ingangsdatum hiervan, de instantie van de inning van de kinderbijdrage (de Raad voor de Kinderbescherming te Rotterdam) en mogelijke andere aantekeningen. Het beschikkingen-register geeft aanvullende informatie met betrekking tot de strafrechterlijke- en civiele dossiers OTS (zie pag. 53-60).
- Adoptie -
Rekestenklapper adoptie, zie pag. 102 inv. nr. 4495.
Deze klapper is aangelegd op alfabet en jaar. Tevens is per jaar een volgnummer aangebracht.
De klapper vermeldt de datum van het ingediende verzoek, de naam van de procureur, de namen van de verzoekers, het kind, de leeftijd, de datum van de behandeling door de rechtbank en de datum van het vonnis. Met deze data kunt u het inventarisnummer waarin het rekest is opgenomen terugvinden, zie pag. 102, inv. nrs. 4497 t/m 4507.
Naast deze rekestenklapper is er nog een (klad)rekestenklapper adoptie (idem pag. 102, inv. nr. 4496). Deze chronologische- en alfabetische kladklapper is eenvoudiger van opzet en vermeld slechts de namen van de verzoekers, het kind, het volgnummer/jaar en de aanvraagdatum.
- Faillissementen en surcéance van betaling -
De indices - naamkaarten - faillissementen bevatten de naam van de gefaillieerde, het jaar en volgnummer, de namen van de rechter-commissaris en curator. Verder de data van de uitspraak van het faillissement, van de verificatie vergadering, van de uitdelingslijst (plus eventueel verzet hiertegen) en van de rekening en verantwoording. Zie pag. 103, inv. nrs. 4508 t/m 4515.
De naamkaarten zijn chronologisch en op alfabet aangelegd. Een gevonden jaartal- en volgnummer geeft u toegang tot de faillisementsdossiers, zie pag. 104-106, inv. nrs. 4563 t/m 4745.
U heeft voor uw zoekopdracht eerst de naam van een gefaillieerde nodig.
De alfabetische (hulp)klappers faillissementen geven u toegang tot het faillisementsdossier via een gevonden jaar en volgnummer. De (hulp)klappers vermelden onder meer de namen van de curator en de rechter-commissaris. Verder vermeldt de klapper de opheffing of vernietiging van het faillissement, zie pag. 103, inv. nrs. 4531 t/m 4537. U heeft voor uw zoekopdracht eerst de naam van een gefaillieerde nodig.
Registers faillissementen. Deze registers geven ook toegang tot de faillisementsdossiers, zie pag. 103, inv. nrs. 4538 t/m 4558. De registers -chronologisch aangelegd- bevatten een jaar- en volgnummer en vermelden de naam van de gefaillieerde, de vestigingsplaats, de datum van de uitspraak, de namen van de rechter-commissaris en de curator. Verder bevatten deze registers nog nadere beschrijvingen (met o.a. het beschikbaar bedrag voor vereffening en overige aantekeningen. Voor het raadplegen van deze registers heeft u eerst een jaartal (datum) van het faillisement nodig.
De Faillisementsdossiers bevatten de bescheiden rondom het faillissement, zie pag. 104-106, inv. nrs. 4563 t/m 4745. Hierin vindt u doorgaans uitdelingslijsten (vereffening), stukken betreffende de verificatievergadering en gerechtelijke uitspraken. Toegang verkrijgt u via de voornoemde indices, klappers en/of registers faillissementen.
Indices - naamkaarten - surcéance van betaling. In het archief is slechts een kleine serie indices aanwezig met betrekking tot het aanvrage van uitstel van betaling beschikbaar (periode 1975-1979). Zie pag. 106, inv. nr. 4750. De indices -op chronologie- vermelden de namen van de schuldenaar en de bewindvoerder, de datum van verlening van de surcéance van betaling, de verlenging, de intrekking hiervan, een eventueel akkoord (inhoud) en het einde van de surcéance van betaling.
U heeft voor onderzoek minstens de naam van de schuldenaar nodig en/of een jaartal (gelegen tussen 1975 en 1979).
Dossiers surcéance van betaling. Er is slechts één toegang aanwezig op de dossiers aangaande de aanvragen van surcéance van betaling, periode 1950-1979 (zie bovenstaande indices). Voor de dossiers, zie pag. 106, inv. nrs. 4751 t/m 4757. Indien u tot onderzoek overgaat, dient u zich te realiseren dat, om resultaat te boeken, u vele dossiers zult moeten nazien. Deze bevatten allerlei bescheiden inzake de surcéance van betaling.
- Beslaglegging -
Registers akten beslaglegging. Deze registers bevatten de inschrijvingen van akten van beslaglegging (proces-verbalen) als bedoeld bij artikel 508 en 770c van het Wetboek van Burgerlijke Rechts-vordering ter griffie van de rechtbank ingeschreven. De registers zijn chronologisch aangelegd (tot 1969 zijn de akten met de hand ingeschreven en bevatten een waarmerk van de president van de rechtbank). De inschrijving vermeldt o.a. de namen van de verzoeker en de gerequireerde. De registers bevatten geen index, zie pag. 107, inv. nrs. 4758 t/m 4761.
Dossiers rekesten conservatoir beslag. De dossiers zijn chronologisch aangelegd en bevat rekesten van advocaten-procureurs namens cliënten voor (gedeeltelijk) conservatoir beslag - zwarte beslagen - aan de president van de rechtbank. De dossiers zijn niet nader toegankelijk gemaakt d.m.v. een klapper en zullen daarom door u in zijn geheel moeten worden nagezien, zie pag. 107, inv. nrs. 4775 en 4776
- Rangregelingen -
Dossiers verkoop schepen. De dossiers 'executoriale verkoop schepen' zijn chronologische aangelegd, maar er is geen nadere toegang op. U vindt per verkocht schip een dossier met bescheiden. Zie pag. 107, inv. nrs. 4777 t/m 4802.
- Plaatsing in Krankzinningengestichten -
Beschikkingen op rekesten officier van justitie. De dossiers met beschikkingen op een verzoek (rekest) van de officier van justitie zijn chronologisch -per jaar en zittingsdatum- aangelegd, zie pag. 108, inv. nrs. 4803 t/m 4812. De dossiers bevatten de rekesten inzake de -voorlopige- opname van personen in een krankzinnigengesticht (soms met bijgevoegde geneeskundige verklaringen). De beschikking vermeldt de naam van de patiënt, de plaats van behandeling - de naam van de instelling - en de datum van de uitspraak (= zittingsdatum). Onderstaand register geeft daarop toegang.
Register van verlengingen krankzinnigverklaringen. Het register is chronologisch aangelegd, te beginnen met 30 oktober 1946, en bevat verlengingen van krankzinnigenverklaringen inzake artikel 22/31 en 24 van de tweede Nederlandse krankzinningenwet van dato 27 april 1884.
Het register vermeldt voor- en achternaam van de persoon, het artikelnummer van de wet en de zittingsdatum van de rechtbank. Met deze zittingsdatum kunt u de rekesten raadplegen, die eveneens op chronologie -per jaar en zittingsdatum- zijn aangelegd. Zie pag. 108, inv. nr. 4813.
- Varia -
Registers dwangbevelrekesten. De registers bevatten rekesten 'tot uitvaardiging van een rechterlijk bevel tot betaling'. Het register vermeldt: volgnummer, datum van de ontvangstvan het rekest, de namen van de schuldeiser en de schuldenaar, de vordering van de hoofdsom, de rekening-courant, de verzending van het afschrift van het verzoek en de datum van de verzending eind-beschikking. De registers zijn chronologisch aangelegd, maar kennen geen index. Zie pag. 109, inv. nrs. 4814 t/m 4868.
1.3 Civiele (burgerlijke) zaken - enkelvoudige kamer -
- Kort geding -
Indices - naamkaarten - kort geding. De indices vermelden de namen van de partijen, de procureurs, het onderwerp, aantekeningen omtrent aanhouding, vonnis of royering én het rolnummer/jaar. U heeft voor uw zoekopdracht eerst de naam van een verdachte nodig; met het rolnummer kunt u in het vonnis terugvinden (zie onderstaande registers met vonnissen).
De naamkaarten worden na 1959 als toegang opgevolgd door de rolkaarten. Deze rolkaarten bevatten dezelfde gegevens als de naamkaarten, maar zijn nu geordend op rolnummer i.p.v. op naam. Zie pag. 110, inv. nrs. 4872 t/m 4875 én naamklappers civiel 1950-75, zie pag. 65.
Rolboeken. Deze bevatten audiëntiebladen- en rollen inzake kort geding. Zij vermelden de zittingsdatum- en het rolnummer, de naam van de partijen, de procureurs en de aantekeningen inzake het vonnis, de royering en aanhouding. De rollen zijn gewaarmerkt door de president van de rechtbank. De rolboeken zijn chronologisch aangelegd, zie pag. 111, inv. nrs. 4883 t/m 4895.
Registers vonnissen. In deze registers bevinden zich - op chronologisch volgorde - de vonnissen uitgesproken in kort geding, zie pag. 111-113, inv. nrs. 4896 t/m 5033.
- Kinderrechter -
Audiëntiebladen- en rollen civiel kinderrechter. Deze vermelden de zittingsdatum, de namen van de rechter, de namen van de opgeroepen partij(en), de gezinsvoogd en een eventuele uitspraak. Zie pag. 115, inv. nrs. 5070 t/m 5077. In de linkermarge van de rollen staan de dossienummers vermeld. Tevens bevatten de rollen aantekeningen van de kinderrechter die ter terechtzitting zijn gemaakt. De rollen zijn chronologisch aangelegd, maar er is geen index aanwezig.
Civiele én strafrechterlijke OTS-dossiers en naamkaarten (zie voor civiele ondertoezichtstelling de toelichting op pag. 20).
Alfabetische klappers inzake bekrachtiging toevertrouwingen. De klappers zijn aangelegd op chronologie en beginletter van de achternaam en vermelden tevens de zittingsdatum. Zie pag. 114, inv.nrs. 5048 en 5049. U heeft voor uw zoekopdracht eerst een achternaam nodig. Anders zult u de klappers bij gebrek aan een index in zijn geheel moeten doornemen. De klappers zijn een toegang op de dossiers toevertrouwingen.
Alfabetische klappers inzake voorziening en wijziging ouderlijke macht. De klappers zijn aangelegd op chronologie en beginkletter van de achternaam en vermeld soms een dossiernummer en zittingsdatum., zie pag.114, inv. nr. 5066. U heeft voor uw zoekopdracht eerst een achternaam nodig. De klappers geven beperkt toegang tot de dossiers ontzetting en ontheffing ouderlijke macht.
Alfabetische klappers inzake ontzetting, ontheffing en herstel ouderlijke macht en voogdij.
De klappers zijn aangelegd op chronologie en beginletter van de achternaam en vermelden tevens de datum van de terechtzitting, zie pag. 114, inv.nrs. 5067 t/m 5069. U heeft voor uw zoekopdracht eerst een achternaam nodig. Anders zult u de klappers bij gebrek aan een index in zijn geheel moeten doornemen. De klappers geven toegang tot de dossiers ontzetting en ontheffing ouderlijke macht.
2 Richtlijnen voor onderzoek in het Rechtbankarchief - buitengerechtelijke zaken, griffie
en het parket -
- Buitengerechtelijke zaken -
Naast de gerechtelijke stukken bevat het archief ook nog stukken inzake buitengerechtelijke zaken. Het betreft hier deponeringen van nalatenschappen, handelsvoorwaarden, akten van nederlegging en rekesten van beëdiging bij de rechtbank en stukken van de Kamer van Toezicht op advocaten, procureurs, deurwaarders en notarissen.
A. Deponering
De deponeringen bestaan uit aanvaarding, beraad en/of verwerping van nalatenschappen, gedeponeerde handelsvoorwaarden, akten van nederlegging en rekesten van beëdiging. In sommige gevallen zijn op deze deponeringen toegangen aanwezig in de vorm van klappers- en of registers. Zie pag. 117 t/m 120.
B. Kamer van Toezicht
De Kamer van Toezicht op advocaten, procureurs, deurwaarders en notarissen behoort strikt genomen niet tot de rechtbank. Wel is de president van de rechtbank ambtshalve voorzitter van deze kamer.
Belangrijkste archiefstukken zijn de gedeponeerde 'repertoria' -dubbelen- van de notarissen én de dossiers van de notarissen zelf. Zie pag. 121 t/m 129 (zie ook inleiding, pagina 10).
- Griffie -
Van de griffie is een beperkt aantal archiefstukken opgenomen. De stukken zijn goed toegankelijk en spreken voor zich. Zie pag. 129 en 130.
- Parket -
Het parket behoort organiek niet tot de rechtbank. Toch zijn de parketregisters in dit archief meegenomen (zie ook inleiding, pagina 10).
De parketregisters strafzaken, economische delicten en belastingzaken zijn chronologisch opgebouwd en op parketnummer gerangschikt. Er zijn op de registers geen nadere toegangen aanwezig. U dient voor uw zoektocht minimaal de beschikking te hebben over het jaartal en het bijbehorend parketnummer*. Zie pag. 131-141, inv. nrs. 5679 t/m 6121.
*Dit parketnummer kunt u terugvinden in de toegangen op de strafzaken, zoals
naamkaarten, klappers, registers en/of de dossiers.
3 Toelichting Algemeen - Procedures - procesvolgorde - Bij de indeling van de archiefstukken in straf- en civiele zaken is de procesvolgorde zoveel mogelijk aangehouden. - Onderbrenging van gedeelde archiefstukken - blind nummer - Enkele archiefstukken konden in de inventaris in meerdere rubrieken geplaatst worden. Dit betrof vooral gezamenlijk ingebonden klappers, registers of gedeelde dossiers. Voor de plaatsing van dit soort archiefstukken is in deze inventaris gekozen voor het plaatsen hiervan in de eerst daarvoor geschikte rubriek, waarna het archiefstuk een bijpassend inventarisnummer ontving. Bij de volgende daarvoor in aanmerking komende rubriek voor plaatsing wordt het archiefstuk ook vermeld en ontvangt het een blind nummer. Met die aantekening dat in een daaronder opgenomen NB. wordt verwezen naar het inventarisnummer waaronder u het archiefstuk eerder in de inventaris kunt aantreffen ! - Vakjargon Belangrijk is de kennis van de administratieve en juridische procedures, alsmede kennis van het recht (zie inleiding). Dit om de inhoud van het archief goed te kunnen begrijpen. Ook het door de juristen gebezigd vakjargon is van belang. Zie daarom de beperkt verklarende woordenlijst hieronder (zie voor een gedetailleerde uitleg Fockema Andreae's Verwijzend en verklarend Juridisch
woordenboek).
A.
Admissie
pro deo procedure, toevoeging en kosteloze rechtsbijstand
Advocaat
raadsman in strafzaken
Akte
geschrift opgemaakt tot bewijs van een rechtshandeling; ondertekend geschrift bestemd om als bewijs te dienen
Appel
beroep
Appellabiliteit
vatbaarheid voor hoger beroep (appel)
Astreinte
dwangsom
Audiëntieblad
het proces-verbaal, verslag van een terechtzitting door de griffier opgesteld en door de voorzitter der kamer ondertekend
B.
Beneficiaire aanvaarding
slechts in aanmerking willen komen voor het eventueel batig saldo van een nalatenschap, zonder aansprakelijk te zijn voor de schulden
C.
Civiel
burgerlijk
Comparitie
verschijning van partijen in persoon voor de rechter.
Curatele
verzorging van de persoon en het bewind over de goederen van de meerderjarige (curandus)
D.
Dagvaarding
mededeling (schriftelijk, eventueel ook mondeling) aan een gedaagde of verdachte, getuige of deskundige, dat hij/zij op een bepaald tijdstip voor de rechter dient te verschijnen
Defaut
verstek
Depot / deponering
bewaargeving, inbewaringgeving
Dispensatie
ontheffing voor uitzonderingsgevallen van wets-, wettelijke en kerkelijke bepalingen
Domicilie
wettelijke woonplaats
Dossier
archiefbescheiden betrekking hebbende op een zaak, bij elkaar opgeborgen in een verpakking
E.
Edictaal
openbaar
Enquête
gerechtelijke onderzoek, getuigenverhoor in burgerlijke zaken
Executie
tenuitvoerlegging van vonnissen en akten in burgerlijke zaken
Exhibiteren
overleggen, vertonen van akten, geschriften in rechte bij wetgevende instanties
Expeditie
voor partijen bestemd exemplaar (afschrift van een akte, speciaal van een vonnis of arrest)
Extrajudicieel
buitengerechtelijk, oneigenlijke rechtspraak
G.
Genoegzaamheid
stukken overlegd voldoende naar vorm en inhoud van de stukken vereist voor enige rechts- of bestuurshandeling
Gerechtelijke plaatsopneming
bezichtiging en plaatsopneming (decente); in strafzaken schouw
Gratie
gehele of gedeeltelijke, al dan niet voorwaardelijke kwijtschelding, vermindering of verwisseling van de van de opgelegde straf verleend door de Kroon op advies van de rechter
Griffie
secretariaat van rechtelijke, wetgevende en andere staatscollege
Griffier
secretaris van de rechtsprekende organen
Griffierechten
leges ten behoeven van de Staat voor de verrichtingen van de griffier van een rechtelijke instelling ten dienste van partijen in burgerlijke zaken
Gijzeling
inbewaringstelling van een persoon op verzoek van een schuldeiser
I.
Interlocutoir
bepaalde vorm van tussenvonnis
Indemniteit
schadeloosstelling
K.
Kinderrechter
enkelvoudige kamer bij elke arrondissementsrechtbank aangewezen voor behandeling van burgerlijke kinderzaken, tevens belast met de behandeling van kinderstrafzaken
Klapper
een alfabetisch ingerichte index
Kort geding
behandeling voor de president van de arrondissementsrechtbank van zaken waaruit hoofde van onverwijlde spoed een onmiddellijke en voorlopige voorziening wordt vereist
M.
Meervoudige kamer
uit meer dan één lid bestaande kamer van een gerecht
P.
Persona miserabilis
natuurlijke of rechtspersoon die onder bijzondere bescherming van de overheid staat en van wie zaken bij behandeling in rechte bijzondere waarborg krijgen
Placet
opgave van een aanhangig te maken burgerlijke zaak met verzoek "dat het 't gerecht behage" de zaak op rol te plaatsen
Pleidooi
verweer van de advocaat of procureur
Politierechter
enkelvoudige kamer bij arrondissementsrechtbank, aangewezen voor de vereenvoudigde behandeling van een eenvoudige zaken
Processtukken (civiele procedure)
de door partijen ingediende stukken, niet de van rechtswege opgemaakte stukken als b.v. processen-verbaal, minuutuitspraken e.d.
Procureur
vertegenwoordiger van partijen in burgerlijke rechtszaken, uitsluitend in het arrondissement waarin hij/zij is ingeschreven
Pro deo
kosteloos, gratis
R.
Rauwelijks dagvaarden
zonder voorbereiding zonder gebruikmaking van een regelmatig voorgeschreven rechtsgang
Rangregeling
gerechtelijk door, of onder toezicht van de rechter opgemaakte regeling aangaande de voldoening van bevoorrechte en niet bevoorrechte vorderingen naar volgorde (rang)
Rekest
verzoekschrift
Repertorium of repertoire
tijdrekenkundige lijst van door een notaris verleden akten, hiervan wordt jaarlijks een kopie overgebracht naar de rechtbank
Requisitoirs
vordering van het Openbaar Ministerie in een bepaalde zaak
Rogatoire commissie
verhoor van getuige, op verzoek door een andere rechter dan degene voor wie het betrokken geding hangende is
Rol(boek)
het register van behandelde zaken dat bij elk gerecht door de griffier wordt gehouden; waarop de aangebrachte zaken naar tijdsorde worden geboekt en aantekening wordt gehouden van hetgeen er voorvalt
S.
Scheiding van tafel en bed
als enige grond geldt hiervoor duurzame ontwrichting van het huwelijk (door de scheiding van tafel en bed wordt het huwelijk niet ontbonden, maar wordt de echtelijke verplichting tot samenwonen opgeheven)
Sententie
uitspraak van het Hoog Militair Gerechtshof.
Seponeren
niet vervolgen van een strafzaak door het Openbaar Ministerie, krachtens het opportuniteitsbeginsel (beleidssepot), of omdat de bewijzen niet voldoende zijn voor een strafvervolging (technisch sepot).
Successie
erfopvolging
Surséance van betaling
opschorting van betaling door de rechter toegekend om deze in de gelegenheid te stellen orde op zaken te stellen
T.
Tableau
lijst bijgehouden door de griffier van een rechtbank, van de advocaten die aldaar staan ingeschreven
U.
Unus judex
alleensprekende rechter bij een college dat in de regel collegiale rechtspraak uitoefent
V.
Vakantiekamer
de kamer van een rechtscollege, aangewezen voor de behandeling van zaken gedurende de gerechtelijke vakantie (juli en augustus)
Valetudinaire enquête
voorlopige getuigenverhoor door de rechter op verzoek van de belanghebbende voordat een regelmatig getuigenverhoor kan plaats hebben, omdat gevaar bestaat dat dit bewijsmateriaal verloren zou gaan
Verstek
het niet verschijnen op de terechtzitting van de verdachte
Verzet
rechtsmiddel tegen een uitspraak of beschikking die door de rechtsprekende instanties niet op tegenspraak is genomen of geven
Voluntair
vrijwillig
W.
Wederrechtelijk
onrechtmatig, in strijd met het recht
Wilsovereenstemming
een overeenkomst die tot stand komt door wederzijdse toestemming (aanbod en aanvaarding) van partijen
Z.
Zitting
terechtzitting waar een mondelinge behandeling van zaken plaats vindt
- Aanbeveling - Het is aan te bevelen dat u de inleiding goed doorleest. U krijgt dan een beeld van de rechtspraak in het algemeen en in het bijzonder van de Rotterdamse arrondissementsrechtbank tussen de jaren 1950 en 1980. De ordening (indeling) en beschrijving van de inventaris van de arrondissementsrechtbank vond plaats aan de hand van het inventarisatieschema uit het Werkboek inventarisatie rechterlijke archieven 1838-1940, van Huijbrecht, C.R. (Den Haag, 1991, uitgave Rijksarchief).

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig beperkt openbaar (B).
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Arrondissementsrechtbank te Rotterdam [periode 1950-1979], nummer toegang 3.03.78.01, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Rechtbank Rotterdam 1950-1979, 3.03.78.01, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
  • Nationaal Archief, Den Haag, Raad van Beroep Sociale Verzekeringen te Rotterdam, nummer toegang 3.03.78.02
  • Nationaal Archief, Den Haag, Ambtenarengerecht te Rotterdam, nummer toegang 3.03.78.03

Bijlagen

Archiefbestanddelen